Tweede Kamerverkiezingen in het kiesdistrict Tiel (1869-1888)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Tweede Kamerverkiezingen in het kiesdistrict Tiel (1869-1888) geeft een overzicht van verkiezingen voor de Nederlandse Tweede Kamer in het kiesdistrict Tiel in de periode 1869-1888.

Het kiesdistrict Tiel was al ingesteld in 1850. De indeling van het kiesdistrict werd in 1869 gewijzigd door een aanpassing van de Kieswet. Tot het kiesdistrict behoorden vanaf dat moment de volgende gemeenten: Amerongen, Beusichem, Buren, Buurmalsen, Cothen, Culemborg, Deil, Dodewaard, Doorn, Dreumel, Driebergen, Echteld, Est en Opijnen, Geldermalsen, IJzendoorn, Kesteren, Langbroek, Leersum, Lienden, Maurik, Odijk, Ophemert, Rhenen, Rijsenburg, Tiel, Varik, Waardenburg, Wadenoijen, Wamel, Werkhoven, Wijk bij Duurstede en Zoelen.

In 1878 werd de indeling van het kiesdistrict gewijzigd. De gemeenten Dreumel en Wamel werden toegevoegd aan het kiesdistrict Nijmegen. Tevens werd een gedeelte van het kiesdistrict Gorinchem (de gemeente Haaften) toegevoegd aan het kiesdistrict Tiel.

Het kiesdistrict Tiel was in deze periode een meervoudig[1] kiesdistrict: het vaardigde twee leden af naar de Tweede Kamer. Om de twee jaar trad één van de leden af; er werd dan een periodieke verkiezing gehouden voor de vrijgevallen zetel. Bij algemene verkiezingen (na ontbinding van de Tweede Kamer) bracht elke kiezer twee stemmen uit. Om gekozen te worden moest een kandidaat minimaal de districtskiesdrempel behalen.[2]


Legenda

  • cursief: in de eerste verkiezingsronde geplaatst voor de tweede ronde;
  • vet: gekozen als lid van de Tweede Kamer.

8 juni 1869 (tussentijds)[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren tussentijdse verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de omzetting van het kiesdistrict Tiel in een meervoudig kiesdistrict waardoor een tweede zetel beschikbaar kwam.[3]

8 juni
Kiesgerechtigden 2.840
Opkomst 2.109
Geldige stemmen 2.063
Blanco stemmen 18
Kandidaten
C.Th. van Lynden van Sandenburg 1.052
T.J. Stieltjes 873
J.J. Hasselman 80
W.J. Knoop 32

8 juni 1869 (periodiek)[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

8 juni
Kiesgerechtigden 2.840
Opkomst 2.109
Geldige stemmen 2.066
Blanco stemmen 14
Kandidaten
J.J. Hasselman 1.055
W.J. Knoop 759
J.J. Teding van Berkhout 119
C.T. van Lynden van Sandenburg 75
T.J. Stieltjes 41

13 juni 1871[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

13 juni
Kiesgerechtigden 2.910
Opkomst 2.244
Geldige stemmen 2.230
Blanco stemmen 12
Kandidaten
D.J. Mackay 1.121
C.T. van Lynden van Sandenburg[4] 1.082

10 oktober 1871[bewerken | brontekst bewerken]

Johannes Hasselman, gekozen bij de verkiezingen van 8 juni 1869, trad op 18 september 1871 af. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

10 oktober
Kiesgerechtigden 2.910
Opkomst 2.139
Geldige stemmen 2.116
Blanco stemmen 20
Kandidaten
C.Th. van Lynden van Sandenburg 1.210
L.A.J.W. van Sloet van de Beele 896

10 juni 1873[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni
Kiesgerechtigden 2.896
Opkomst 2.073
Geldige stemmen 2.048
Blanco stemmen 23
Kandidaten
C.Th. van Lynden van Sandenburg[4] 1.331
L. Mulder 625

15 september 1874[bewerken | brontekst bewerken]

Theo van Lynden van Sandenburg, gekozen bij de verkiezingen van 10 juni 1873, trad op 26 augustus 1874 af vanwege zijn toetreding tot het kabinet-Heemskerk-Van Lynden van Sandenburg. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

15 september 29 september[5]
Kiesgerechtigden 2.934 2.934
Opkomst 1.791 2.275
Geldige stemmen 1.773 2.260
Blanco stemmen 18 12
Kandidaten
H.A. van Rappard 820 1.238
H.J. Dijckmeester 817 1.022
J. Wolbers 124

8 juni 1875[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

8 juni
Kiesgerechtigden 2.988
Opkomst 2.275
Geldige stemmen 2.259
Blanco stemmen 15
Kandidaten
D.J. Mackay[4] 1.350
J.W. Gefken 893

11 januari 1876[bewerken | brontekst bewerken]

Hendrik van Rappard, gekozen bij de verkiezingen van 15 september 1874, trad op 23 december 1875 af vanwege zijn benoeming als procureur-generaal van het Gerechtshof in Arnhem.[6] Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

11 januari
Kiesgerechtigden 2.988
Opkomst 1.216
Geldige stemmen 1.097
Blanco stemmen 115
Kandidaten
H.A. van Rappard[4] 1.056

17 april 1877[bewerken | brontekst bewerken]

Donald Mackay, gekozen bij de verkiezingen van 8 juni 1875, trad op 22 maart 1877 af vanwege zijn emigratie naar Groot-Brittannië. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een tussentijdse verkiezing gehouden.

17 april
Kiesgerechtigden 3.108
Opkomst 1.493
Geldige stemmen 1.470
Blanco stemmen 21
Kandidaten
W.H. de Beaufort 759
P.A.C.H.T.A. Werdmüller von Elgg 586
W. van Goltstein 85

12 juni 1877[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

12 juni
Kiesgerechtigden 3.164
Opkomst 1.999
Geldige stemmen 1.976
Blanco stemmen 23
Kandidaten
H.J. Dijckmeester 1.001
W. van Goltstein 604
B.J.L. van Geer van Jutphaas 367

10 juni 1879[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni
Kiesgerechtigden 3.104
Opkomst 1.990
Geldige stemmen 1.956
Blanco stemmen 28
Kandidaten
W.H. de Beaufort[4] 983
G.J.T. Beelaerts van Blokland 962

14 juni 1881[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

14 juni
Kiesgerechtigden 3.192
Opkomst 2.667
Geldige stemmen 2.642
Blanco stemmen 22
Kandidaten
H.J. Dijckmeester[4] 1.354
G.J.T. Beelaerts van Blokland 1.274

12 juni 1883[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

12 juni
Kiesgerechtigden 3.230
Opkomst 2.696
Geldige stemmen 2.678
Blanco stemmen 12
Kandidaten
G.J.T. Beelaerts van Blokland 1.451
W.H. de Beaufort[4] 1.223

28 oktober 1884[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[7]

28 oktober
Kiesgerechtigden 3.266
Opkomst 2.825
Geldige stemmen 5.601
Blanco stemmen 49
Kiesdrempel 1.400
Kandidaten
G.J.T. Beelaerts van Blokland[4] 1.437
F.W.J. van Aylva van Pallandt 1.429
H.J. Dijckmeester[4] 1.395
C. Pijnacker Hordijk 1.337

15 juni 1886[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[8]

15 juni
Kiesgerechtigden 3.401
Opkomst 3.187
Geldige stemmen 6.309
Blanco stemmen 65
Kiesdrempel 1.577
Kandidaten
G.J.T. Beelaerts van Blokland[4] 1.609
F.W.J. van Aylva van Pallandt[4] 1.602
H.J. Dijckmeester 1.567
P. Rink 1.521

1 september 1887[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[9]

1 september
Kiesgerechtigden 3.377
Opkomst 2.765
Geldige stemmen 5.478
Blanco stemmen 56
Kiesdrempel 1.370
Kandidaten
F.W.J. van Aylva van Pallandt[4] 1.606
G.J.T. Beelaerts van Blokland[4] 1.605
P. Rink 1.143
M. Tydeman 1.104

Voortzetting[bewerken | brontekst bewerken]

Na de grondwetsherziening van 1887 werden de meervoudige kiesdistricten opgeheven; het kiesdistrict Tiel werd derhalve omgezet in een enkelvoudig kiesdistrict.[1] De gemeente Doorn werd toegevoegd aan het al bestaande kiesdistrict Amersfoort, de gemeenten Amerongen, Leersum en Rhenen aan het nieuw ingestelde kiesdistrict Ede en de gemeenten Beusichem, Buren, Buurmalsen, Cothen, Culemborg, Driebergen, Langbroek, Odijk, Rijsenburg, Werkhoven en Wijk bij Duurstede aan het eveneens nieuw ingestelde kiesdistrict Wijk bij Duurstede. Een gedeelte van het kiesdistrict Gorinchem (de gemeente Beesd) werd toegevoegd aan het kiesdistrict Tiel.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]