Nederlands taalgebied
Nederlands Taalgebied | ||||
---|---|---|---|---|
Het Nederlands taalgebied is in het zwart aangegeven en de (half-)creolen zijn rood gekleurd.
| ||||
Taal | Afrikaans Nederlands e.a. creoolse talen | |||
Sprekers | 45 miljoen | |||
Moedertaal | - 25 miljoen (nld) - 8 miljoen (afr) | |||
Vreemde taal | - 8 miljoen (nld) - 10 miljoen (afr) | |||
Gesproken in | Vijf soevereine landen:
en wereldwijd als taal van immigranten (als zijnde niet erkend). | |||
Officiële status | ||||
Officieel in | Zie bovenstaande, aangevuld met: | |||
Taalorganisatie | Nederlandse Taalunie (nld) Suid-Afrikaanse Akademie vir Wetenskap en Kuns (afr) | |||
Variëteiten | ||||
Dialecten | Nederlandse dialecten | |||
Creolen | Nederlandse creoolse talen | |||
|
Nederlands wereldwijd | ||||
---|---|---|---|---|
Nederlands | ||||
Nederlandse creoolse talen | ||||
|
Met het Nederlandse taalgebied wordt het gebied bedoeld, waar mensen in het dagelijks leven gebruikmaken van het Nederlands of een op basis van het Nederlands gecreoliseerde taal. De taal moet dan als moedertaal en/of als dagelijkse omgangstaal functioneren.
Taalgebied
Het Nederlands of zijn creoolse varianten worden tegenwoordig als moedertaal gesproken in delen van Afrika, Europa en Noord- en Zuid-Amerika. Europa is verreweg het belangrijkste vanwege het feit dat meer dan de helft van alle moedertaalsprekers er woont.
Daarbij moet op het feit worden gewezen dat Afrikaans, een gecreoliseerde variant die een zelfstandige status heeft gekregen, in Namibië en Zuid-Afrika als onafhankelijke taal functioneert. Aan het einde van de 19de eeuw werd daar het Nederlands als cultuurtaal ingewisseld voor de eigen Zuid-Afrikaanse variant die zich sindsdien heeft verzelfstandigd en naast het Engels officiële taal werd. Omdat het Apartheidsregime tussen 1961 en 1994 gedomineerd werd door de 'Afrikaanders', kreeg hun taal een slechte naam en na opheffing van de apartheid werd ze als officiële taal onttroond en geboycot. Omdat een talrijke zogenaamde 'kleurlingen'bevolking in de Kaapprovincie Afrikaans (in een eigen vorm) spreekt, heeft deze boycot uiteindelijk niet tot een verbod geleid. De positie van de taal is wel verzwakt, mede omdat een deel van de Afrikaanders is geëmigreerd.
Het Nederlands in ruime zin kan onderscheiden worden in twee hoofdtalen: Nederlands en Afrikaans. Het laatste is ontstaan uit het Nederlands en zijn spelling is nog altijd gebaseerd is op de Algemeen Vereenvoudigde Spelling van Kollewijn.
Hoofdtaal (Nederlands)
Er zijn wereldwijd meer dan 25 miljoen Nederlandstaligen. Dit totaal kan als volgt worden berekend: ruim 17,5 miljoen Nederlanders (CBS 2019); 6,7 miljoen inwoners van het Vlaams Gewest in België (cijfers uit 2019), en naar schatting 130.000 Nederlandstalige Brusselaars (een minderheid sinds de verfransing van Brussel). In Suriname wordt het aantal moedertaal-Nederlandstaligen op 0,5 miljoen geschat.
Officieel en moedertaal
Het Nederlands wordt gebruikt als officiële landstaal in:
- België:
- België, officieel tweetalig (Nederlands en Frans)
- Vlaanderen, het Nederlandse taalgebied in België in de strikte zin
- Koninkrijk der Nederlanden:
- Suriname
Verder wordt het Nederlands gesproken in:
- België:
- Wallonië, alleen officieel erkend in de Waalse faciliteitengemeenten
- Duitsland, alleen de regio Nederrijn (maar alleen in dialectvorm)
- Frankrijk, in de regio Frans-Vlaanderen (maar alleen in dialectvorm)
- Indonesië, als bronnentaal, officiële bestuurstaal en algemene omgangstaal van Indische Nederlanders en, vaak in Nederland, hoger opgeleide Indonesiërs. De eerste groep vertrok vóór 1955 naar Nederland, van de tweede groep is alleen de oudste, nu vrijwel uitgestorven, generatie nog Nederlandstalig.
Als cultuurtaal was het Nederlands in gebruik in:
- vanaf de Reformatie tot in de jaren tachtig van de 19de eeuw in de westelijke gemeenten van Oost-Friesland (Ostfriesland) en in de Graafschap Bentheim (Grafschaft Bentheim), waar de bevolking vanouds tot de Hervormde Kerk behoort; in afgescheiden Oudgereformeerde Gemeenten werd daar zelfs nog tot in de jaren zeventig van de 20ste eeuw in het Nederlands gesproken.
- in het graafschap Lingen tot het midden van de 19de eeuw
- in het hertogdom Kleef (Kleve) tot in de jaren zeventig van de 19de eeuw
- in Nederlands-Indië (na 1945 Indonesië)
- Zuid-Afrika, grondwettelijk tot 1961; tot 1984 grondwettelijk gelijkgesteld aan het Afrikaans
- Zuidwest-Afrika
Immigrantentaal
Andere gebieden waar Nederlands wordt gesproken door economische belangen of door grote aantallen immigranten zijn:
- Australië
- Canada
- Frans-Guyana, waaronder Nederlandssprekende Surinamers
- Nieuw-Zeeland
- Verenigde Staten
- Zuid-Afrika; hier woont een grote groep Nederlanders en Vlamingen, niet te verwarren met de Afrikaners en/of Boeren
Hoofdtaal (Afrikaans)
Er zijn wereldwijd ongeveer 17 miljoen Afrikaanstaligen. Dit totaal kan als volgt worden berekend: ruim 7 miljoen moedertaalsprekers in Zuid-Afrika (census 2011); naar schatting ongeveer 300.000 moedertaalsprekers in Namibië, en naar schatting 9.500.000 mensen in Zuid-Afrika en Namibië, die Afrikaans als tweede of derde taal spreken. In Namibië vervult het Afrikaans de rol van lingua franca. Het aantal moedertaal sprekers van het Afrikaans ligt dus aanzienlijk lager dan het aantal mensen dat Afrikaans als tweede of derde taal beheerst.
Officieel en moedertaal
Het Afrikaans werd tot 1925 beschouwd als een dialect, eigenlijk een creoolse variant, van het Nederlands. In dat jaar werd Afrikaans erkend als onafhankelijke taal. Echter, door de Zuid-Afrikaanse grondwet werden Afrikaans en Nederlands tot 1984 nog als synoniemen bestempeld. Als officiële taal wordt het gebruikt in:
- Namibië, als erkende regiotaal
- Zuid-Afrika, als een van de elf officiële talen van het land
Verder wordt Afrikaans ook gesproken door kleine gemeenschappen in andere landen:
Immigrantentaal
Na de afschaffing van de apartheid zijn veel Afrikaners verhuisd naar andere landen. Daardoor wordt het Afrikaans als immigrantentaal gesproken in:
Creoolse talen
Nederlandse creoolse talen werden gesproken in voormalige Nederlandse koloniën en handelsvestigingen en door vóór 1900 gevestigde immigrantengroepen. Nu zijn ze vrijwel uitgestorven. Er zijn nog maar een handjevol sprekers verspreid over de wereld, bijvoorbeeld in Guyana, Indonesië, de Verenigde Staten, Brazilië en op Puerto Rico, en vroeger ook op de Maagdeneilanden en Sri Lanka (Ceylon).
Grootste gemeenschappen in het taalgebied
In het Nederlands taalgebied liggen de tien grootste gemeenschappen verspreid over België, Nederland en Zuid-Afrika.[2] Hoewel een groot deel van de Afrikaans- en Nederlandstalige gemeenschap in Nederland woont, te weten ongeveer 17 miljoen sprekers, ligt de grootste stad, wat betreft het aantal Afrikaans of Nederlands sprekenden, in Zuid-Afrika. Kaapstad heeft met bijna 1,2 miljoen Afrikaanstaligen de grootste stedelijke gemeenschap van het taalgebied binnen haar grenzen. Deze stad wordt gevolgd door de drie grootste steden in Nederland: Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Antwerpen sluit met ongeveer 470.000 Nederlandstaligen de top vijf van grootste gemeenschappen in het Nederlands taalgebied. In de grootste metropool van de Lage Landen, Brussel, werd het Nederlands, waar rond 1850 nog de meerderheid van de bevolking een Brabants dialect sprak, tijdens de intensief voortgaande verfransing van Brussel sinds de Eerste Wereldoorlog teruggedrongen tot de taal van een kleine minderheid.
De gemeenschappen in Aruba, Curaçao, Namibië, Sint Maarten en Suriname vormen te kleine gemeenschappen om in de top van de lijst voor te komen.
Zie ook
- ↑ Révision portant sur le traité de 1958(2008), Artikel 38 : Frans en Nederlands zijn de officiële talen van de instellingen van de Beneluxunie
- ↑ Deze cijfers zijn gebaseerd op volkstellingen in Zuid-Afrika, Namibië en Suriname en de bevolkingsregisters van het Koninkrijk der Nederlanden en België.