Zwentibold: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
link van dp naar juiste pagina, replaced: UtrechtUtrecht met AWB
Regel 40: Regel 40:
== Zwentibold in de Lage Landen==
== Zwentibold in de Lage Landen==
Zwentibold speelde onder meer een belangrijke rol in het thans Gelderse [[rivierengebied]] en in de strijd tegen de [[Noormannen]]. In de achtste eeuw was [[Dorestad]] (nu: [[Wijk bij Duurstede]]) de belangrijkste haven in het huidige Nederland, als centrum van de handel over zee en [[Rijn]]. Die plaats werd rond 850 veel geplunderd door zeerovers, meestal Noormannen. De kooplieden van Dorestad vestigen zich wat zuidelijker en wat veiliger, op de splitsing van [[Waal]] en [[Linge]]. Zo ontstond [[Tiel]], voor het eerst genoemd in 889 en zeven jaar later al een belangrijke haven. Koning Zwentibold gaf aan kooplieden uit [[Utrecht]] en [[Deventer]] belangrijke rechten in Tiel en de stad kreeg [[tolrecht]] (896). Vanaf dat moment werd Tiel een kleine en steeds rijkere stad aan twee rivieren.<ref>Bron: https://mijngelderland.nl/inhoud/canons/tiel/koning-zwentibold</ref> Dankzij de koninklijke steun kon Tiel opbloeien en zou zich, net als Dorestad, vooral op de handel met het [[Rijnland]] richten. Sindsdien domineerde Tiel de handel in het centrale rivierengebied. De Oost-Frankische koningen konden zo hun greep op de Rijndelta tot in de twaalfde eeuw behouden.
Zwentibold speelde onder meer een belangrijke rol in het thans Gelderse [[rivierengebied]] en in de strijd tegen de [[Noormannen]]. In de achtste eeuw was [[Dorestad]] (nu: [[Wijk bij Duurstede]]) de belangrijkste haven in het huidige Nederland, als centrum van de handel over zee en [[Rijn]]. Die plaats werd rond 850 veel geplunderd door zeerovers, meestal Noormannen. De kooplieden van Dorestad vestigen zich wat zuidelijker en wat veiliger, op de splitsing van [[Waal]] en [[Linge]]. Zo ontstond [[Tiel]], voor het eerst genoemd in 889 en zeven jaar later al een belangrijke haven. Koning Zwentibold gaf aan kooplieden uit [[Utrecht (stad)|Utrecht]] en [[Deventer]] belangrijke rechten in Tiel en de stad kreeg [[tolrecht]] (896). Vanaf dat moment werd Tiel een kleine en steeds rijkere stad aan twee rivieren.<ref>Bron: https://mijngelderland.nl/inhoud/canons/tiel/koning-zwentibold</ref> Dankzij de koninklijke steun kon Tiel opbloeien en zou zich, net als Dorestad, vooral op de handel met het [[Rijnland]] richten. Sindsdien domineerde Tiel de handel in het centrale rivierengebied. De Oost-Frankische koningen konden zo hun greep op de Rijndelta tot in de twaalfde eeuw behouden.


De Maas was een belangrijke schakel tussen Dorestad en de Rhone, de weg naar de Middelandse zee. Het Maasdal was voor de Karolingers een belangrijke route naar Utrecht, hun uitvalsbasis voor de strijd tegen Saksen en Friezen en het Friese handelscentrum Dorestad (bij Wijk bij Duurstede). <ref>Bron: 'De schenking van het Graetbos door Swentibold', [https://www.elsloo.info/tussen-maas-en-graetheide/1434-deel-12-de-schenking-van-het-graetbos-door-swentibold]</ref>
De Maas was een belangrijke schakel tussen Dorestad en de Rhone, de weg naar de Middelandse zee. Het Maasdal was voor de Karolingers een belangrijke route naar Utrecht, hun uitvalsbasis voor de strijd tegen Saksen en Friezen en het Friese handelscentrum Dorestad (bij Wijk bij Duurstede). <ref>Bron: 'De schenking van het Graetbos door Swentibold', [https://www.elsloo.info/tussen-maas-en-graetheide/1434-deel-12-de-schenking-van-het-graetbos-door-swentibold]</ref>

Versie van 24 feb 2021 10:45

Zie voor informatie over de verzorgingsplaats aan de A2 het lemma Verzorgingsplaats Swentibold.
Zwentibold
870 of 871 - 900
Zwentibold
Koning van Lotharingen
Periode 895-900
Voorganger Arnulf van Karinthië
Opvolger Hertog Gebhard van Franconië
Vader Arnulf van Karinthië
Moeder Winburg
Dynastie Karolingen

Hertog Zwentibold (870/871Susteren, 13 augustus 900) was in de vroege middeleeuwen korte tijd, van 895 tot 900, de tweede en laatste Frankische koning van Lotharingen, waartoe grotendeels ook de Lage Landen behoorden. Zwentibold was de oudste, maar onechte zoon van keizer Arnulf van Karinthië (ca. 845 - Regensburg, 8 december 899). Zijn vader Arnulf was vanaf 887 koning van Oost-Francië met inbegrip van Lotharingen, later ook (tegen)koning van Italië en (tegen)keizer (vanaf 896).

Zwentibold was verwekt bij een zekere Winburg. Zijn exotische naam kwam van zijn peetoom vorst Svatopluk I (of Svatopolk) van Moravië, naar wie hij werd vernoemd. Zwentibold was de Frankische vorm van die naam. Varianten daarvan waren Swentibold, Sanderboldus, Sanderbout of Xhenderboldus. In Nederlands Limburg zijn met name ook de vormen Swentibold en Sanderbout in zwang.

Het Middenrijk van Lotharius I bij het Verdrag van Verdun in 843
Deling van Prüm in 855. Lotharius II wordt koning van Lotharingen
Verdrag van Verdun en Ribemont in 879/880. Het koninkrijk Lotharingen komt aan Oost-Francië, maar zal onder Zwentibold herleven van 895 tot 900.

Voorgeschiedenis

Met de eerste Frankische rijksdeling bij het verdrag van Verdun in 843 was het Frankische Rijk van Lodewijk de Vrome in drie delen verdeeld onder zijn drie zoons :

De rijksgrens liep gedeeltelijk langs grote rivieren, met daarbij in veel gevallen ook een strook gebied aan de overkant van de rivier. Zo vormden delen van de Schelde, de Maas, de Saône en de Rhône de grens tussen Lotharingen en het Franse koninkrijk. De Rijn vormde de grens tussen Lotharingen en het Duitse rijk.

Koninkrijk Lotharingen

Keizer Lotharius I was zowel koning van Italië (van 818 tot 855) als van Midden-Francië (van 840 tot 855). Bij het overlijden van Lotharius volgde de tweede Frankische rijksdeling werd met het Verdrag van Prüm (855). Midden-Francië werd naar het Salische gewoonterecht verdeeld onder Lotharius' zonen:

  • Lodewijk II (ca 822 - 875) werd keizer en kreeg Italië;
  • Lotharius II (†869) kreeg alleen het noordelijke deel van het eermalige 'Middenrijk' toebedeeld, het later naar hem genoemde Koninkrijk Lotharingen (Lotharii Regnum). Dit omvatte de Nederlanden, Frans-Lotharingen en de Elzas) en kwam als 'koninkrijk Lotharingen' aan Lotharius II;
  • Karel van Provence (†863) kreeg het Koninkrijk Provence en grote delen van Koninkrijk Bourgondië.

Doordat Karel van Provence al in 863 overleed, hield de deling niet lang stand. Lotharius II en Lodewijk II deelden Karels eigendom onder elkaar op. Nadat Lotharius II overleed in 869 kwam met het Verdrag van Meerssen de derde Frankische rijksdeling tot stand. Omdat Lotharius II geen wettige erfgenamen achterliett, werd zijn gebied opgesplitst tussen West- en Oost-Francië, waarbij de Maas en Ourte als grensrivieren werden beschouwd.

Met het Verdrag van Ribemont (880) kwamen de delingen van het Frankenrijk tot een einde. Het werd gesloten tussen de Duitse koning Lodewijk de Jonge (Oost-Francië) en de koningen van Frankrijk (West-Francië),de kleinzoons van Karel de Kale. Deze laatsten moesten hun deel van Lotharingen teruggeven aan Oost-Francië. De grens tussen West- en Oost-Francië bleef tot in de late middeleeuwen vrijwel onveranderd.

Zwentibold in de Lage Landen

Zwentibold speelde onder meer een belangrijke rol in het thans Gelderse rivierengebied en in de strijd tegen de Noormannen. In de achtste eeuw was Dorestad (nu: Wijk bij Duurstede) de belangrijkste haven in het huidige Nederland, als centrum van de handel over zee en Rijn. Die plaats werd rond 850 veel geplunderd door zeerovers, meestal Noormannen. De kooplieden van Dorestad vestigen zich wat zuidelijker en wat veiliger, op de splitsing van Waal en Linge. Zo ontstond Tiel, voor het eerst genoemd in 889 en zeven jaar later al een belangrijke haven. Koning Zwentibold gaf aan kooplieden uit Utrecht en Deventer belangrijke rechten in Tiel en de stad kreeg tolrecht (896). Vanaf dat moment werd Tiel een kleine en steeds rijkere stad aan twee rivieren.[1] Dankzij de koninklijke steun kon Tiel opbloeien en zou zich, net als Dorestad, vooral op de handel met het Rijnland richten. Sindsdien domineerde Tiel de handel in het centrale rivierengebied. De Oost-Frankische koningen konden zo hun greep op de Rijndelta tot in de twaalfde eeuw behouden.

De Maas was een belangrijke schakel tussen Dorestad en de Rhone, de weg naar de Middelandse zee. Het Maasdal was voor de Karolingers een belangrijke route naar Utrecht, hun uitvalsbasis voor de strijd tegen Saksen en Friezen en het Friese handelscentrum Dorestad (bij Wijk bij Duurstede). [2] In 882 was de abdij van Susteren door de Noormannen verbrand.[3] Keizer Arnulf versloeg de Noormannen in 891. Om de adel in toom te houden en de orde te herstellen benoemde de keizer zijn bastaardzoon Zwentibold in 895 tot koning van Lotharingen. In 900 sneuvelde deze ergens in de buurt van de Maas en hij is volgens de overlevering te Susteren begraven. [4]

Zwentibold verbleef vaak in de omgeving van Born, Sittard en Susteren. Zijn naam is onlosmakelijk verbonden met het verhaal van de schenking van de Graetheide, het voormalige Graetbos, aan de bewoners van veertien omliggende dorpen. [5] Koning Zwentibold wilde hen daarmee compensatie bieden voor het oorlogsleed dat de streek was aangedaan.

Koningschap van Zwentibold

Bij gebrek aan een wettige opvolger vroeg keizer Arnulf op de Rijksdag in Forchheim in 889 om zijn onechte zoons Zwentibold en diens (half)broer Ratold als wettige opvolgers in Oost-Francië te erkennen. Ondanks tegenwerking van de adel kreeg hij het voor elkaar dat het rijk na zijn overlijden onder beiden zou worden verdeeld. De adel had echter wel als voorwaarde gesteld dat de regeling moest worden aangepast als er alsnog een wettige zoon zou worden geboren.
In 893 baarde Arnulfs vrouw Oda van Hessengouw hem daadwerkelijk een zoon: Lodewijk IV 'het Kind'. Op de Rijksdag van Worms (895) blies Arnulf desondanks het vroegere 'koninkrijk Lotharingen' nieuw leven in ten behoeve van Zwentibold.

Zwentibolds heerschappij werd door de Lotharingse graven voortdurend betwist. Hij zou volgens contemporaine bronnen weinig begaafd en ongeremd zijn geweest. Lotharingen lag na invallen van de Noormannen in puin en Zwentibold probeerde het met hulp van de kerk en de plaatselijke adel weer op te bouwen, tegengewerkt door zijn tegenstanders. Hij bevorderde het christendom door de bouw van kerken en kloosters. Zijn ondergang werd ingeluid door het confisqueren van de graafschappen van de broers Matfried (IV) en Gerard van Metzgouw in 896. In 898 joeg hij de machtige graaf Reginar I van Henegouwen tegen zich in het harnas door hem als raadgever te ontslaan. Reginar kwam in opstand en Zwentibold zond een strafexpeditie uit, die echter op niets uitliep.

Na Arnulfs dood in 899 stond Zwentibold er alleen voor, waarna de strijd verhevigde. Al Zwentibolds graven lieten hem in de steek, waarop de Lotharingse adel, met Reginar I voorop, Arnulfs legitieme zevenjarige zoon, Lodewijk het Kind, uitnodigde om koning van Lotharingen te worden. Lodewijk IV 'het Kind' werd in maart 900 te Forchheim gekroond en in Diedenhofen gehuldigd.

Zwentibold 'sneuvelde' op 13 augustus 900 'niet ver van de Maas', in de strijd tegen Matfried en Gerard, zo luidt de gangbare opvatting.[6] Volgens een andere bron werd hij door de Matfriedinger broers vermoord. De broers waren hun val in 896 nog niet vergeten. Zij werden bij de moord geholpen door de toentertijd eveneens benadeelde graaf Stephan.[7]

Het koninkrijk Lotharingen werd 'gedegradeerd' tot hertogdom Lotharingen.[8] Lodewijk IV ('het Kind') van Oost-Francië benoemde Gebhard van Lotharingen uit het huis Konradijnen tot hertog van Lotharingen (903-910). Na de dood van Gebhard nam Reginar I van Henegouwen zijn positie waar. Na de dood van Lodewijk IV in 911 gaat Lotharingen wisselend op in het West-Frankische Rijk of in het Heilige Rooms Rijk.

Zwentibold werd begraven in de abdij van Susteren en werd door het volk al snel als heilige vereerd. Mogelijk vereerde men hem meer als symbool van het Lotharingse zelfbewustzijn dan om zijn persoon. Het belang van Koning Zwentibold mag echter niet worden onderschat. Zo is hij afgebeeld op de wereldberoemde Karelsschrijn (13e eeuw) te Aken, tussen de koningen en keizers van het Heilige Roomse Rijk (onder meer Hendrik II en Lodewijk de Vrome). De schedels van koning Zwentibold en zijn echtgenote Oda van Saksen worden bewaard in de schatkamer van de 11e-eeuwse Sint-Amelbergabasiliek te Susteren. Twee van hun dochters, Benedicta en Cecilia werden er abdis. Direct na zijn dood hertrouwde zijn weduwe Oda met een van zijn belagers, Gerard van Metzgouw.

Stoel van Swentibold

Verwijzingen

  • Pieter Ecrevisse schreef in 1845 een verhaal 'Koning Zwintebold (Sanderbout)', waarin het kasteel Grasbroek als centrale plaats figureert.[9]
  • 'Koning Swentibold' is een oratorium uit 1948 van Herman Strategier op tekst van priester-dichter Jacques Schreurs.
  • In het door Jacques Schreurs geschreven openluchtspel 'Weerlicht der eeuwen' is een kroniek van de legendarische gebeurtenissen uit de Maasregio, waarin Zwentibolds leven en dood worden weergegeven.

Land van Zwentibold

Aan het historisch 'Land van Zwentibold' en zijn koning herinnert in Nederland met name een deel van het Maasdal bij de Graetheide, de gemeente Sittard-Geleen en het abdijstadje Susteren.
  • Het cultuur-historisch bewustzijn in deze streek als zodanig komt met name tot uiting in het sinds 1989 jaarlijks te Sittard verschijnende Historisch Jaarboek voor het Land van Zwentibold (HJLvZ)[10], uitgegeven door een gelijknamige Stichting, die is aangesloten bij de 'Federatie Historie Sittard-Geleen-Born'. Het werkgebied van de stichting omvatte oorspronkelijk de toenmalige gemeenten Stein, Beek, Geleen, Sittard, Born en Susteren. Nadien zijn ook de gemeenten Schinnen en Selfkant toegevoegd om de koppeling met de Westelijke Mijnstreek en het historisch verwante Duitse grensgebied te completeren.
  • Ook een Probusclub in de Westelijke Mijnstreek is naar het land van Zwentibold genoemd. [11]

Plaatselijke vernoemingen

  • In de streek rondom Susteren zijn diverse plaatsen vernoemd naar deze koning, zoals de Sittardse wijk Sanderbout en de parkeerplaats Swentibold langs de A2.
  • Ook tal van scholen, verenigingen en organisaties zijn vernoemd naar Zwentibold / Swentibold. Zo zijn de vroegere voetbalclubs van Guttecoven en Limbricht in 2007 gefuseerd onder de naam VV Zwentibold.

Voorouders

Voorouders van Zwentibold
Overgrootouders Lodewijk de Duitser (806-876)

Emma (zalige) (808-876)
Ernst I van de Nordgau (800-863)

Irmgard (-)
? ?
Grootouders Karloman van Beieren (830-880)

Liutwindis (830-891)
?
Ouders Arnulf van Karinthië (845-899)

Winburg (-898)
Zwentibold (ca.870-900)