Resolutie 1228 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 1228
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 11 februari 1999
Nr. vergadering 3976
Code S/RES/1228
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Conflict om de Westelijke Sahara
Beslissing Verlengde de MINURSO-missie tot 31 maart.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1999
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Argentinië Argentinië · Vlag van Brazilië Brazilië · Vlag van Bahrein (1972-2002) Bahrein · Vlag van Canada Canada · Vlag van Gabon Gabon · Vlag van Gambia Gambia · Vlag van Maleisië Maleisië · Vlag van Namibië Namibië · Vlag van Nederland Nederland · Vlag van Slovenië Slovenië
Een huis in een vluchtelingenkamp in Dakhla.

Resolutie 1228 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem door de VN-Veiligheidsraad aangenomen op 11 februari 1999.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Begin jaren 1970 ontstond een conflict tussen Spanje, Marokko, Mauritanië en de Westelijke Sahara zelf over de Westelijke Sahara, een gebied dat tot dan in Spaanse handen was. Marokko legitimeerde zijn aanspraak op basis van historische banden met het gebied. Nadat Spanje het gebied opgaf bezette Marokko er twee derde van. Het land is nog steeds in conflict met Polisario dat met steun van Algerije de onafhankelijkheid blijft nastreven. Begin jaren 1990 kwam een plan op tafel om de bevolking van de Westelijke Sahara via een volksraadpleging zelf te laten beslissen over de toekomst van het land. Het was de taak van de VN-missie MINURSO om dat referendum op poten te zetten. Het plan strandde later echter door aanhoudende onenigheid tussen de beide partijen waardoor ook de missie nog steeds ter plaatse is.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

De Veiligheidsraad:

  1. Besluit het mandaat van MINURSO te verlengen tot 31 maart zodat consultaties kunnen plaatsvinden om tot een akkoord te komen over protocols voor de identificatie (van kiezers) en terugkeer (van vluchtelingen).
  2. Vraagt de partijen actie te ondernemen om de hoge commissaris voor de Vluchtelingen toe te laten de terugkeer van stemgerechtigde vluchtelingen en hun families voor te bereiden.
  3. Vraagt de secretaris-generaal tegen 22 maart te rapporteren over de uitvoering van deze resolutie.
  4. Steunt de intentie van de secretaris-generaal om zijn speciale gezant te vragen de uitvoerbaarheid van MINURSO's mandaat te beoordelen.
  5. Besluit om op de hoogte te blijven.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]