Gebruiker:Menke/ArtikelenGLemmens

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Hop
Vrouwelijke plant
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Fabiden
Orde:Rosales
Familie:Cannabaceae (Hennepfamilie)
Geslacht:Humulus
Soort
Humulus lupulus
L. (1753)
Hopoogsten in Hallertau
Hoptuin in de herfst bij Neustadt an der Donau
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De hop (Humulus lupulus) is een plant uit de hennepfamilie (Cannabaceae). Hop is een kruidachtige, rechtswindende klimplant diezijn oorsprong heeft in China en die zich vandaar oostelijk en westelijk heeft verspreid. Het is een meerjarige plant die overwintert als wortelstok; de bovengrondse scheuten zijn eenjarig, daarom zijn er hop tuinen die soms 80 tot 100 jaar oud zijn. Er zijn man- en vrouw-lijke planten. De bloemen van de vrouwlijke plant worden bij het brouwen van bier gebruikt. Deze bloemen verschijnen van juli tot september, groeien bij de de vrouwelijke plant tot karakteristieke 'bellen', ronde soms lange kegels die in augustus/september aan de vrouwelijke plant groeien. Deze hop plant komt in het wild voor Europa (inclusief Nederland en Belgie), het westen van Azië en oor de teelt van hop nu ook in Noord-, Canada , Zuid-Amerika, Zuid-Afrika en Australië

Taxonomie[bewerken | brontekst bewerken]

De hop is een plant uit het geslacht Humulus in de familie van de Cannabaceae (hennepfamilie). In het geslacht Humulus is een handvol soorten benoemd,[1] waarvan een deel later is gereduceerd tot variëteit van Humulus lupulus, de soort die in 1753 door Linnaeus als eerste werd gepubliceerd.[2] Van deze soort worden onder meer de volgende variëteiten onderscheiden:

  • Europese hop - (Humulus lupulus var. lupulus)
  • Japanse hop - (Humulus lupulus var. cordifolius)
  • Amerikaanse (noordwestelijke staten) en Canadese hop - (Humulus lupulus var. neomexicanus)
  • Amerikaanse hop uit de midden- en westelijke staten - (Humulus lupulus var. pubescens)
  • Amerikaanse hop uit de oostelijke staten - (Humulus lupulus var. lupuloides)

Hopvariëteiten[bewerken | brontekst bewerken]

Net als bij andere cultuurgewassen worden er van de hop veel verschillende cultuurvariëteiten (cultivars) gekweekt. Zie Lijst van hopvariëteiten. Er bestaat ook een siervariant, de cultivar Humulus lupulus cv. Aureus, met goudgele bladeren (de gouden hop), gekweekt door het Wye College te Kent.

Herkenning[bewerken | brontekst bewerken]

Veel van de nieuwe Engelse variëteiten van de zeventiger jaren hebben een donkerrode rank, terwijl de oudere rassen een groene rank hebben. De kleur van de rank, de vorm van het blad, de kleur van het blad en van de hopbel, de vorm en de grootte van de hopbel en uiteindelijk het aroma van de rijpe hopbel zijn punten die het mogelijk maken de verschillende hopvariëteiten te herkennen.

Oorsprong[bewerken | brontekst bewerken]

De plant komt oorspronkelijk voor in de gematigde streken van Eurazië, waarvandaan de plant zich vanwege de teelt van de hopbellen over vrijwel de hele wereld heeft verspreid. De plant werd al vroeg op veel plaatsen in de wereld nabij brouwerijen verbouwd.

Hop in bier[bewerken | brontekst bewerken]

De lupulinekorreltjes uit de bloem van de vrouwelijke plant (hopbel) worden voor de alfazuren en de oliën (aroma's) gebruikt als een grondstof voor bier. Aanvankelijk werd hop aan bier toegevoegd als conserveringsmiddel, maar tegenwoordig wordt het uitsluitend toegevoegd om de smaak en het aroma. Zeker in de Engelse bitters en in de meeste Belgische speciaalbieren is het onmisbaar, omdat in die bieren veel meer hop wordt toegevoegd dan in lagerbieren. Voorbeelden van hoppige bieren zijn Amstel 1870, Brand UP, Jopen Hoppen en Christoffel Bier in Nederland, XX Bitter, Hommelbier, Cristal Alken en Stella Artois in België en Beck's en Jever in Duitsland.

Voor Lambiek gebruikt de brouwer overjaarse hop, waarvan de vluchtige bitterstoffen vervlogen zijn, maar die alle andere hopeigenschappen nog heeft. Deze overjaarse hop heeft een kaasgeur, die het gevolg is van de oxidatie van bètazuren die gedurende de opslag plaatsheeft.

Bitterheid[bewerken | brontekst bewerken]

De bittere smaak wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de aanwezigheid van alfa- en bètazuren in de hop. Deze smaken op zichzelf niet bitter maar tijdens het brouwproces worden ze geïsomeriseerd, wat wil zeggen dat de alfa- en betazuren worden omgezet door het koken voor een bepaalde tijd in iso-alfazuren en iso-betazuren, en die smaken wel bitter.

Aroma[bewerken | brontekst bewerken]

Eén van de belangrijkste eigenschappen van hop zijn de verschillende aroma's van de hopvariëteiten. In de verschillende hopvariëteiten varieert het percentage etherische oliën van 0,5% tot 5%.

Water[bewerken | brontekst bewerken]

De hopbellen van de vrouwelijke hopplant bevatten bij de oogst veel ongewenst water (circa 80 %), wat tot resultaat zou hebben dat de bellen verrotten indien ze in die toestand bewaard zouden worden. Daarom moeten de hopbellen direct bij de oogst gedroogd worden zodat ze slechts maximaal 10% water bevatten. De EU schrijft dit ook wettelijk voor. Het drogen wordt gedaan in eesthuizen die in Engeland oast houses genoemd worden. Het drogen is een belangrijk deel van het oogsten en verwerken van de hopbellen. Indien men te lang en bij te hoge luchttemperatuur (hoger dan 65 graden Celcius) droogt, zal men aroma verliezen. Dit betekent ook dat indien men meteen na de oogst met verse (ongedroogde) hop brouwt, men meer aroma in het bier zal hebben. Deze techniek kan dus alleen voor een zeer korte tijd na de oogst toegepast worden daar "natte" hoppen niet houdbaar zijn.

Sommige brouwerijen brouwen met de verse hop tijdens de oogstperiode een speciaalbier, onder meer de eerste brouwerij in de VS die deze techniek toepaste was in 1994 de Sierra Nevada brouwerij in Chico, Californie. Sinds dien zijn daarbij gekomen Brouwerij De Ranke (Hop Harvest) en Brouwerij De Plukker (Plukker Single Hop 2012). Op het Great American Beer Festival begon men in 2012 voor het eerst met een categorie voor bieren gebrouwen met verse ("natte") hop.

Het verbouwen van hop[bewerken | brontekst bewerken]

Locaties[bewerken | brontekst bewerken]

Vanouds werd hop verbouwd daar waar er brouwerijen waren. Het ontbreken van een infrastructuur om grondstoffen bij de brouwerij te krijgen, leidde ertoe dat brouwerijen samenwerkten met boeren om hop en gerst te telen. Sommige microbrouwerijen doen dat tegenwoordig weer.

In 2005 werd naar schatting zo'n 80.000 ton hop geoogst, van 55.000 hectare land, verspreid over de hele wereld. In Vlaanderen werd hop verbouwd in de streek rond Aalst en Asse waar de laatste hopboer verdween in 2003, en wordt hij nog steeds verbouwd in de Westhoek rond Poperinge (waar van hommel wordt gesproken). Het areaal neemt hier door de sterke concurrentie uit het buitenland gestaag af. In Nederland werd vroeger ook hop verbouwd, bijvoorbeeld op de zandgronden in het noordoosten en in Noord-Brabant. Het Drentse Peize stond van de 16e tot de 18e eeuw bekend als hopdorp. Een 'museumtuin' midden in het dorp, vele namen, en een Peizer bier herinneren daar nog aan. Sinds 1997 wordt voor de Gulpener Bierbrouwerij hop verbouwd in het Zuid-Limburgse Reijmerstok.

Nederlandse (Vlaamse) hopboeren hebben begin 1500 hoptuinen aangeplant in Kent, Engeland en vandaar uit werden hoptuinen aangelegd bij brouwerijen tot in Aberdeen in Schotland. Engeland is het eerste land waar de nieuwe hopvariëteiten Bullion en Brewers Gold, in 1907 door Prof. Salmon in Wye College gewonnen, werden geteeld. Voordien werden er hopvariëteiten gebruikt die in het wild voorkwamen. Wye College in Kent heeft ook de dwerghopvariëteiten ontwikkeld en voor Zuid-Afrika hebben ze de hopvariëteiten ontwikkeld die met minder licht kunnen groeien.

In Duitsland wordt op meer dan 18.000 hectare hop verbouwd. Het is daarmee nog steeds één van de grootste hopproducerende landen ter wereld. Een populaire aromahop - Saaz - komt inmiddels vrijwel exclusief uit het voormalige Oostblok rond Tsjechië (Bohemen) en wat uit Hongarije .

In de noordwestelijke staten van de Verenigde Staten, met name in de staat Washington, wordt veel hop verbouwd. Kleinere hoeveelheden worden verbouwd in de staten Oregon en Idaho, die tezamen ongeveer evenveel ton oogsten als Duitsland. Hier wordt ook geëxperimenteerd met nieuwe variëteiten, die minder lange stengels produceren (dwerghopvariëteiten) waardoor de teelt en oogst eenvoudiger en goedkoper worden. De gewone hop heeft stengels die groeien tot een hoogte van zes tot negen meter, de nieuwe variëteiten komen niet hoger dan ruim twee meter. In de Verenigde Staten worden in vergelijking met andere hopproducerende landen de meeste verschillende hopvariëteiten verbouwd, circa 50 in getal.

Teelt[bewerken | brontekst bewerken]

Hop is één van de snelst groeiende planten in het plantenrijk. Hij haalt gemiddeld een groeisnelheid van 10 cm per dag. In een laagbouwcultuur laat men de planten groeien tot zo'n drie meter. Op een hoogbouwplantage is circa 8 meter mogelijk. Een plant kan zo'n honderd jaar oud worden.

Een nieuwe toepassing voor de hopteelt zijn de hopscheuten. De scheuten, vergelijkbaar met taugé en alfalfa, worden gestoken op het ogenblik dat ze nog onder de grond zitten, en worden vooral in België beschouwd als een delicatesse.

Omdat de zaden van bevruchte bloemen veel vetten bevatten zijn bevruchte bloemen ongewenst in verschillende landen zoals België, Duitsland en de Verenigde Staten. Daarom worden in die landen in teeltgebieden tot op vele kilometers van de hopvelden alle mannelijke planten zo snel mogelijk verwijderd en zelfs wettelijk niet toegestaan. Door de energierijke inhoud zijn zaden een geliefd voedsel voor vogels, die daarmee tegelijk voor de verspreiding ervan zorgen. Doordat er zo steeds nieuwe planten worden aangevoerd, is het verwijderen van alle mannelijk planten in de praktijk onuitvoerbaar, en is er ook altijd een klein percentage bloemen met zaden. In het Verenigd Koninkrijk worden mannelijke planten niet verwijderd omdat de hopboeren daar juist graag hun vrouwelijke planten bevrucht zien.

De hopplant heeft minimaal 14 uur per dag licht nodig en groeit daarom optimaal op hogere breedtes dan 32°. In Zuid-Afrika heeft men getracht hop te telen, wat pas succesvol werd toen men in de hoptuinen met kunstlicht ging werken. Nadien is het Wye College uit Kent te hulp geschoten met het kweken van hopvariëteiten die konden groeien met 10 uur licht.

Effecten van hop[bewerken | brontekst bewerken]

Aan hopextract wordt een rustgevende en slaapverwekkende werking toegeschreven.[3] Met dit doel wordt het soms in thee verwerkt. Ook wordt het beschouwd als maagversterkend. De werkzame stof in hop is lupuline waarvan soms wordt beweerd dat het een oestrogene werking heeft.

Mensen die met de hand de rijpe hopbellen plukten, kregen nogal eens klachten die de 'hopplukkersziekte' genoemd werden. Ze bestonden uit verschijnselen als hoofdpijn, ademhalingsklachten en huidirritatie. De vraag is of dit te maken had met de hop of met de chemikaliën waarmee de hop werd bespoten gedurende het groeiproces.[4]

Afbeeldingen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Humulus lupulus van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.