Sint-Pieterspoort (Maastricht)
Sint-Pieterspoort | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
De stadszijde van de Sint-Pieterspoort in 1806
| ||||
Locatie | ||||
Locatie | Maastricht, Sint Pieterstraat | |||
Status en tijdlijn | ||||
Oorspr. functie | stadspoort | |||
Start bouw | 14e eeuw | |||
Sluiting | 1867 (opheffing vesting) | |||
Afgebroken | 1869 | |||
|
De Sint-Pieterspoort is een voormalige stadspoort in de Nederlandse stad Maastricht. De poort was onderdeel van de tweede middeleeuwse stadsmuur en was gelegen aan het einde van de Sint Pieterstraat, waar ze de toegang vormde tot de stad vanuit het zuiden (Sint Pieter, Luik). De oorspronkelijke poort dateerde uit de 14e eeuw, maar werd in de loop der eeuwen diverse malen vernieuwd. Vanaf de 17e eeuw was de veldzijde van de poort deels aan het oog onttrokken door de uitbreiding van de vestingwerken van Maastricht. De poort werd in 1869 gesloopt.
Bouw tweede middeleeuwse stadsmuur en Sint-Pieterspoort[bewerken | brontekst bewerken]

Nadat de eerste middeleeuwse stadsmuur van Maastricht uit ca. 1230 te krap werd, besloot men vanaf eind 13e eeuw de langs de uitvalswegen ontstane voorsteden geleidelijk binnen een nieuw te bouwen enceinte (ommuring) te brengen.[1] Tot die tijd vormde de (Oude) Sint-Pieterspoort of Minderbroederspoort de zuidelijke toegang tot de stad. Wellicht omstreeks 1375 verrees aan het einde van de Sint-Pieterstraat de Nieuwe of Buitenste Sint-Pieterspoort, voor het eerst vermeld in 1386.[2] Volgens sommige auteurs zijn de stadspoorten aanzienlijk ouder.[noot 1]
De oorspronkelijke poort was een rechthoekig bouwwerk, geflankeerd door ronde torens uit de eerste helft van de 15e eeuw. Rond 1480 werd de poort versterkt met zware balken.[4] De poort lag in het tweeherige Maastricht op Luiks grondgebied (Sint Pieter) en werd om die reden aangeduid als "die porte van Sint-Peter", alhoewel ook soms de benaming Buitenste Aldenhofpoort werd gebruikt.[5]
Uitbouw van de vesting en inkapseling Sint-Pieterspoort[bewerken | brontekst bewerken]
Door de veranderde oorlogsvoering en de als gevolg daarvan gestaag uitdijende buitenwerken, raakten de stadspoorten vanaf eind 15e eeuw steeds meer ingekapseld. Omstreeks 1551 werd de Sint-Pieterspoort gemoderniseerd en uitgebouwd tot een barbacane met vier torens en een buitengracht. De oude torens werden ingekort en volgestort met aarde, zodat deze als bolwerk voor het geschut gebruikt konden worden.[6] De binnenpoort bezat een bovenbouw, die als provoost (militaire gevangenis) dienstdeed, evenals de westtoren van de poort.[7] In de 18e eeuw werden de vestingwerken verder uitgebreid en werden buiten de Sint-Pieterspoort diverse bastions en lunetten bijgebouwd, onder andere de avance (bastion) La Rive, waarop het buitenwachthuis van de poort stond. De grachten in deze zogenaamde Lage Fronten waren niet permanent gevuld met water, maar konden door afdamming van de Jeker wel onder water gezet worden. Op de Franse maquette van Maastricht uit het midden van de 18e eeuw is de inkapseling van de Sint-Pieterspoort goed te zien. In 1819-'20 werd de bovenbouw van de poort gesloopt en kreeg de poort een neoclassicistisch uiterlijk (zie foto Weijnen).[8]
-
Omgeving St-Pieterspoort (Atlas van Blaeu, 1652)
-
St-Pieterspoort met avance La Rive en grachten, ca. 1750
-
Zicht naar het westen vanaf St-Pieterspoort (1783)
-
Zicht op Slavante vanaf St-Pieterspoort (1783)
Ontmanteling vesting en sloop Sint-Pieterspoort[bewerken | brontekst bewerken]

Op 29 mei 1867 ondertekende koning Willem III der Nederlanden, na lang aandringen van onder andere de gemeente Maastricht, het besluit tot opheffing van de vestingstatus van Maastricht, Venlo, Bergen op Zoom, Vlissingen en enkele andere vestingen. In de jaren daarna werden de meeste buitenwerken en een groot deel van de middeleeuwse stadsmuur in opdracht van het Ministerie van Oorlog geslecht, waarna de gronden werden overgedragen aan de Dienst der Registratie en Domeinen. De stadspoorten van Maastricht - op een na - werden tussen 1867 en 1870 gesloopt, de Sint-Pieterspoort in 1869. Het terrein van de Sint-Pieterspoort en omliggende vestingwerken werd geveild en deels ingericht als park, deels ten behoeve van de verkeersinfrastructuur.
De ontmanteling van de vesting Maastricht werd door de meeste tijdgenoten gezien als het begin van een periode van grotere welvaart. Tegen de afbraak van de eeuwenoude stadspoorten rees dan ook nauwelijks protest.[9] Bij de start van de afbraak van de Tongersepoort in december 1867 was geen enkele bepaling opgenomen over documentatie en oudheden. Door toedoen van de kunstenaar en oudheidkundige Alexander Schaepkens en de jonge Victor de Stuers werd bij de sloopbestekken van de andere poorten bepaald dat gedetailleerde tekeningen en foto's gemaakt moesten worden. De tekenaar Johannes Brabant maakte in opdracht van het Geschied- en Oudheidkundig Genootschap schetsen en de fotograaf Theodor Weijnen foto's van de te slopen vestingwerken.[10]
-
Jekerbrug bij de poort (A. Schaepkens, ca. 1860?)
-
Stadszijde poort (Th. Weijnen, april 1869)
-
Veldzijde poort (Th. Weijnen, april 1869)
-
Deels gesloopte poort (na 1869)
Historische en culturele erfenis[bewerken | brontekst bewerken]
Van de Sint-Pieterspoort is niets overgebleven, op enkele sleutels na. Wel is het in de 18e eeuw naast de poort gebouwde wachthuis in sterk gewijzigde vorm bewaard gebleven. Het was oorspronkelijk een laag gebouw, dat omstreeks 1900 van een tweede bouwlaag werd voorzien. In een kluisje werd de sleutel van de stadspoort bewaard. Het gebouw is een rijksmonument. Ook de naast het wachthuis gelegen waterpoort, waar de zuidelijke Jekertak de stad binnenstroomt, bestaat nog steeds. Bij de bouw van het bejaardenhuis Molenhof in 1970 kwamen grote stukken van de walmuur tevoorschijn, die ooit het verbindingsstuk vormden tussen de Sint-Pieterspoort en de Pater Vincktoren.
-
Sleutel St-Pietersbuitenpoort
-
Wachthuis St-Pieterspoort
-
Waterpoort St-Pieterspoort
-
Restant walmuur Molenhof
Geraadpleegde literatuur, noten en verwijzingen
|