Naar inhoud springen

Ad Duodecimum

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door JanB46 (overleg | bijdragen) op 7 okt 2017 om 12:54. (→‎De locatie van Ad Duodecimum: red.)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Ad Duodecimum aan de bovenzijde van de Peutinger kaart, rechts van Grinnibus

Ad Duodecimum (vertaald: bij de twaalfde) was een Romeinse nederzetting in de provincie Neder-Germanië (Germania Inferior) aan de heerweg van Noviomagus (Nijmegen) naar Lugdunum Batavorum (Katwijk-Brittenburg). Ad Duodecimum wordt vermeld in de Historiae van de Romeinse geschiedschrijver Tacitus, en staat ook vermeld op de Peutinger kaart tussen Grinnes (Rossum?) en Noviomagus.

De Peutinger kaart geeft naar alle waarschijnlijkheid de situatie weer in de vroege 3e eeuw na Chr., toen er een heerweg liep vanaf Nijmegen, hoofdstad van de civitas Batavorum (het stamgebied der Bataven) naar Forum Hadriani, de hoofdstad van de Cananefaatse civitas, en vandaar naar de meest westelijke nederzetting aan de Rijn, Lugdunum Batavorum. Deze heerweg volgde grotendeels de loop van Waal en Maas, die op de Peutinger kaart als één rivier worden weergegeven met de naam Patabus (een verschrijving van Batavus). Ad Duodecimum was een van de pleisterplaatsen langs deze weg, op een afstand van 18 Gallische mijl (ca. 40 km) van Noviomagus en 6 (ca. 13 km) vanaf Grinnes. Mogelijk was Ad Duodecimum een baanpost (statio): een officiële Romeinse halteplaats waar koeriers of reizigers konden eten, baden, overnachten en van paard kon worden gewisseld.

De locatie van Ad Duodecimum

Naast de vermelding op de Peutinger kaart zijn er nooit concrete archeologische of historische aanwijzingen gevonden voor de locatie van Ad Duodecimum. De omschrijving "bij de twaalfde" betekent bij de twaalfde mijlpaal. De afstand dient dan gezien te worden vanuit Nijmegen. Dit komt echter niet overeen met de afstand die vermeld wordt op de Peutinger kaart.

De 18e-eeuwse Franse cartograaf Jean Baptiste Bourguignon d'Anville plaatste Ad Duodecimum in Dodewaard,[1] op grond van de overeenkomst in naam en de afstand tot Nijmegen. Als alternatieve locaties zijn Wamel en Maasbommel-Berghuizen geopperd.[2][3] In 2017 werd het gekoppeld aan een opgegraven nederzetting tussen Alphen en Dreumel.[4]

Zie ook