Kasteel de Cloese

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Kasteel de Cloese
Kasteel de Cloese
Locatie Lochem, Nederland
Gebouwd in rond 1520
Gebouwd door Sweder van Kervenheim
Kasteel "de Cloese" met brug over de Berkel

Kasteel de Cloese staat ten oosten van de stad Lochem in de Nederlandse provincie Gelderland.

Het kasteel werd in 1520 gebouwd door de Lochemse pastoor Sweder van Kervenheim. In 1536 verkocht hij het aan hertog Karel van Gelre, die het direct ruilde met Derck van Keppel tegen diens kasteel de Cannenburg.

Begin 17e eeuw ontstonden er financiële problemen na onenigheid over de erfenis van de in 1602 overleden Reinier van Keppel. De familie Schimmelpenninck van der Oye kocht De Cloese aan en behielden het tot 1745 in eigendom. In dat jaar verkochten ze het aan Frans Jan van Heeckeren van Enghuizen. In 1792 erfde Evert Frederik van Heeckeren het kasteel van zijn vader Jacob Adolph van Heeckeren, maar na enkele jaren werd Evert heer van kasteel Enghuizen, waardoor De Cloese werd toebedeeld aan zijn broer Lodewijk. Deze liet het huis verbouwen tot een neoclassicistisch landhuis. In 1828 verkocht Lodewijk het kasteel De Cloese en het naastgelegen Diepenbroek aan A. Hubert.

Maria van Harlingen, achternicht van Hubert, erfde in 1854 het kasteel. In 1864 trouwde zij met Cornelis Jacob Sickesz. Het echtpaar liet in 1886 De Cloese ingrijpend verbouwen tot het huidige neorenaissance-slot. In 1907 verkochten zij De Cloese, waarna het enkele malen van eigenaar veranderde. In 1938 kocht de Nederlandsche Handel-Maatschappij het landgoed aan, maar de plannen om het kasteel om te bouwen tot een vakantie- en conferentieoord kwamen niet van de grond. In 1948 werd het kasteel weer verkocht.

In 1959 kocht de Politieopleidingsschool Noordoost-Nederland het kasteel. In 2003 kwam het in handen van een projectontwikkelaar die er woningen in realiseerde.