Jo Coenen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door InternetArchiveBot (overleg | bijdragen) op 25 feb 2020 om 05:59. (1 (onbereikbare) link(s) aangepast en 0 gemarkeerd als onbereikbaar) #IABot (v2.0)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Jo Coenen
Jo Coenen
Persoonsinformatie
Nationaliteit Nederlandse
Geboortedatum 30 september 1949
Geboorteplaats Heerlen
Beroep architect, planoloog, academisch docent, ontwerper, postzegelontwerper
Werken
Belangrijke gebouwen Openbare Bibliotheek Amsterdam
Belangrijke projecten Masterplan voor het Céramique-terrein in Maastricht
Prijzen BNA-kubus 1995
RKD-profiel
Portaal  Portaalicoon   Civiele techniek en bouwkunde

Jozef Maria Johannes [Jo] Coenen (Heerlen, 30 september 1949) is een Nederlandse architect.

Loopbaan

Coenen woonde gedurende zijn jeugd in Limburg. Hij studeerde in 1975 af als architect aan de Technische Universiteit Eindhoven, waar hij daarna docent werd aan de faculteit bouwkunde. Vanaf 1977 studeerde hij korte tijd bij Luigi Snozzi in Locarno en James Stirling in Düsseldorf. Ook werkte hij vanaf 1979 enige tijd voor het architectenbureau van Aldo van Eyck & Theo Bosch in Amsterdam. In datzelfde jaar opende hij in Eindhoven ook de eerste vestiging van zijn eigen architectenbureau. In 1990 verhuisde het bureau naar Maastricht en inmiddels heeft het onder de naam Jo Coenen Architects & Urbanists ook vestigingen in Amsterdam en Milaan.[1]

Hij won onder meer de BNA-kubus in 1995 en was Rijksbouwmeester van november 2000 tot en met oktober 2004. Coenen was als hoogleraar verbonden aan de technische universiteiten van Karlsruhe, Aken, Lausanne, Eindhoven en Delft.

Werk

Aanvankelijk realiseerde het bureau vooral relatief kleinschalige projecten, veelal in het zuiden van het land. Coenen verwierf toenemende bekendheid door projecten als de bibliotheek in Heerlen (1983-1986), het stadhuis in Delft (1984-1986). Zijn stedenbouwkundige ontwerpen als die voor de Vaillantlaan in Den Haag en het KNSM-eiland in Amsterdam, en het masterplan voor het Céramique-terrein in Maastricht versterkten zijn bekendheid in binnen- en buitenland.[2] Andere bekende projecten waaraan een ontwerp van Coenen ten grondslag lag, zijn het Smalle Haven-gebied (met daarin ook de Vestedatoren) in Eindhoven en het gebouw van het Nederlands Architectuurinstituut (thans: Het Nieuwe Instituut) in het Museumpark in Rotterdam. Coenen is ook een der architecten van het (tweede) ontwerp van het Onderwijs- en Cultuur Complex Amare aan het Haagse Spui, maar na meningsverschillen met mede-architect Patrick Fransen trok hij zich eind 2018 als supervisor terug.[3]

Zijn ontwerpen worden gekenmerkt door een duidelijke stedenbouwkundige oriëntatie, waarbij de inrichting van de openbare ruimte centraal staat. In 2004 verleende de Open Universiteit hem een eredoctoraat.[4]

De wisselwerking tussen gebouw en stad staat centraal in Coenens ontwerpen. Onder meer door elementen te laten terugkeren tracht hij tot een samensmelting te komen van de uiteenlopende ontwerpen en de bestaande context in een plan. Zijn werk is wel gekarakteriseerd als een ‘vriendelijk monumentalisme’.[2] Binnen de Nederlandse architectuur treedt hij op als pleitbezorger voor meer historisch besef, meer diepgang en meer gevoel voor continuïteit.

Het Rotterdamse grand café Coenen, gelegen op de kop van het archiefgebouw van Het Nieuwe Instuut, is vernoemd naar de architect.

Ontwerpen

Stedebouwkundige plannen
Gebouwen Maastricht
Gebouwen elders

Zie ook

Externe link

Zie de categorie Jo Coenen van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.