Halbertsma

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Halbertsma
Verspreiding Vlag Friesland Friesland
Informatie
Oorsprong Dokkum en omgeving
Halbertsma

Halbertsma is een Fries patriciërsgeslacht dat haar oorsprong vindt in Dokkum en omgeving. De familie bracht onder meer bestuurders, academici, industriëlen, medici en predikanten voort. De familie is voornamelijk bekend door de rol die de gebroeders Halbertsma, Ds. Joost, dr. med. Eeltje en koopman Tjalling, speelden in de ontwikkeling van de Friese literatuur, (geschreven) taal en cultuur in de eerste helft van de 19e eeuw. Hun verzamelde literaire werk, Rimen & Teltsjes, behoort tot de standaardliteratuur van Fryslân. Dr. Eeltje's gedicht, de Alde Friezen, werd ingesteld als het Friese volkslied. Ds. Joost Halbertsma's Lexicon Frisicum diende als opzet voor het eerste Friese woordenboek. Daarnaast schonk hij zijn rijke collectie van cultuurhistorische voorwerpen aan de provincie Fryslân, welke diende als basis voor het tegenwoordige Fries Museum. Ds. Joost's inzet in het behoud en de ontwikkeling van de Friese identiteit leidde tot zijn opname in de Canon van Friesland. Tevens is de hoogste onderscheiding voor historisch en wetenschappelijk werk met betrekking tot Fryslân, de Dr. Joast Halbertsmapriis, naar hem vernoemd. In Grouw, op de geboorteplek van de gebroeders Halbertsma, vindt men het Halbertsmahûs, waar in de gevel de bustes van Eeltje en Joost zijn aangebracht.[1]

De nazaten van de vierde broer, Binnert Halbertsma (1795-1847), hebben met de 'Halbertsma’s Fabrieken voor Houtbewerking' tot eind 20ste eeuw een belangrijke rol gespeeld in Grou en omstreken.[2] Eenzelfde belangrijke rol werd gespeeld door de nazaten van Tjalling Halbertsma (1792-1852) met de succesvolle zuivelfabriek en boter- en kaasgroothandel 'Normandia' in Sneek.[3] Tjalling's nazaten behoorden tot de notabelen van de stad en vestigden zich veelal op het Kleinzand;[4] hier richtten Johannes Halbertsma (1888-1958) en Herre Halbertsma (1920-1998) het Fries Scheepvaart Museum op.

In de loop van de 19e en 20e eeuw is de familie Halbertsma uitgewaaierd over Nederland en het buitenland. Uit de vier bovenvermelde broers ontsproten de takken waar de huidige Halbertsma’s van afstammen. De takken van Tjalling en Binnert bloeien nog weelderig, terwijl de takken van Joost en Eeltje, halverwege de 20ste eeuw, zijn uitgestorven. De huidige generaties blijven, familiegetrouw, actief in de academische, medische en zakenwereld alsook het openbaar bestuur.

De familie is opgenomen in de jaargangen 5, 12, 15, 40 en 71 van het genealogische naslagwerk Nederland's Patriciaat (NP).

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Buste van Joost Halbertsma (links) en Eeltje Halbertsma (rechts) in de gevel van het Halbertsmahûs te Grouw

De bewezen stamreeks vangt aan met de vermogende lakenhandelaar Buwe Hiddes (ca. 1570-1625) uit Ee, Fryslân. Hij bezat land en huizen in de omgeving. Zijn zoon, Hidde Buwes (ca. 1610-1666), werd eveneens een succesvol lakenhandelaar en vestigde zich in Kollum; ook hij had land en huizen in de omgeving onder zich. Hidde Buwes trouwde, in 1634, met Wytske Sipckes Halbetsma (1614- ca. 1665). Hun zoon, dr. Scipio Halbetsma (1644-1700), nam naar oud Fries gebruik, de achternaam van zijn moeder aan.[5][6] Hij werd advocaat aan het Hof van Friesland en substituut-secretaris van Westdongeradeel.[7] Met diens kleinzoon, Joost, is een ‘r’ in de naam gekomen.

Wytske Halbetsma stamde uit het 16e eeuwse, bekende eigenerfde geslacht, Halbetsma.[8] Zij bewoonden de Halbetsma State, het Halbetsmahuis en de Halbetsma-zate, en bezaten grond in en rond Kollum.[9] Wytske was de dochter van Scipio (Sipcke) Halbetsma (gestorven vóór 1622), secretaris van Westdongeradeel,[1] en achterkleindochter van de Kollumer mederechter en gasthuisvoogd Hed Halbetsma (ca. 1500-na 1556). Haar zuster, Antje Sipckes Halbetsma (1611-1666), was een burgemeestersvrouw.[6]

Familiewapen[bewerken | brontekst bewerken]

De heraldische beschrijving van het wapen is als volgt (zie NP 71):

gedeeld 1 de Friese adelaar; 2 doorsneden: A in rood een zwart beklede onderarm, komende uit het midden van de buitenste schildrand, in de hand een schuin links geplaatste ganzenpen van natuurlijke kleur, gaande over een de schildranden rakende zilveren ruit; B in groen drie zilveren klaverbladen. Helmteken: een klaverblad van het schild. Dekkleden: groen, gevoerd van zilver.

Dr. Scipio Halbetsma zegelde in 1677 met een voorloper van dit sprekende wapen, met rechts de Friese adelaar en links een boek waarboven een onderarm met hand; helmteken een ganzenpen. Het boek en de ganzenpen zijn een verwijzing naar, de in de familie voorkomende, juridische ambten van advocaat, secretaris en rechter. De Friese adelaar, als rechtssymbool, wordt geassocieerd met de ambten van rechter en grietman.[10] De zoons van Scipio voegden later drie zilveren klaverbladeren in een groen vlak toe, een verwijzing naar het bezit van weidegronden.[11] Bij het in gebruik nemen van het huidige wapen is het opengeslagen boek waarschijnlijk om stilistische redenen een ruit geworden.

Genealogie[bewerken | brontekst bewerken]

Vroegste generaties[bewerken | brontekst bewerken]

  • Buwe Hiddes (ca. 1570-1625) lakenhandelaar en eigenaar van grond en huizen te Ee, Tibma, Anjum en Engwierum.
    • Hidde Buwes (1610-1666) lakenhandelaar en eigenaar van grond en huizen te Ee, Engwierum, Oldwolde, Augustinusga, Kollumerpomp en Kollum. Getrouwd met Wytscke Sypckes Halbetsma (1614-ca. 1665), achterkleindochter van rechter Hed Halbetsma (ca. 1500-na 1552).
      • Dr. Scipio Halbetsma (1644-1700), promovendus aan de Universiteit van Franeker, advocaat aan het Hof van Friesland, substituut-secretaris van Westdongeradeel, fiscaal te Dokkum, lidmaat en ouderling te Ternaard. Hij trouwde met Catharina Rinia Stinstra, dochter van Joost Rinia, lid van het vroedschap en burgemeester van Dokkum.[6]
        • Ds. Justus Halbetsma (1674-1742), predikant te Vledder.
        • Theodorus Halbertsma (1679-1742), substituut-secretaris van Westdongeradeel.
          • Ds. Scipio Halbetsma (1709-1779), predikant te Arum en Holwerd.
            • Dr. med. Theodorus Halbetsma (1741-1779), gepromoveerd aan de Universiteit van Franeker, geneesheer, lid van het vroedschap en burgemeester van Dokkum. In 1764 getrouwd met Dieuke Visscher (ca. 1740-1803), dochter van Dr. Frans Canter Visscher[12], raad in vroedschap Deventer, en kleindochter van Jacobus Canter Visscher.
              • Mr. Cornelis Halbetsma (1768-1833), secretaris van Ferwerderadeel en advocaat te Leiden. Getrouwd  in 1797 met Johanna Jacoba de Joncheere, wiens familie is opgenomen in NP 5, 39 en 41.

De gebroeders Halbertsma en hun nazaten[bewerken | brontekst bewerken]

Joost Halbertsma en nazaten[bewerken | brontekst bewerken]

  • Ds. Joost Hiddes Halbertsma (1789-1869), doopsgezind predikant te Bolsward en te Deventer, letterkundige, bekend van het eerste Friese woordenboek ‘Lexicon Frisicum’ en het literaire werk Rimen & Teltsjes. Hij verkreeg een eredoctoraat in de letteren van de Universiteit Leiden en werd benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (hierna R.N.L.). Hij was getrouwd met Johanna Iskjen Hoekema (1794-1847).
    • Dr. Petrus Halbertsma (1817-1852), rector Instituut van Kinsbergen (Latijnse school) te Elburg.
    • Prof. Dr. Hidde Halbertsma (1820-1865), hoogleraar anatomie en fysiologie te Leiden. Getrouwd met Jacoba Sophia Hamaker (1827-1888), wiens familie is opgenomen in het NP 8.
    • Prof. Dr. Tjalling Justus Halbertsma (1829-1894), hoogleraar Griekse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Groningen (1877-1894). Getrouwd met Hendrika Catharina Merens (1844-1899), haar familie is opgenomen in NP 6 en 55.

Tjalling Halbertsma en nazaten[bewerken | brontekst bewerken]

  • Tjalling Halbertsma (1792-1852), lid van de Provinciale Staten van Friesland, schrijver, letterkundige en internationale zuivelhandelaar.
    • Dr. Klaas Halbertsma (1815-1879), geneesheer te Sneek.
      • Prof. Dr. Tjalling Halbertsma (1841-1898), R.N.L., hoogleraar verloskunde en gynaecologie te Groningen (1866) en te Utrecht (1867-1883). Hij trouwde in 1883 met Johanna Helena Elizabeth van der Mandere (1849-1886), wiens oude Vlaamse familie is opgenomen in NP 7.
      • Dr. Stephanus Justus Halbertsma (1844-1925), Officier in de Orde van Oranje-Nassau (hierna O.O.N.), geneesheerdirecteur van het Krankzinnigengesticht in Rotterdam (1880-1890), lid van de gemeenteraad en wethouder van Rotterdam. Getrouwd met Theodora Jacoba van Vollenhoven, wiens familie is opgenomen in NP 15, 16 en 53.
      • Ing. Hidde Petrus Nicolaas Halbertsma (1853-1929), ingenieur, architect en directeur gemeentelijke water-, gas- en elektriciteitsbedrijven in Wiesbaden, lid gemeenteraad Utrecht.
        • Prof. Dr. Ing. Nicolaas Adolf Halbertsma (1889-1966), O.O.N., natuurkundige, eresenator van de Technische Hochschule te Karlsruhe, hoofd afdeling technische propaganda Philips’ Gloeilampenfabrieken te Eindhoven, bijzonder hoogleraar lichttechniek te Utrecht. Getrouwd met Jacoba Hermina Blom, wiens familie is opgenomen in NP 9 en 15.
          • Mr. Hylke Gerald Halbertsma (1918-2008), O.O.N., econoom, voorzitter en directeur van verscheidene organen binnen de Verenigde Naties.
    • Johannes Halbertsma (1827-1884), koopman in de zuivelindustrie, oprichter en mede-eigenaar firma Johannes Halbertsma, lid gemeenteraad en voorzitter van de Kamer van Koophandel in Sneek. Hij huwde in 1850 met Hylkia (1826-1875)[13], wiens familie is opgenomen in NP 87. Hij hertrouwde in 1877 met Maria Franscina Huijsman (1829-1914), wiens familie is opgenomen in NP 4, 58 en 90.
      • Tjalling Halbertsma (1853-1906), componist, assistent-resident te Yogyakarta en resident van Banjoemas.
      • Hylke Halbertsma (1857-1932), groothandelaar in zuivelindustrie, medeoprichter en directeur van de firma Johannes Halbertsma en van de fabriek La Normandie te Sneek. Getrouwd met Maria Francisca Margaretha Helena Strootman, wiens familie is opgenomen in NP 9.
        • Johannes Halbertsma (1888-1958), directeur N.V. Johannes Halbertsma’s Zuivelindustrie, medeoprichter en voorzitter van het Friesch Scheepvaart Museum te Sneek.
        • Dr. Tjalling Halbertsma (1891-1956), directeur Zuigelingenzorg te Haarlem en docent kindergeneeskunde te Leiden. Getrouwd met Helena Albertina Waller, wiens familie is opgenomen in NP 1, 23, 45 en 78 NP.
          • Mr. Tjalling Menso Halbertsma (1929-2014), O.O.N., directeur van de Algemene Friesche Levensverzekering-Maatschappij, rechter-plaatsvervanger te Leeuwarden, grapholoog. Hij trouwde met Marijke Wiardi Beckman, wiens familie is opgenomen in NP 5.
        • Hylke Halbertsma (1895-1972), mede-eigenaar van de firma Tiedeman & Van Kerchem en de firma van Heekeren & Co te Batavia, musicus. Getrouwd met Sara van Lennep, zus van verzetsheldin Mies Boissevain-van Lennep, en telg van het geslacht Van Lennep.
  • Herrius Halbertsma (1864-1920), koopman, zeehandelaar, medeoprichter en lid firma La Normandie, later  directeur van Johannes Halbertsma’s Zuivelindustrie.
    • Johannes Herrius Halbertsma (1894-1979), regent Old Burger Weeshuis, directeur zuivelfabriek en koelhuis N.V. Normandia te Sneek, en reservist 1e luitenant van de infanterie.
      • Dr. Herrius (Herre) Halbertsma (1920-1998), O.O.N., archeoloog, publicist, plv. directeur Rijksdienst Oudheidkundig Bodemonderzoek, conservator van de Oudheidkamer te Bolsward, oprichter en conservator Friesch Scheepvaart Museum te Sneek en ontvanger van de Dr. Joast Halbertsmaprijs.
        • Dr. Maria Elisabeth (Marlite) Halbertsma (1947), R.N.L., hoogleraar Historische Aspecten van Kunst en Cultuur aan de Erasmus Universiteit Rotterdam (tot 2012), en ontvanger van de Ad Fontespenning en de Wolfert van Borselenpenning.
        • Drs. Ruurd Binnert Halbertsma (1958), bijz. hoogleraar archeologie aan de Universiteit Leiden (2010-2018), conservator aan het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden en auteur.

Binnert Halbertsma en nazaten[bewerken | brontekst bewerken]

  • Binnert Hiddes Halbertsma (1795-1847), koopman, lid Provinciale Kamer van Koophandel Friesland.
    • Hidde Binnerts Halbertsma (1830-1895), internationale houthandelaar, lid firma H. Halbertsma Bzn, en oprichter van een stoomfabriek voor kisten en kuiphout te Grou.
      • Pieter Goslik Halbertsma (1860-1925), lid van de firma H. Halbertsma Bzn., directeur N.V. Halbertsma’s Fabrieken voor Houtbewerking, lid van de gemeenteraad van Idaarderadeel en lid van de Provinciale Staten van Friesland.
        • Hidde Binnert Halbertsma (1888-1971), O.O.N., directeur van de N.V. Halbertsma’s Fabrieken.

Eeltje Halbertsma en nazaten[bewerken | brontekst bewerken]

Galerij[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]