Naar inhoud springen

Grand Prix Formule 1 van Argentinië 1997

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De Grand Prix Formule 1 van Argentinië 1997 werd gehouden op 13 april 1997 in Buenos Aires.

Beiden Williams-wagens stonden opnieuw op de eerste startrij, met Jacques Villeneuve op de pole-position. Een verrassing was de derde startplaats van Olivier Panis in de Prost. Ook Rubens Barrichello presteerde sterk met een vijfde plaats voor Stewart.

Villeneuve wist opnieuw uit het gewoel te blijven en ging als eerste door de eerste bocht. Michael Schumacher botste bijna met Panis, maar de Fransman ging van zijn lijn en wist een botsing te vermijden. Schumacher crashte uiteindelijk toch in de wagen van Barrichello, waardoor hij moest opgeven. Barrichello kon nog wel doorrijden. In het gewoel, crashte David Coulthard achteraan in de wagen van Ralf Schumacher. Hierdoor werd de safety car van stal gehaald. Vier ronden later werd de race definitief op gang geschoten. Villeneuve reed opnieuw weg van Heinz-Harald Frentzen en Panis, maar Frentzens race eindigde in de zesde ronde met problemen aan de gastoevoer. Panis moest in de achttiende ronde opgeven met dezelfde problemen. In de 24ste ronde botsten beide Jordans, waardoor Giancarlo Fisichella moest opgeven. Damon Hill gaf op met motorproblemen in de 33ste ronde. Ondanks dat Eddie Irvine het gat met Villeneuve tegen het einde van de race wist te dichten, bleef Villeneuve de ier voor. Ralf Schumacher wordt derde en pakt zijn allereerste podium uit zijn carrière. Johnny Herbert eindigt als vierde. Mika Häkkinen knokte zich knap van de zeventiende startplaats naar de vijfde plaats. Gehard Berger pakt het laatste punt.

Positie Nr Rijder Team Ronden Tijd/Opgave Startplaats Punten
1 3 Vlag van Canada Jacques Villeneuve Williams-Renault 72 1:52:01.715 1 10
2 6 Vlag van Verenigd Koninkrijk Eddie Irvine Ferrari 72 +0.979 7 6
3 11 Vlag van Duitsland Ralf Schumacher Jordan-Peugeot 72 +12.089 6 4
4 16 Vlag van Verenigd Koninkrijk Johnny Herbert Sauber-Petronas 72 +29.919 8 3
5 9 Vlag van Finland Mika Häkkinen McLaren-Mercedes 72 +30.351 17 2
6 8 Vlag van Oostenrijk Gerhard Berger Benetton-Renault 72 +31.393 12 1
7 7 Vlag van Frankrijk Jean Alesi Benetton-Renault 72 +46.359 11  
8 19 Vlag van Finland Mika Salo Tyrrell-Ford 71 +1 Ronde 19  
9 14 Vlag van Italië Jarno Trulli Minardi-Hart 71 +1 Ronde 18  
10 23 Vlag van Denemarken Jan Magnussen Stewart-Ford 66 Motor 15  
NF 17 Vlag van Italië Nicola Larini Sauber-Petronas 63 Spin 14  
NF 2 Vlag van Brazilië Pedro Diniz Arrows-Yamaha 50 Motor 22  
NF 15 Vlag van Japan Shinji Nakano Prost-Mugen-Honda 49 Motor 20  
NF 18 Vlag van Nederland Jos Verstappen Tyrrell-Ford 43 Motor 16  
NF 20 Vlag van Japan Ukyo Katayama Minardi-Hart 37 Spin 21  
NF 1 Vlag van Verenigd Koninkrijk Damon Hill Arrows-Yamaha 33 Motor 13  
NF 12 Vlag van Italië Giancarlo Fisichella Jordan-Peugeot 24 Botsing 9  
NF 22 Vlag van Brazilië Rubens Barrichello Stewart-Ford 24 Hydraulica 5  
NF 14 Vlag van Frankrijk Olivier Panis Prost-Mugen-Honda 18 Elektrisch probleem 3  
NF 4 Vlag van Duitsland Heinz-Harald Frentzen Williams-Renault 5 Koppeling 2  
NF 5 Vlag van Duitsland Michael Schumacher Ferrari 0 Botsing met Barrichello 4  
NF 10 Vlag van Verenigd Koninkrijk David Coulthard McLaren-Mercedes 0 Botsing met Ralf Schumacher 10  

Wetenswaardigheden

[bewerken | brontekst bewerken]
Pole-position Jacques Villeneuve Williams-Renault 1:24.473
Snelste ronde Gerhard Berger Benetton-Renault 1:27.981
  • Dit was de vijfde Grand Prix-start voor een Deense coureur.
  • Eerste snelste rondes als raceleider voor Eddie Irvine.
  • Eerste podiumplaats voor Ralf Schumacher.
  • Dit was de zeshonderdste officiële Formule 1-race die meetelde voor het wereldkampioenschap. In die zeshonderd Grands Prix waren er een aantal records gevestigd:
    • Riccardo Patrese was de meest ervaren coureur met 256 Grand Prix-starts.
    • Ayrton Senna had 65 pole positions behaald en had 2.931 rondes als raceleider gereden. Ook was hij recordhouder met acht opeenvolgende pole positions.
    • Alain Prost had 41 snelste rondes, 51 Grand Prix-winsten, 106 podiumplaatsen en was in totaal 79 Grand Prix-weekeinden de leider van het kampioenschap geweest.
    • Jim Clark behield het record van 8 Grand Slams.
    • Juan Manuel Fangio was recordhouder met vijf wereldtitels en had als enige vier opeenvolgende wereldtitels behaald.
    • Alberto Ascari behield als enige het record in handen van zeven opeenvolgende snelste rondes én negen opeenvolgende Grand Prix-winsten. Hij deelde het record van negen opeenvolgende podiumplaatsen met Jim Clark, Niki Lauda, en Nelson Piquet.
    • Niki Lauda en Ayrton Senna deelden het record van 24 opeenvolgende Grand Prix-weekeinden als kampioenschapsleider te eindigen.
    • Britse coureurs waren het meest succesvol geweest in zeshonderd Formule 1 Grands Prix: 581 races gereden, 171 pole positions, 164 snelste rondes, 11.542 rondes als raceleider, 403 podiumplaatsen, 172 Grand Prix-winsten, 19 Grand Slams en 12 wereldkampioenschappen.


Vorige race:
Grand Prix van Brazilië 1997
FIA Formule 1 Wereldkampioenschap
48e seizoen (1997)
Volgende race:
Grand Prix van San Marino 1997

Vorige race:
Grand Prix van Argentinië 1996
Grand Prix van Argentinië Volgende race:
Grand Prix van Argentinië 1998