Josef Dietrich
Josef Dietrich | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
Sepp Dietrich na de uitreiking van diamanten bij het Ridderkruis, 1944
| ||||
Bijnaam | Sepp, Ujac | |||
Geboren | 28 mei 1892 Hawangen, Beieren, Duitse Keizerrijk | |||
Overleden | 24 april 1966 Ludwigsburg, West-Duitsland | |||
Rustplaats | Neuer Friedhof, Ludwigsburg, abt: 75, rij: 1, graf: 2 (steen verwijderd)[1] | |||
Land/zijde | ![]() ![]() ![]() | |||
Onderdeel | ![]() ![]() ![]() | |||
Dienstjaren | 1911 – 1919 1928 – 1945 | |||
Rang | ![]() ![]() SS-Oberst-Gruppenführer en Panzer-Generaloberst in de Waffen-SS | |||
Eenheid | Königlich Bayerisches 4. Feldartillerie-Regiment „König“ 18 oktober 1911 - 27 november 1911[2] 2./1.Sturmbataillon "Teja"/Freikorps Oberland[3] Mei 1921 - juni 1921[2] 1. SS-Panzer-Division Leibstandarte-SS Adolf Hitler | |||
Bevel | SS-Sturm I Mei 1928/1 juni 1928[4] - Juni 1928[5]/ 1 augustus 1928[4] SS-Brigade "Bayern" 18[4] september 1929 - 11[4] juli 1929[4]/1930[5] SS-Standarte I 19 juli 1929[4]/ 1 augustus 1928 - 18 september 1929[6] SS-Abschnitt I 11 juli 1930 - 31 oktober 1930[7] SS-Abschnitt IV 11 juli 1931 - 1 augustus 1931[8][9] SS-Begleitkommando des Führers 29 februari 1932 - 17 maart 1933[8][2] SS-Gruppe Süd 1 juli 1932 - 1 oktober 1932[8] SS-Gruppe Nord 1 oktober 1933 - 20 maart 1933[2]/ 19 april 1933[8] SS Stabswache Berlin[2] 17 maart 1933 - 2 augustus 1933[8] SS Wachbataillon Berlin[2] Adolf Hitler Standarte Oktober 1933 - 13 april 1934[2] SS-Oberabschnitt Ost 16 november 1933 - 14 november 1939[2] LSSAH[2] SS-Oberabschnitt Spree[2] 1 oktober 1933 - 8 mei 1945[10] Leibstandarte-SS Adolf Hitler 15 augustus 1938 - 7 april 1943 I. SS-Panzerkorps 4 juli 1943 - 9 augustus 1944 5e Pantserleger (m.d.F.b.)[11] 9 augustus 1944 - 9 september 1944[5][11] 6e Pantserleger 26 oktober 1944 - 8 mei 1945 | |||
Slagen/oorlogen | Eerste Wereldoorlog
| |||
Onderscheidingen | Zie decoraties | |||
Ander werk | Parlementslid in de Rijksdag April 1938 - 8 mei 1945[5] HIAG | |||
|
Josef (Sepp) Dietrich (Hawangen, 28 mei 1892 – Ludwigsburg, 24 april 1966) was een Duitse SS'er.
Dietrich vocht in de Eerste Wereldoorlog in het Beiers leger en was daarna tot 1927 als politiefunctionaris in Beieren werkzaam. Van 1932 tot 1945 was hij voor de NSDAP lid van de Rijksdag. Adolf Hitler omschreef Dietrich vaak als de man van wie hij wenste dat hij ooit zijn zoon zou zijn geweest (iets soortgelijks zei Hitler echter ook van de Belgische SS'er Léon Degrelle). In 1933 kreeg Dietrich de opdracht om een nieuwe, voltijdse SS-eenheid te formeren. De belangrijkste taak van deze eenheid was Hitler persoonlijk te escorteren. Dit werd uiteindelijk de Leibstandarte-SS Adolf Hitler. Dietrich was van 1938 tot 1943 bevelhebber van deze SS-divisie.
Hij speelde aan het eind van de Tweede Wereldoorlog een belangrijke rol tijdens het Ardennenoffensief. Tijdens dat offensief was zijn belangrijkste speerpunt de Kampfgruppe Peiper. In het noordelijk gedeelte kwam deze groep het verst totdat zij zich moesten terugtrekken met achterlating van hun tanks wegens gebrek aan brandstof en met medeneming van al hun krijgsgevangenen. Tijdens de Duitse opmars in de Ardennen waren bij een kruispunt in de omgeving van Malmedy Amerikaanse krijgsgevangenen die zich al hadden overgegeven, door SS'ers zonder genade neergeschoten. Echter, vanuit belangen van de geallieerden was het zaak het voorval weer te geven als zodanig, Duitse getuigenverklaringen geven een geheel ander beeld.
Dit werd bekend als het Bloedbad van Malmedy. Na de oorlog werd, tijdens de Malmedy massacre trial in 1946, Joachim Peiper tot de strop en Dietrich tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld.
Aangezien er grove onregelmatigheden hadden plaatsgevonden tijdens het vooronderzoek waartegen de Amerikaanse publieke opinie in opstand kwam, konden Dietrich en Peiper de gevangenis van Landsberg in 1957 'on parole' (erewoord) verlaten. De vasthoudendheid van een Amerikaanse advocaat, Willis Everett uit Atlanta (Georgia), heeft dit uiteindelijk bewerkstelligd.
Carrière[bewerken | brontekst bewerken]
Dietrich bekleedde verschillende rangen in zowel de Allgemeine-SS als Waffen-SS. De volgende tabel laat zien dat de bevorderingen niet synchroon liepen.
Datum | Beiers leger | Polizei | Allgemeine-SS | Waffen-SS |
---|---|---|---|---|
18[12] oktober 1911[13]: | Freiwilliger | — |
— |
—
|
1912[13][2]: | Unteroffizier | — |
— |
—
|
6 augustus 1914[12]: | Kriegsfreiwilliger | — |
— |
—
|
4[2] juni 1917[13]: | Vizewachtmeister | — |
— |
—
|
1[2] oktober 1919[13]: | — |
Polizei-Wachtmeister | — |
—
|
1920[2]: | — |
Polizei-Oberwachtmeister | — |
—
|
oktober 1919[3]: | — |
Leutnant der Landespolizei | — |
—
|
1923[3]: | — |
Oberleutnant der Landespolizei | — |
—
|
1924[3]: | — |
Polizei-Hauptmann | — |
—
|
1 juni 1928[2][5]: | — |
— |
SS-Sturmführer | —
|
1 augustus 1928[5][2]: | — |
— |
SS-Sturmbannführer | —
|
18 november 1929[14][2]: | — |
— |
SS-Standartenführer | —
|
11 juli 1930[14][2][5]: | — |
— |
SS-Oberführer | —
|
18 december 1931[14][2][5]: | — |
— |
SS-Gruppenführer | —
|
1 juli 1934[13][14][2][5]: | — |
— |
SS-Obergruppenführer | —
|
maart 1940[15][2] (met terugwerkende kracht vanaf 1 juli 1934[15]): |
— |
— |
— |
Generaal in de Waffen-SS |
20 april 1942[16][2][5]: | — |
— |
SS-Oberst-Gruppenführer | Panzer-Generaloberst in de Waffen-SS |
Lidmaatschapsnummers[bewerken | brontekst bewerken]
- DAP (lid geworden 1923[2]), NSDAP-nr.: 89 015[14] (lid geworden 1 mei 1928[2][5])
- SS-nr.: 1 177[14] (lid geworden 5 mei 1928[5])
Decoraties[bewerken | brontekst bewerken]
Selectie:
- Ridderkruis van het IJzeren Kruis 4 juli 1940 als SS-Obergruppenführer en generaal in de Waffen-SS en Commandant van het Infanterie Regiment (motorisiert) "Leibstandarte SS Adolf Hitler"[13][17][18][19][5]
- Ridderkruis van het IJzeren Kruis met Eikenloof (nr. 41) op 31 december 1941 als SS-Obergruppenführer en generaal in de Waffen-SS en commandant van de SS-Division "Leibstandarte SS Adolf Hitler" (mot.)[13][18][20][19][5]
- Ridderkruis van het IJzeren Kruis met Eikenloof, Zwaarden (nr. 26) op 14 maart 1943 als SS-Obergruppenführer en Generaal in de Waffen-SS en commandant van de 1. SS-Panzer-Division "Leibstandarte-SS Adolf Hitler"[13][18][21][19][5]
- Ridderkruis van het IJzeren Kruis met Eikenloof, Zwaarden en Briljanten (nr. 16) op 6 augustus 1944 als SS-Oberst-Gruppenführer en Panzer-generaloberst in de Waffen-SS en bevelvoerend-generaal van de I. SS-Panzerkorps "Leibstandarte SS Adolf Hitler"[13][18][22][19][5]
- IJzeren Kruis 1914, 1e Klasse (juni[2] 1918)[23] en 2e Klasse (14 november[2] 1917[13])[24]
- Herhalingsgesp bij IJzeren Kruis 1939, 1e Klasse[5] (25 september 1939) en 2e Klasse[5] (27 oktober 1939)[13][18][24][25][2]
- Bloedorde (nr. 10) in 9 november[18][23] 1933[24][24][2]
- Gouden Ereteken van de NSDAP in 1933[18][24] -1934[2]
- Medaille Winterschlacht im Osten 1941/42 in 1942[13][18][24]
- Gezamenlijke Piloot-Observatiebadge in Goud met Diamanten[2] in 1943[13][18][24]
- Ehrendegen des Reichsführers-SS[23][24]
- SS-Ehrenring[23][24]
- Medaille voor Dapperheid (Oostenrijk-Hongarije) in brons[2]
- Orde van Militaire Verdienste (Beieren), 3e Klasse met Kroon en Zwaarden[2]
- Silezische Adelaar, 1e en 2e graad in 1919[13] - 1921[2]
- Dienstonderscheiding van de NSDAP in goud[2][5]
- Ehrenwinkel der Alten Kämpfer
- Grootofficier in de Orde van Sint-Mauritius en Sint-Lazarus op 4 mei 1938[2]
- Orde van de Italiaanse Kroon
- Grootofficier in de Militaire Orde van Savoye[2]
- Grootkruis in de Orde van de Kroon van Roemenië met Zwaarden[2] op 16 juli 1942[18][2]
- Krimschild[13]
- Strijdwagen-Herinneringsinsigne in zilver[5] in 1921
- Duits Olympisch Ereteken, 1e Klasse "Voor zeer bijzondere verdienste bij het organiseren van de spelen"[13] in 1936[2]
Bronnen, noten en/of referenties
|