Saint-Barthélemy (eiland)
Collectivité de Saint-Barthélemy | ||
---|---|---|
(Details)
| ||
Basisgegevens | ||
Officiële taal | Frans | |
Hoofdstad | Gustavia | |
Regeringsvorm | Franse overzeese gemeenschap | |
Religie | Rooms-katholiek | |
Oppervlakte | 21 km²[1] | |
Inwoners | 9.072 (2010)[2] 7.122 (2020)[3] (339,1/km² (2020)) | |
Overige | ||
Munteenheid | Euro (EUR)
| |
UTC | −4 | |
Nationale feestdag | 14 juli | |
Web | Code | Tel. | .fr | BLM | +590 | |
Detailkaart | ||
Portaal Landen & Volken
|
Saint-Barthélemy (Nederlands: Sint-Bartholomeus), officieel Collectivité de Saint-Barthélemy, is een eiland in de Caraïbische Zee en overzeese gemeenschap (collectivité d'outre-mer) van Frankrijk. Het ligt ten zuidoosten van Sint Maarten en ten noordwesten van Saint Kitts, en het behoort tot de Bovenwindse Eilanden van de Kleine Antillen. Het wordt ook wel Saint Barts, Saint Barths of Saint Barth genoemd. De hoofdstad is Gustavia.
Het eiland is slechts 21 km² groot, en telt 7.122 (2020) inwoners, die voornamelijk afstammen van kolonisten uit Normandië, Bretagne en Poitou.
Geschiedenis
Saint-Barthélemy werd in 1493 ontdekt door Columbus, en werd genoemd naar de naamheilige van diens broer Bartolomeo. Het eiland werd bevolkt door Cariben. Pas in 1648 werd het door Franse kolonisten vanuit Saint Kitts gekoloniseerd. In 1651 werd het eiland echter aan de Ridders van Malta verkocht. De Cariben moordden in 1656 alle kolonisten uit. In 1763 vestigden Franse boekaniers uit Normandië en Bretagne zich op het eiland. Onder Lodewijk XVI werd het op 1 juli 1784 aan Zweden verkocht, in ruil voor handelsrechten in Göteborg. De Zweden noemden de hoofdstad Gustavia, naar hun koning Gustaaf III.
Saint-Barthélemy werd een vrijhaven, waar gekaapte lading kon worden verkocht. Het eiland bloeide op, tot het door de opkomst van het stoomschip minder belangrijk werd. Op 10 augustus 1877 kochten de Fransen het terug, nadat de plaatselijke bevolking voor aansluiting bij Frankrijk had gestemd. In 1946 kreeg Guadeloupe, waar Saint-Barthélemy toen onder viel, de status van overzees departement. In de tweede helft van de 20e eeuw verdubbelde de bevolking van het eiland tot 7000 inwoners.
Ontvoering van Freddy Heineken 13 februari 1986
Omdat Frankrijk Van Hout en Holleeder niet kon uitleveren of zelf berechten, maar ze ook geen verblijfsvergunning wilde geven, werden ze vervolgens op 6 december 1985 ondergebracht in hotels met huisarrest ("hotelarrest"). Ze werden op 13 februari 1986 overgebracht naar Guadeloupe. In het vliegtuig bleek dat ze in Guadeloupe zouden moeten overstappen op een vliegtuig naar het Nederlandse deel van Sint Maarten. Ze protesteerden hiertegen, waarna ze naar Saint-Barthélemy overgebracht werden. De bevolking was echter fel tegen het daar "dumpen" van criminelen, waardoor ze daar niet veilig waren. Vervolgens werden ze naar het Franse deel van Sint-Maarten overgebracht, maar daar waren dezelfde problemen. 's Nachts moesten ze aan boord gaan van een schip dat met gedoofde lichten naar het onbewoonde eilandje Tintamarre voer (waarbij journalist Peter R. de Vries ook meeging), waar ze nog even op het schip konden slapen en daarna aan wal gaan, waar ze per helikopter werden opgehaald. Ze werden teruggebracht naar Guadeloupe, met weer dezelfde problemen. Toen zijn ze weer teruggehaald naar het Europese deel van Frankrijk, en kregen hotelarrest in Évry. Op grond van een nieuw uitleveringsverdrag vroeg Nederland opnieuw om uitlevering, waarna ze opnieuw in een Franse gevangenis kwamen te zitten. Het uitleveringsverzoek werd ingewilligd behalve m.b.t. "schriftelijke bedreiging met de dood", wegens de eerdere intrekking van het verzoek. Ditmaal gingen ze niet in beroep en ze werden op 31 oktober 1986 aan Nederland uitgeleverd.
Bestuur
Saint-Barthélemy vormde tot 2007 samen met Frans Sint-Maarten een onderprefectuur van het overzeese departement Guadeloupe, maar koos bij referendum op 7 december 2003 net als Frans Sint-Maarten voor meer zelfbestuur, rechtstreeks onder Frankrijk. Op 22 februari 2007 keurde het Franse parlement de wet goed die de nieuwe status van de eilanden regelt. Sindsdien heeft het een beperkte autonomie. Het eiland is bevoegd voor:
- alle uitvoerende bevoegdheden die bij de regio en het departement Guadeloupe en de gemeente Saint-Barthélemy hoorden
- beperkte heffing van belastingen; kadaster
- volkshuisvesting en ruimtelijke ordening
- wegverkeer, veerdiensten, registratie van schepen, aanleg en exploitatie van zeehavens
- toezicht op openbare wegen, openbare ruimte en openbare gebouwen
- milieubeleid, inbegrepen de bescherming van bosgebieden
- toelating van buitenlanders op de arbeidsmarkt
- energiebeleid
- toerisme
- aanleg of instelling en inrichting van openbare gebouwen en diensten
Op alle andere beleidsterreinen is de Franse staat bevoegd, inclusief de vervolging van strafbare feiten die betrekking hebben op bovengenoemde punten.
Saint-Barthélemy wordt bestuurd door een Territoriale Raad met 19 leden en een uitvoerend college van 7 leden, beide gevestigd in het Hôtel de la Collectivité (vóór 2007 het gemeentehuis) in de hoofdstad Gustavia en voorgezeten door de voorzitter ('président') van de Territoriale Raad, sinds de instelling van de functie in 2007 is dat Bruno Magras (kartel UMP = Union pour un Mouvement Populaire & Saint-Barth Eerst!).
Het eiland wordt in de Franse nationale Senaat te Parijs vertegenwoordigd door één senator, momenteel Michel Magras (Saint-Barth Eerst!), de broer van Bruno. Over de vertegenwoordiging in de Franse Nationale Vergadering ('Assemblée nationale') is er nog steeds discussie; momenteel wordt die nog waargenomen door Victorin Lurel (PS), die een van de vier kieskringen van Guadeloupe vertegenwoordigt (en overigens ook voorzitter van de Conseil Régional van Guadeloupe is). Het Frans staatshoofd, de president (momenteel Emmanuel Macron), wordt vertegenwoordigd door de préfet délégué (gedelegeerd prefect) op Guadeloupe, momenteel Jacques Simonnet, die er de vertegenwoordiging op Sint-Maarten bijneemt.
Op 1 januari 2012 werd de status van Saint-Barthélemy veranderd van ultraperifere regio naar overzees gebied. Daarmee is Saint-Barthélemy na Frans-Algerije en Groenland de derde regio die de Europese Unie (of een voorganger) heeft verlaten.
Economie
Saint-Barthélemy leeft tegenwoordig van toerisme. Op het eiland staat een aantal hotels. De toeristen arriveren met kleine vliegtuigjes zoals de Twin Otter op de plaatselijke luchthaven of komen per boot vanuit Marigot. Voor landbouw is het eiland te droog. Het toerisme heeft het eiland veel welvaart gebracht. Het is vooral populair onder de rijken der aarde.
Vervoer
Saint-Barthélemy heeft een klein vliegveld, de Luchthaven Gustaf III. De meeste vliegtuigjes die er komen kunnen tot maximum twintig passagiers vervoeren. De korte startbaan eindigt direct op het strand, en staat bekend als zeer gevaarlijk. Desondanks zijn er zelden ongevallen gebeurd.
De Sint Maartense luchtvaartmaatschappij Winair voert lijnvluchten uit naar haar thuisbasis, de Guadeloupse maatschappijen Air Antilles Express en Air Caraïbes naar Pointe-à-Pitre en het lokale St Barth Commuter, dat wordt geleid door de voorzitter van de Territoriale Raad Bruno Magras, naar Sint Maarten en het Franse territorium Sint-Maarten aan de andere kant van het eiland. Daarnaast biedt een viertal maatschappijen chartervluchten aan naar samen 33 bestemmingen in 17 landen en territoria in de Caraïben.
Flora en fauna
Droogteminnende flora zoals de diverse soorten cactus zijn kenmerkend voor het eiland. Er werden 154 soorten vogels waargenomen op Saint Barts zoals het suikerdiefje en er leven anolissen zoals de endemische Anolis gingivinus die alleen op Saint Barts,Sint Maarten en Anquilla voorkomt. Op het eiland zijn verschillende diersoorten geïntroduceerd door de mens. Voorbeelden zijn de ridderanolis (Anolis equestris), de korenslang (Pantherophis guttatus) en de Cubaanse boomkikker (Osteopilus septentrionalis).[4]
Voetnoten
- ↑ (en) CIA The World Factbook 2015
- ↑ a b (en) Laatste census 1 januari 2010 (via V.N.)
- ↑ Niet-officiële schatting CIA Factbook juli 2020, berekend door US Bureau of the Census (gearchiveerd)
- ↑ Carribean Herpetology - Lédée D, Questel K., Anolis equestris Cuban Giant Anole - 2013.
Externe links