Europese kampioenschappen kunstschaatsen 2014

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Het podium bij het ijsdansen
Adelina Sotnikova (links, zilver) en Joelia Lipnitskaja (goud) werden beiden een maand na de EK ook olympisch kampioene

De Europese kampioenschappen kunstschaatsen 2014 waren vier wedstrijden die samen een jaarlijks terugkerend evenement vormden, georganiseerd door de Internationale Schaatsunie (ISU).

Voor de mannen was het de 106e editie, voor de vrouwen en paren de 78e en voor de ijsdansers de 61e editie. De kampioenschappen vonden plaats van 15 tot en met 19 januari in de SYMA Hall in Boedapest, Hongarije. Het was de zevende keer dat een EK-evenement hier plaatsvond, eerder werden de mannentoernooien van 1895 en 1909 (toen nog onderdeel van de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije) en de kampioenschappen van 1955, 1963, 1984 en 2004 in Boedapest gehouden.

Programma
woensdag
15 januari
donderdag
16 januari
vrijdag
17 januari
zaterdag
18 januari
zondag
19 januari
Paren korte kür vrije kür
IJsdansen korte kür vrije kür
Mannen korte kür vrije kür
Vrouwen korte kür vrije kür

Deelnemende landen[bewerken | brontekst bewerken]

Alle Europese ISU-leden hadden het recht om een startplaats per categorie in te vullen. Extra startplaatsen (met een maximum van drie per categorie) zijn verdiend op basis van de eindklasseringen op het EK van 2013.

Voor België nam Jorik Hendrickx voor de vierde keer deel bij de mannen en Kaat Van Daele voor de derde keer bij de vrouwen. Ook de Britse echtgenote van de Belg Kevin Van der Perren, Jenna McCorkell, nam deel aan dit WK. Uit Nederland was Michelle Couwenberg, die voor de tweede keer deelnam, de enige deelnemer.

Deelnemende landen

Er namen deelnemers uit 33 landen deel aan de kampioenschappen. Er werden 121 startplaatsen ingevuld. Het Duitse paar Aliona Savchenko en Robin Szolkowy trok zich terug voor de vrije kür bij het ijsdansen.

(Tussen haakjes het totaal aantal startplaatsen in de vier toernooien.)
Vlag van Rusland Rusland (12)
Vlag van Italië Italië (10)
Vlag van Duitsland Duitsland (9)
Vlag van Frankrijk Frankrijk (9)
Vlag van Spanje Spanje (6)
Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk (6)
Vlag van Oostenrijk Oostenrijk (5)
Vlag van Zweden Zweden (5)
Vlag van Estland Estland (4)
Vlag van Israël Israël (4)
Vlag van Oekraïne Oekraïne (4)
Vlag van Tsjechië Tsjechië (4)
Vlag van Wit-Rusland Wit-Rusland (4)
Vlag van Bulgarije Bulgarije (3)
Vlag van Denemarken Denemarken (3)
Vlag van Finland Finland (3)
Vlag van Polen Polen (3)
Vlag van Slowakije Slowakije (3)
Vlag van Turkije Turkije (3)
Vlag van Zwitserland Zwitserland (3)
Vlag van België België (2)
Vlag van Georgië Georgië (2)
Vlag van Hongarije Hongarije (2)
Vlag van Litouwen Litouwen (2)
Vlag van Noorwegen Noorwegen (2)
Vlag van Armenië Armenië (1)
Vlag van Azerbeidzjan Azerbeidzjan (1)
Vlag van Letland Letland (1)
Vlag van Luxemburg Luxemburg (1)
Vlag van Monaco Monaco (1)
Vlag van Nederland Nederland (1)
Vlag van Roemenië Roemenië (1)
Vlag van Slovenië Slovenië (1)
(Frankrijk vulde de derde startplaats bij de paren niet in en Azerbeidzjan vulde de extra startplaats bij het ijsdansen niet in.)

Medailleverdeling[bewerken | brontekst bewerken]

Acht van de twaalf kunstschaatsmedailles werden gewonnen door Russische deelnemers. Bij de mannen veroverde de Spanjaard Javier Fernández voor de tweede keer de Europese titel. Voor de Russische kunstschaatsers Sergej Voronov (zilver) en Konstantin Mensjov (brons) was het de eerste medaille op de Europese kampioenschappen.

Bij de vrouwen won de vijftienjarige Russin Joelia Lipnitskaja als jongste kunstschaats(st)er ooit, en direct bij haar debuut, de gouden medaille. Haar landgenote Adelina Sotnikova veroverde voor het tweede jaar op rij zilver. Het brons was voor de Italiaanse Carolina Kostner, voor wie het de negende EK-medaille was. Ze werd tussen 2007 en 2013 vijf keer Europees kampioene en won in 2006 brons en in 2009 en 2011 zilver.

Bij de paren wonnen Tatjana Volosozjar / Maksim Trankov uit Rusland voor het derde jaar op rij de gouden medaille. Voor Trankov was het zijn zesde EK-medaille. Naast het goud van 2012 en 2013 werd hij in 2008 tweede en in 2009 en 2010 derde met Maria Moechortova als partner. Ook het zilver en brons was voor Russische paren. Voor de vijfde keer betraden drie paren uit Rusland het erepodium, ook in 1992, 1994, 2005 en 2012 was dit het geval. Het was de dertiende keer bij de paren dat drie deelnemers uit hetzelfde land op het erepodium plaatsnamen, eerder werd het podium achtmaal door drie vrouwen uit de Sovjet-Unie gevuld. Ksenia Stolbova / Fjodor Klimov (tweede) wonnen na het brons in 2012 hun tweede EK-medaille en Vera Bazarova / Joeri Larionov (derde) na het brons in 2011 en het zilver in 2012 voor de derde maal een medaille op de EK.

Het Italiaanse paar Anna Cappellini / Luca Lanotte veroverde het goud bij het ijsdansen, wat na de bronzen medaille van 2013 tevens hun tweede EK-medaille was. Het duo Jelena Ilinych / Nikita Katsalapov uit Rusland won, na brons in 2012 en zilver in 2013, wederom de zilveren medaille. De bronzen medaille was voor het Britse paar Penny Coomes / Nicholas Buckland, die daarmee ook de eerste EK-medaille veroverde.

Categorie Goud Zilver Brons
Mannen Vlag van Spanje Javier Fernández Vlag van Rusland Sergej Voronov Vlag van Rusland Konstantin Mensjov
Vrouwen Vlag van Rusland Joelia Lipnitskaja Vlag van Rusland Adelina Sotnikova Vlag van Italië Carolina Kostner
Paren Vlag van Rusland Tatjana Volosozjar / Maksim Trankov Vlag van Rusland Ksenia Stolbova / Fjodor Klimov Vlag van Rusland Vera Bazarova / Joeri Larionov
IJsdansen Vlag van Italië Anna Cappellini / Luca Lanotte Vlag van Rusland Jelena Ilinych / Nikita Katsalapov Vlag van Verenigd Koninkrijk Penny Coomes / Nicholas Buckland

Uitslagen[bewerken | brontekst bewerken]

Mannen[bewerken | brontekst bewerken]

Vijfendertig mannen uit zesentwintig landen namen aan dit kampioenschap deel, waaronder de Belg Jorik Hendrickx die voor de vierde keer deelnam. Er deed geen Nederlandse man aan dit kampioenschap mee.

# naam (deelname) land punten korte
kür
vrije
kür
Goud Javier Fernández (8) Vlag van Spanje 267.11 91.56 (1) 175.55 (1)
Zilver Sergej Voronov (6) Vlag van Rusland 252.55 85.51 (2) 167.04 (2)
Brons Konstantin Mensjov (2) Vlag van Rusland 237.24 72.12 (11) 165.12 (3)
4 Michal Březina (7) Vlag van Tsjechië 236.98 82.80 (5) 154.18 (4)
5 Maksim Kovtoen (2) Vlag van Rusland 232.37 83.15 (4) 149.22 (5)
6 Peter Liebers (6) Vlag van Duitsland 225.76 77.42 (8) 148.34 (7)
7 Tomáš Verner (12) Vlag van Tsjechië 223.66 83.51 (3) 140.15 (8)
8 Brian Joubert (13) Vlag van Frankrijk 221.95 73.29 (9) 148.66 (6)
9 Jorik Hendrickx (4) Vlag van België 205.92 73.21 (10) 132.71 (10)
10 Oleksij Bytsjenko (3) Vlag van Israël 203.76 68.68 (13) 135.08 (9)
11 Alexander Majorov (4) Vlag van Zweden 202.47 79.62 (6) 122.85 (13)
12 Chafik Besseghier (3) Vlag van Frankrijk 198.07 70.85 (12) 127.22 (12)
13 Florent Amodio (4) Vlag van Frankrijk 190.13 78.60 (7) 111.53 (20)
14 Viktor Pfeifer (8) Vlag van Oostenrijk 189.06 60.89 (16) 128.17 (11)
15 Franz Streubel Vlag van Duitsland 182.21 59.96 (19) 122.25 (14)
16 Kim Lucine (4) Vlag van Monaco 179.89 60.00 (18) 119.89 (16)
17 Stéphane Walker (3) Vlag van Zwitserland 179.52 60.54 (17) 118.98 (17)
18 Javier Raya (3) Vlag van Spanje 179.37 57.13 (20) 122.24 (15)
19 Maciej Chieplucha (5) Vlag van Polen 179.06 65.84 (15) 113.22 (19)
20 Pavel Ignatenko (2) Vlag van Wit-Rusland 172.08 55.99 (22) 116.09 (18)
21 Zoltán Kelemen (8) Vlag van Roemenië 171.26 68.32 (14) 102.94 (22)
22 Yakov Godorozha (2) Vlag van Oekraïne 158.88 57.09 (21) 101.79 (23)
23 Paul Bonifacio Parkinson (2) Vlag van Italië 157.81 52.08 (24) 105.73 (21)
24 Viktor Romanenkov (5) Vlag van Estland 153.66 55.43 (23) 98.23 (24)
Finale niet bereikt
25 Sondre Oddvoll Bøe Vlag van Noorwegen 49.84 (25)
26 Marco Klepoch Vlag van Slowakije 49.48 (26)
27 Matthew Parr (2) Vlag van Verenigd Koninkrijk 49.32 (27)
28 Manol Atanassov (3) Vlag van Bulgarije 49.07 (28)
29 Valtter Virtanen (3) Vlag van Finland 48.55 (29)
30 Kristóf Forgó Vlag van Hongarije 47.91 (30)
31 Justus Strid (4) Vlag van Denemarken 47.05 (31)
32 Ali Demirboğa (4) Vlag van Turkije 46.56 (32)
33 Manuel Koll (3) Vlag van Oostenrijk 45.61 (33)
34 Illya Solomin Vlag van Zweden 44.73 (34)
35 Sarkis Hajrapetjan Vlag van Armenië 42.90 (35)

Vrouwen[bewerken | brontekst bewerken]

Zevenendertig vrouwen uit achtentwintig landen namen aan dit kampioenschap deel, waaronder de Belgische Kaat Van Daele en de Nederlandse Michelle Couwenberg die respectievelijk voor de derde en tweede keer deelnamen. Danielle Montalbano deed van 2010-2012 met Evgeni Krasnopolski bij de paren mee.

# naam (deelname) land punten korte
kür
vrije
kür
Goud Joelia Lipnitskaja Vlag van Rusland 209.72 69.97 (2) 139.75 (1)
Zilver Adelina Sotnikova (2) Vlag van Rusland 202.36 70.73 (1) 131.63 (2)
Brons Carolina Kostner (12) Vlag van Italië 191.39 68.97 (3) 122.42 (3)
4 Alena Leonova (5) Vlag van Rusland 178.15 64.09 (4) 114.06 (5)
5 Maé-Bérénice Méité (4) Vlag van Frankrijk 173.37 58.64 (5) 114.73 (4)
6 Valentina Marchei (10) Vlag van Italië 165.25 57.38 (6) 107.87 (6)
7 Elena Glebova (8) Vlag van Estland 155.71 54.68 (8) 101.03 (7)
8 Nathalie Weinzierl (3) Vlag van Duitsland 151.88 53.02 (10) 98.86 (8)
9 Joshi Helgesson (3) Vlag van Zweden 146.45 54.25 (9) 92.20 (10)
10 Elene Gedevanisjvili (9) Vlag van Georgië 141.82 54.78 (7) 87.04 (13)
11 Roberta Rodeghiero (2) Vlag van Italië 141.25 48.52 (15) 92.73 (9)
12 Juulia Turkkila (4) Vlag van Finland 140.31 50.42 (12) 89.89 (12)
13 Laurine Lecavelier Vlag van Frankrijk 139.42 49.12 (13) 90.30 (11)
14 Viktoria Helgesson (7) Vlag van Zweden 138.73 52.55 (11) 86.18 (14)
15 Eliška Březinová (3) Vlag van Tsjechië 130.35 47.10 (16) 83.25 (16)
16 Isabelle Olsson Vlag van Zweden 129.39 43.97 (22) 85.42 (15)
17 Nicole Rajičová Vlag van Slowakije 128.25 49.00 (14) 79.25 (18)
18 Inga Janulevičiūtė (2) Vlag van Litouwen 126.20 44.24 (21) 81.96 (17)
19 Anne Line Gjersem (3) Vlag van Noorwegen 125.58 46.63 (18) 78.95 (19)
20 Kaat Van Daele (3) Vlag van België 123.05 46.18 (19) 76.87 (20)
21 Agata Kryger Vlag van Polen 119.52 43.59 (23) 75.93 (21)
22 Marta García Vlag van Spanje 118.11 44.61 (20) 73.50 (22)
23 Natalia Popova (4) Vlag van Oekraïne 112.26 47.01 (17) 65.25 (24)
24 Jenna McCorkell (11) Vlag van Verenigd Koninkrijk 110.19 39.59 (24) 70.60 (23)
Finale niet bereikt
25 Janina Makeenka Vlag van Wit-Rusland 39.44 (25)
26 Tanja Odermatt Vlag van Zwitserland 39.42 (26)
27 Daša Grm (2) Vlag van Slovenië 38.52 (27)
28 Sonia Lafuente (7) Vlag van Spanje 38.43 (28)
29 Anita Madsen (2) Vlag van Denemarken 38.42 (29)
30 Ieva Gaile Vlag van Letland 37.83 (30)
31 Kerstin Frank (4) Vlag van Oostenrijk 37.44 (31)
32 Michelle Couwenberg (2) Vlag van Nederland 36.72 (32)
33 Fleur Maxwell (7) Vlag van Luxemburg 36.48 (33)
34 Sarah Hecken (3) Vlag van Duitsland 35.20 (34)
35 Danielle Montalbano (4) Vlag van Israël 33.87 (35)
36 Anna Afonkina (2) Vlag van Bulgarije 31.15 (36)
37 Sıla Saygı (2) Vlag van Turkije 25.88 (37)

Paren[bewerken | brontekst bewerken]

Twintig paren uit twaalf landen namen aan dit kampioenschap deel. Van de zes debuterende paren nam Miriam Ziegler in 2010 solo deel, nam Evgeni Krasnopolski van 2010-2012 deel met Danielle Montalbano, Natalja Zabijako in 2011 met Sergei Kulbach en Severin Kiefer van 2011-2013 met Stina Martini. Er deed geen Belgisch of Nederlands paar aan dit kampioenschap mee.

# naam (deelname) land punten korte
kür
vrije
kür
Goud Tatjana Volosozjar (10)
Maksim Trankov (6)
Vlag van Rusland 220.38 83.98 (1) 136.40 (2)
Zilver Ksenia Stolbova (3)
Fjodor Klimov (3)
Vlag van Rusland 207.98 70.90 (4) 137.08 (1)
Brons Vera Bazarova (4)
Joeri Larionov (4)
Vlag van Rusland 201.61 71.70 (3) 129.91 (3)
4 Stefania Berton (6)
Ondřej Hotárek (6)
Vlag van Italië 195.61 69.22 (5) 126.39 (4)
5 Vanessa James (5)
Morgan Ciprès (3)
Vlag van Frankrijk 185.48 63.23 (6) 122.25 (5)
6 Maylin Hausch (5)
Daniel Wende (9)
Vlag van Duitsland 168.32 55.19 (8) 113.13 (6)
7 Andrea Davidovich
Evgeni Krasnopolski (4)
Vlag van Israël 163.93 55.32 (7) 108.61 (7)
8 Nicole Della Monica (4)
Matteo Guarise (2)
Vlag van Italië 154.55 53.65 (9) 100.90 (8)
9 Mari Vartmann (5)
Aaron Van Cleave (3)
Vlag van Duitsland 153.21 52.40 (10) 100.81 (9)
10 Natalja Zabijako (2)
Aleksandr Zabojev
Vlag van Estland 149.82 50.12 (12) 99.70 (10)
11 Daria Popova (3)
Bruno Massot (3)
Vlag van Frankrijk 149.36 52.36 (11) 97.00 (11)
12 Miriam Ziegler (2)
Severin Kiefer (4)
Vlag van Oostenrijk 135.05 44.79 (15) 90.26 (12)
13 Stacey Kemp (9)
David King (9)
Vlag van Verenigd Koninkrijk 130.98 43.98 (16) 87.00 (13)
14 Maria Paliakova (3)
Nikita Bochkov (2)
Vlag van Wit-Rusland 130.46 48.18 (13) 82.28 (14)
15 Amani Fancy
Christopher Boyadji
Vlag van Verenigd Koninkrijk 127.76 47.79 (14) 79.97 (15)
- Aliona Savchenko (12)
Robin Szolkowy (10)
Vlag van Duitsland 76.76 (2) t.z.t.
Finale niet bereikt
17 Alessandra Cernuschi
Filippo Ambrosini
Vlag van Italië 40.29 (17)
18 Elizaveta Makarova (3)
Leri Kenchadze (3)
Vlag van Bulgarije 39.94 (18)
19 Julia Lavrentieva (2)
Yuri Rudyk (2)
Vlag van Oekraïne 37.96 (19)
20 Veronica Grigorieva
Aritz Maestu
Vlag van Spanje 34.97 (20)
t.z.t. = trokken zich terug

IJsdansen[bewerken | brontekst bewerken]

Negenentwintig paren uit tweeëntwintig landen namen aan dit kampioenschap deel. Van de zes debuterende paren nam Nikolaj Sørensen in 2010 deel met Katelyn Good. Er deed geen Belgisch of Nederlands paar aan dit kampioenschap mee.

# naam (deelname) land punten korte
kür
vrije
kür
Goud Anna Cappellini (7)
Luca Lanotte (7)
Vlag van Italië 171.61 69.58 (1) 102.03 (1)
Zilver Jelena Ilinych (4)
Nikita Katsalapov (4)
Vlag van Rusland 170.51 69.54 (2) 100.97 (2)
Brons Penny Coomes (5)
Nicholas Buckland (5)
Vlag van Verenigd Koninkrijk 158.69 61.76 (3) 96.93 (3)
4 Viktoria Sinitsina
Roeslan Zjigansjin
Vlag van Rusland 153.73 60.63 (4) 93.10 (4)
5 Jekaterina Riazanova (4)
Ilia Tkatsjenko (4)
Vlag van Rusland 150.44 60.35 (5) 90.09 (5)
6 Julia Zlobina (3)
Alexei Sitnikov (3)
Vlag van Azerbeidzjan 147.78 59.82 (6) 87.96 (6)
7 Nelli Zhiganshina (5)
Alexander Gazsi (5)
Vlag van Duitsland 145.37 59.79 (7) 85.58 (8)
8 Charlène Guignard (3)
Marco Fabbri (3)
Vlag van Italië 144.40 58.17 (8) 86.23 (7)
9 Isabella Tobias (3)
Deividas Stagniūnas (6)
Vlag van Litouwen 142.31 56.76 (9) 85.55 (9)
10 Sara Hurtado (4)
Adrià Díaz (4)
Vlag van Spanje 137.58 55.21 (11) 82.37 (11)
11 Tanja Kolbe (3)
Stefano Caruso (3)
Vlag van Duitsland 137.46 53.98 (13) 83.48 (10)
12 Federica Testa (4)
Lukáš Csölley (4)
Vlag van Slowakije 136.63 54.84 (12) 81.79 (12)
13 Pernelle Carron (8)
Lloyd Jones (5)
Vlag van Frankrijk 135.29 56.35 (10) 78.94 (13)
14 Irina Shtork (4)
Taavi Rand (4)
Vlag van Estland 131.66 53.88 (14) 77.78 (15)
15 Gabriella Papadakis
Guillaume Cizeron
Vlag van Frankrijk 131.57 53.33 (15) 78.24 (14)
16 Justyna Plutowska
Peter Gerber
Vlag van Polen 128.08 52.14 (17) 75.94 (16)
17 Alisa Agafonova (3)
Alper Uçar (7)
Vlag van Turkije 127.96 52.90 (16) 75.06 (18)
18 Laurence Fournier Beaudry
Nikolaj Sørensen (2)
Vlag van Denemarken 127.51 51.92 (18) 75.59 (17)
19 Lorenza Alessandrini (2)
Simone Vaturi (2)
Vlag van Italië 121.65 50.24 (19) 71.41 (20)
20 Henna Lindholm (3)
Ossi Kanervo (3)
Vlag van Finland 121.09 48.75 (20) 72.34 (19)
Finale niet bereikt
21 Dóra Turóczi (2)
Balázs Major (2)
Vlag van Hongarije 46.80 (21)
22 Ramona Elsener (5)
Florian Roost (5)
Vlag van Zwitserland 46.36 (22)
23 Siobhan Heekin-Canedy (4)
Dmitri Dun (3)
Vlag van Oekraïne 45.84 (23)
24 Allison Reed (4)
Vasili Rogov (3)
Vlag van Israël 44.14 (24)
25 Barbora Silná (5)
Juri Kurakin (3)
Vlag van Oostenrijk 43.22 (25)
26 Lucie Myslivečková (4)
Neil Brown (3)
Vlag van Tsjechië 42.95 (26)
27 Angelina Telegina (2)
Otar Japaridze (4)
Vlag van Georgië 42.07 (27)
28 Viktoria Kavaliova
Yurii Bieliaiev
Vlag van Wit-Rusland 39.03 (28)
29 Carter Marie Jones
Richard Sharpe
Vlag van Verenigd Koninkrijk 34.63 (29)
Zie de categorie 2014 European Figure Skating Championships van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.