Keizer Matthias
Matthias | ||
---|---|---|
![]() | ||
Rooms-Duits koning en keizer | ||
Regeerperiode | 1612 - 1619 | |
Voorganger | Rudolf II | |
Opvolger | Ferdinand II | |
Koning van Hongarije en Markgraaf van Moravië | ||
Regeerperiode | 1608 - 1618 | |
Voorganger | Rudolf II | |
Opvolger | Ferdinand II | |
Regerend aartshertog van Oostenrijk | ||
Regeerperiode | 1608 - 1619 | |
Voorganger | Rudolf II | |
Opvolger | Ferdinand II | |
Koning van Bohemen | ||
Regeerperiode | 1611 - 1617 | |
Voorganger | Rudolf II | |
Opvolger | Ferdinand II | |
Huis | Habsburg | |
Vader | Maximiliaan II | |
Moeder | Maria van Spanje | |
Geboren | 24 februari 1557 Wenen, Oostenrijk | |
Gestorven | 20 maart 1619 Wenen, Oostenrijk | |
Begraven | Kapuzinergruft, Wenen | |
Echtgenote | Anna van Tirol | |
Religie | Rooms-katholiek |
Matthias van Oostenrijk (Wenen, 24 februari 1557 — aldaar, 20 maart 1619), aartshertog van Oostenrijk (1608 - 1619), was keizer van het Heilige Roomse Rijk, koning van Hongarije (als Matthias II) en enige tijd landvoogd van de Nederlanden. Matthias van Oostenrijk was de zoon van keizer Maximiliaan II en prinses Maria van Spanje. Hij was de jongere broer van keizer Rudolf II en achterneef van koning Filips II van Spanje.
Carrière[bewerken | brontekst bewerken]
Landvoogd van de Nederlanden[bewerken | brontekst bewerken]
In 1577 werd hij op 19-jarige leeftijd door de Staten-Generaal van de opstandige Habsburgse Nederlanden gevraagd om als landvoogd op te treden. De toenmalige landvoogd Don Juan had het Eeuwige Edict, waarin de opstandige gewesten afspraken met de Spaanse landvoogd hadden gemaakt, geschonden met een aanval op Namen en Antwerpen. Hierna weigerden de Staten-Generaal Don Juan nog als landvoogd te erkennen en werd op voorspraak van Filips III van Croÿ Matthias van Oostenrijk benaderd. Hij werd als een ideale compromiskandidaat gezien die wellicht ook op de instemming van Filips II kon rekenen.[1]
Matthias ging gretig op het aanbod in en zonder zijn broer Keizer Rudolf II op de hoogte te stellen vertrok hij naar de Nederlanden. Door de gevangenneming van Filips III van Croÿ was hij niet in staat om op de nieuwe landvoogd in te halen en in dit vacuüm stapte Willem van Oranje. Omstreeks 21 november 1577 ontmoette Matthias de prins van Oranje in Antwerpen.[2] De jonge en onervaren landvoogd bleek niet opgewassen te zijn bleek politiek geen partij te zijn voor Oranje en deze wist het vertrouwen van de nieuwe landvoogd te winnen. Hij ging weldra de prins beschouwen als een tweede vader. In de volksmond kwam hij dan ook bekend te staan als "de griffier van de prins".[3]
Hij nam aanvankelijk zijn intrek in de Sint-Michielsabdij in Antwerpen en op 8 december kreeg Matthias het formele verzoek om de landvoogdij op zich te nemen. De voorwaarden waarop Matthias de landvoogdij had geaccepteerd waren behoorlijk groot. Willem van Oranje werd aangesteld als zijn luitenant-generaal en op 18 januari 1578 werd de nieuwe landvoogd feestelijk onthaald in Brussel.[4] De beperkte regeringsbevoegdheid van Matthias was dusdanig dat hij gezien kan worden als een constitutioneel vorst avant la lettre.[3]
In Antwerpen kreeg Matthias te maken met de verscherpte verhoudingen tussen katholieken en calvinisten in de Nederlanden. Zo werd in Antwerpen de Hemelvaartsprocessie van 1579 door de calvinisten onmogelijk gemaakt en raakte hij ingesloten in de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Hij werd uiteindelijk door Willem van Oranje in veiligheid gebracht.[5] De toelage die Matthias door de Staten was toegezegd werd nauwelijks uitgekeerd en dat leidde ertoe dat hij in 1579 zijn hele hofhouding moest ontslaan.[6]
In 1581 werd Frans van Anjou door de Staten aangesteld als de nieuwe soeverein der Nederlanden en hierdoor kwam ook de periode van Matthias in de Lage Landen ten einde. Gedurende zijn regering als landvoogd had hij niks voor elkaar kunnen krijgen. Op 15 mei deed hij afstand van zijn landvoogdij. Voor zijn vertrek werd er van hem geëist dat hij zijn schuldbetalers zou afbetalen. Hierop moest Matthias zijn hele Europese netwerk aanspreken om het geld bij elkaar te krijgen. Tot dat hij het geld had betaald stond hij onder huisarrest. Pas op 29 oktober kon hij vertrekken en liet hij zich inschepen naar Keulen.[7]
Stadhouder in Oostenrijk[bewerken | brontekst bewerken]
In 1595 volgde Matthias zijn broer Ernst van Oostenrijk op als stadhouder van Oostenrijk (de aartshertogdommen Oostenrijk boven de Enns en Oostenrijk beneden de Enns (nu Opper- en Neder-Oostenrijk[8]).
Koning van Hongarije[bewerken | brontekst bewerken]
Met het Verdrag van Wenen (1606) werd de wrede generaal Giorgio Basta bedankt voor bewezen diensten en kreeg Transsylvanië zijn autonomie terug. Het Verdrag van Zsitvatorok maakte een einde aan de Lange Oorlog met de Ottomanen. Opstanden her en der in het Rijk leidden tot spanningen tussen Matthias en zijn broer, Keizer Rudolf. Met het Verdrag van Libeň in 1608 werd Rudolf gedwongen verschillende bevoegdheden af te staan. Vanaf dan was Matthias koning van Hongarije, aartshertog van Oostenrijk en markgraaf van Moravië.
Keizer van het Heilig Roomse Rijk[bewerken | brontekst bewerken]
In 1612 volgde hij zijn broer Rudolf II op als keizer van Duitsland. Zijn regeerperiode werd voornamelijk gedomineerd door kardinaal Melchior Khlesl, die een voorstander was van godsdienstverdraagzaamheid.
Opvolging[bewerken | brontekst bewerken]
Aangezien Matthias kinderloos was, werd achter zijn rug heel wat mogelijkheden geopperd. Het Oñateverdrag tussen Filips III van Spanje en de Habsburgse tak uit Binnen-Oostenrijk beslisten dat zijn neef Ferdinand II, de fakkel zou overnemen. Een hardere aanpak ten opzichte van de protestanten en een strategische route, de Spaanse Weg, waren het opzet.
Huwelijk[bewerken | brontekst bewerken]
Matthias huwde met zijn nicht Anna (1585-1618), een dochter van Ferdinand II van Tirol. Het huwelijk bleef kinderloos.
Anna en Matthias werden na hun dood bijgezet in de Kapuzinergruft (Kapucijner Grafkelder) te Wenen.
Voorouders[bewerken | brontekst bewerken]
Voorouders van keizer Matthias | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Overgrootouders | Filips I van Castilië (1478-1506) ∞ 1496 Johanna van Castilië (1479–1555) |
Wladislaus II van Hongarije (1456-1516) ∞ 1502 Anna van Foix-Candale (1484-1506) |
Filips I van Castilië (1478-1506) ∞ 1496 Johanna van Castilië (1479-1555) |
Emanuel I van Portugal (1469-1521) ∞ Maria van Aragón (1482-1517) | ||||
Grootouders | Keizer Ferdinand I (1503-1564) ∞ 1521 Anna van Bohemen en Hongarije (1503–1547) |
Keizer Karel V (1500-1558) ∞ 1526 Isabella van Portugal (1503-1539) | ||||||
Ouders | Keizer Maximiliaan II (1527-1576) ∞ 1548 Maria van Spanje (1528-1603) | |||||||
Keizer Mathias (1557-1619) |
Bronnen, noten en/of referenties
|
vet = keizer · cursief = tegenkoning · 1 = medekoning (in een deelrijk) · 2 = afkomstig uit een andere dynastie
Koningen van Hongarije |
---|
Árpáden: Stefanus I · Peter Orseolo · Sámuel Aba · Peter Orseolo · Andreas I · Béla I · Salomo · Géza I · Ladislaus I · Koloman · Stefanus II · Béla II · Géza II · Stefanus III · Ladislaus II · Stefanus IV · Stefanus III · Béla III · Emmerik · Ladislaus III · Andreas II · Béla IV · Stefanus V · Ladislaus IV · Andreas III * = tegenkoningen van elkaar |
Voorganger: Don Juan van Oostenrijk |
Landvoogd van de Nederlanden (aangesteld door de Staten-Generaal) 1577-1581 |
Opvolger: Frans, hertog van Anjou |