Gebruiker:Bliekindewater/M-Squadron

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
M-Squadron
Mouwmbleem M-Squadron
Oprichting 22 februari 1973
Land Vlag van Nederland Nederland
Krijgsmacht-
onderdeel
 Koninklijke Marine
Organisatie Korps Mariniers
Onderdeel van NLMARSOF
Type Speciale eenheid
Specialisatie Grootschalige en complexe contraterreuroperaties
Garnizoen Van Braam Houckgeestkazerne, Doorn
Motto Semper Paratus Pro Justitia
('Altijd gereed voor gerechtigheid')

M-Squadron, voorheen Unit Interventie Mariniers (UIM) en Bijzondere Bijstandseenheid Mariniers (BBE-M), is de nationale contraterreureenheid van het Korps Mariniers. M-Squadron is onderdeel van de Netherlands Maritime Special Operations Forces (NLMARSOF), maar werkt bij nationale inzet onder de operationele leiding van de Dienst Speciale Interventies (DSI) van de politie. De eenheid is belast met het uitvoeren van grootschalige, mogelijk langdurende en complexe interventies. Daarbij is M-Squadron gespecialiseerd in het optreden in omvangrijke en complexe gebouwen, vliegtuigen, maritieme platformen (o.a. boorplatformen), schepen en treinen.

M-Squadron werd in 1973 opgericht onder de naam Bijzondere Bijstandseenheid Mariniers (BBE-M), en werd in 2005 hernoemd tot Unit Interventie Mariniers (UIM). Met de oprichting van NLMARSOF, in 2013, werden de krachten van de speciale eenheden van het Korps Mariniers gebundeld in één overkoepelende eenheid. Gelijktijdig werd de UIM hernoemd tot M-Squadron en verantwoordelijk gemaakt voor het uitvoeren van nationale speciale operaties.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Oprichting[bewerken | brontekst bewerken]

De voorloper van M-Squadron, de Bijzondere Bijstandseenheid Mariniers (BBE-M), werd op 22 februari 1973 opgericht naar aanleiding van de verhoogde terreurdreiging in Europa. Bij het Bloedbad van München, in 1972, werden elf Israëlische atleten tijdens de Olympische Spelen in München het slachtoffer van een aanslag die werd uitgevoerd door Palestijnse Fatah-terroristen. Het aldaar aanwezige politiepersoneel bleek volstrekt niet in staat om deze relatief nieuwe vorm van terreur het hoofd te bieden. Hierop werd in verschillende Europese landen, waaronder Nederland, besloten tot de oprichting van een eenheid die zich volledig zou toeleggen op het bestrijden van terreurdreigingen. In Nederland werd besloten dat het personeel voor deze nieuwe eenheid zou worden geworven uit de gelederen van het Korps Mariniers, waar vergelijkbare eenheden als de Duitse GSG 9 en de Franse GIGN onderdeel zijn van de respectievelijke militaire of federale politieorganisatie. De leden van deze nieuwe eenheid werden geworven uit het Korps Mariniers.

Terrorisme in de jaren '70[bewerken | brontekst bewerken]

In september 1974 werd de BBE-M bij de gijzeling in de Franse ambassade in Den Haag voor het eerst opgeroepen voor een mogelijke ernstinzet. Na een week van onderhandelingen kon deze gijzeling geweldloos, en zonder interventie van de BBE-M worden beëindigd. In oktober van hetzelfde jaar volgde de eerste daadwerkelijke bevrijdingsactie van de BBE-M bij een gijzeling van 22 personen in de Penitentiaire Inrichting Scheveningen. Deze gijzeling werd door de BBE-M effectief beëindigd, zonder noemenswaardige verwondingen bij de mariniers, gijzelaars en gijzelnemers.

Bij de treinkaping bij Wijster en de bezetting van het Indonesisch consulaat in december 1975 werden drie onschuldige burgers door Zuid-Molukse jongeren gedood. Alhoewel de BBE-M paraat stond om in te grijpen, werden deze gijzelingen uiteindelijk door middel van onderhandelingen beëindigd.

De BBE-M vergaarde grote naamsbekendheid na de beëindiging van de treinkaping bij De Punt in 1977. Deze kaping van de intercity Assen-Groningen door negen gewapende Zuid-Molukkers vond plaats ter hoogte van het dorp De Punt in de provincie Drenthe. Gedurende de kaping, die uiteindelijk duurde van 23 mei tot 11 juni, bleken onderhandelingspogingen meermaals tevergeefs te zijn. Toen ook de omstandigheden in de gekaapte trein onhoudbaar werden, werd door de regering besloten de kaping door middel van inzet van de bijzondere bijstandseenheden desnoods met geweld te beëindigen. Zaterdag 11 juni 1977, om ongeveer 5.00 uur, bijna drie weken na het begin van de kaping, voerden precisieschutters van de BBE Krijgsmacht (BBE-K), bijgestaan door mitrailleurschutters, een intensieve beschieting uit op de compartimenten van de trein waarvan het sterke vermoeden bestond dat zich daarin alleen gijzelnemers zouden bevinden. Nadat het vuren door de precisieschutters was gestopt, forceerden de mariniers de treindeuren door het plaatsen en detoneren van springramen waarop zij de trein binnendrongen. Tijdens de bevrijdingsactie kwamen twee gegijzelden om, en werden zes kapers door de BBE-M geneutraliseerd. De daadwerkelijke actie duurde iets meer dan tien minuten: acht minuten beschieting op afstand en drie minuten actie van mariniers in de trein, inclusief het geforceerd binnenkomen. Gelijktijdig beëindigde een andere ploeg BBE'ers de gijzeling van de lagere school in Bovensmilde. Zuid-Molukse terroristen namen op deze school 105 kinderen en vier leerkrachten in gijzeling, de gijzeling werd tijdens een bevrijding met pantserwagens succesvol beëindigd.

In 1978 werd de BBE-M nogmaals ingezet bij de gijzeling in het provinciehuis te Assen. De daders waren drie Zuid-Molukkers, zeventig werknemers werden in gijzeling genomen. Tijdens de gijzeling werd één onschuldige burger door de terroristen gedood. Tijdens de succesvolle bevrijdingsactie, die na het verstrijken van het ultimatum werd uitgevoerd door de BBE-M, raakte één onschuldige burger gewond, na enkele weken bezweek hij aan zijn verwondingen. De overige gijzelaars konden in veiligheid worden gebracht, de gijzelnemers werden door de mariniers gearresteerd.

Recente operaties[bewerken | brontekst bewerken]

Tussen 1992 en 1996 voerden zogeheten boarding teams van de BBE-M, opererend vanaf fregatten van de Koninklijke Marine, meerdere maritieme onderscheppingen uit op de Adriatische Zee. In 1998 voerden zij soortgelijke operaties uit in de Perzische Golf als onderdeel van Operation Southern Watch.

In 1997 voerde de BBE-M, in samenwerking met de MSO-compagnie, meerdere aanhoudingen van oorlogsmisdadigers (PIFWC's) in Bosnië uit. Ook werd de BBE-M in dit jaar ingezet voor de evacuatie van Nederlandse staatsburgers uit Albanië.

In 2004 wordt de BBE-M ingezet bij de beruchte politie-inval in Laakkwartier in Den Haag, in het kader van de aanhouding van verdachten van de Hofstadgroep. De stroeve samenwerking tussen de betrokken eenheden, waaronder de BBE-M, de BBE-SIE en arrestatieteams, heeft mede geleid tot de oprichting van de Dienst Speciale Interventies in 2006.

Tussen 2005 en 2010 worden teams van de BBE-M, inmiddels hernoemd tot Unit Interventie Mariniers (UIM), in samenwerking met mariniers van de MSO-compagnie en commando's van het het Korps Commandotroepen meermaals uitgezonden naar Afghanistan alwaar zij talrijke (speciale) gevechtsoperaties uitvoeren. De UIM is opeenvolgend actief in Task Force Orange in Kandahar, als onderdeel van Operation Enduring Freedom (OEF), Task Force Viper en Task Force 55 in de provincie Uruzgan, als onderdeel van ISAF SOF. Meerdere mariniers hebben voor hun optreden in Afghanistan een dapperheidsonderscheiding in ontvangst mogen nemen.

Tussen 2008 en 2017 voeren teams van de UIM, in samenwerking met de MSO-compagnie, antipiraterijmissies uit in de Hoorn van Afrika als onderdeel van NAVO Operation Allied Protector, en Operatie Atalanta. In 2010 werd de UIM ingezet bij bevrijding van MS Taipan, een containerschip dat voer onder Duitse vlag en gekaapt was door Somalische piraten. Deze bevrijdingsactie werd opgenomen door middel van een camera die was bestigd op de helm van één van de mariniers, de beelden van de bevrijding haalden wereldwijd de journaals. In 2011 voerden kikvorsmannen op open zee, onder uiterst moeilijke omstandigheden een operatie uit waarbij door middel van explosieven twee moederschepen van Somalische piraten werden uitgeschakeld. Voor deze operatie werden vier kikvorsmannen onderscheiden met het Kruis van Verdienste en twee leidinggevenden met het Ereteken voor Verdienste.[1]

In 2019 was het M-Squadron, in nauwe samenwerking met de Dienst Speciale Interventies, betrokken bij de klopjacht op en aanhouding van Gökmen Tanis, pleger van de aanslag in Utrecht op 18 maart 2019.

Opleiding en specialismen[bewerken | brontekst bewerken]

M-Squadron operators volgen een opleiding die identiek is aan die van de overige MARSOF-operators, en is eveneens alleen toegankelijk voor actief dienende mariniers. Voor men aan de opleiding kan beginnen dient men eerst de drie weken durende Aptitude-selectie te doorlopen. De Aptitude-test bestaat naast fysieke ook uit mentale testen. Zo wordt er gekeken naar de emotionele stabiliteit van de mariniers en hoe goed er om wordt gegaan met onzekerheid en stress, optreden op grote hoogte, optreden onder tijdsdruk en optreden gedurende kako (kaart/kompas) oefeningen.[2]

Na succesvolle afronding van de Aptitude vervolgen de aspiranten met 20 wekende durende basis MARSOF-opleiding, waarin men wordt opgeleid om te opereren binnen het gehele spectrum van speciale operaties. De opleiding vangt aan met het aanleren van basisprincipes in het domein van speciale operaties, hierna volgen procedures gericht op antiterreur en tot slot worden de aspiranten getraind in het uitvoeren van speciale operaties in, uit, op en rondom het water.[3]

Wanneer de cursist de MARSOF-opleiding succesvol heeft afgerond, beginnen de cursisten aan de 14 weken durende NIO (Nationale Interventie Opleiding). Dit is de contraterreur opleiding waarin deelnemers getraind worden in het doeltreffend bestrijden van terroristische aanslagen. Geslaagde NIO-cursisten zijn nu volwaardige MARSOF-operators en kunnen instromen in het M-Squadron of zich aanmelden voor een opleiding tot Mountain Leader of Kikvorsman. Doordat alle NLMARSOF-operators zowel de MARSOF- als de NIO-opleiding hebben ondergaan is het personeel zeer breed inzetbaar. Het feit dat NLMARSOF-operators voor zowel nationale (M-Squadron) als internationale (C-Squadron) operaties kunnen worden ingezet zorgt voor een hoge mate van flexibiliteit en efficiëntie.[4]

Organisatie[bewerken | brontekst bewerken]

Rol binnen NLMARSOF[bewerken | brontekst bewerken]

Zoals eerder vernoemd, bracht de oprichting van NLMARSOF de speciale eenheden van het Korps Mariniers onder één overkoepelend commando. Gelijktijdig werden de Unit Interventie Mariniers en de Maritieme Speciale Operaties-compagnie hernoemd, respectievelijk tot M-Squadron en C-Squadron.

Hiermee is de organisatie van NLMARSOF als volgt:

  • M-Squadron (Maritime Counter Terrorism Squadron)
  • C-Squadron (Conventional Squadron)
  • T-Squadron (Training Squadron)
  • SOF Support Group (Special Operations Forces Support Group)

Waar de voorgangers van M-Squadron, de BBE-M en de UIM, ook internationaal inzetbaar waren, is de internationale taak van NLMARSOF sinds de oprichting exclusief bij het C-Squadron belegd. M-Squadron is sindsdien in beginsel volledig toegelegd op het uitvoeren van grootschalige en complexe contraterreuroperaties in een nationale setting.

Samenwerking met de DSI[bewerken | brontekst bewerken]

Het M-Squadron werkt nauw samen, en is in grote mate verweven met de Dienst Speciale Interventies van de nationale politie. Bij nationale inzet van het M-Squadron opereren de mariniers onder de operationele leiding van het diensthoofd van de DSI, een politieman. Het plaatsvervangend diensthoofd van de DSI is altijd een marinier. Naast de samenwerking op leidinggevend niveau, werken de operators van M-Squadron ook op operationeel niveau nauw samen met de collega's van de DSI. Zo levert het M-Squadron een derde van het personeel van de Afdeling Interventie (AI), de DSI-afdeling die uit zowel militairen als politiemensen bestaat, en daarmee ook aan de Quick Reaction Force (QRF). Daarnaast zijn de mariniers van M-Squadron in samenwerking met de collega's van het arrestatieteam betrokken bij de snel inzetbare Rapid Response Teams (RRT's).

Materieel[bewerken | brontekst bewerken]

Persoonlijke uitrusting[bewerken | brontekst bewerken]

De operators van M-Squadron kiezen voornamelijk voor uitrusting die relatief licht is, en veel bewegingsvrijheid biedt. De operators dragen meestal de kogelwerende Ops-Core FAST helm; deze helm is licht en biedt veel ruimte voor communicatiemiddelen en andere opzetstukken. Verder dragen de operators van M-Squadron een kogelwerend vest van het merk First Spear, model AAC. Naar persoonlijke voorkeur kan gekozen worden voor een heup- of beenholster. Bij nachtelijke operaties kan nachtzichtapparatuur, de nachtzichtkijkers PVS-31 en GPNVG-18 (extra breed zichtveld) van het Amerikaanse bedrijf TNVC, aan de helm worden bevestigd.

Operator die bij een instap het desbetreffende object als eerste betreden kunnen gebruik maken van een kogelwerend schild. De M-Squadron beschikt over verschillende typen schilden. Schilden die ballistische protectie tegen lichte munitie hebben zijn vaak relatief gemakkelijk te hanteren. Bij casussen waarbij zwaarder (vuurwapen)geweld wordt voorzien kan tevens gekozen worden voor het zwaardere kogelwerende schild dat ook munitie van het AK-47-aanvalsgeweer kan weerstaan.

Bewapening[bewerken | brontekst bewerken]

  • Glock 17 - Pistool in kaliber 9x19mm. Dit pistool wordt veelal uitgerust met een laser- en lichtmodule.
  • Heckler & Koch MP5 - Machinepistool in kaliber 9x19mm. De MP5 wordt veelal uitgerust met een laser- en lichtmodule.
  • Heckler & Koch MP7 - Machinepistool in kaliber 4,6x30mm. De MP7 wordt veelal uitgerust met geluiddemper, richtmiddelen en een laser- en lichtmodule.
  • FN P90 - Machinepistool in kaliber 5,7×28mm. De P90 wordt veelal uitgerust met geluiddemper, richtmiddelen en een laser- en lichtmodule.
  • SIG MCX - Aanvalsgeweer in kaliber .300 (7.62×35 mm) AAC Blackout. Dit wapen gebruikt het zogenaamde .300 AAC Blackout-patroon, welke een groter penetrerend vermogen heeft dan de gebruikelijke 5,56×45mm-munitie. De MCX is uitgerust met de SIG Sauer Suppressed Upper Receiver (SUR), een geïntegreerde geluiddemper. Verder is dit wapen uiterust met een Magpul-kolf, SIG Sauer richtmiddelen en een laser- en lichtmodule.
  • Heckler & Koch HK416 - Aanvalsgeweer in kaliber 5,56×45mm NAVO. De HK416 wordt veelal uitgerust met geluiddemper, richtmiddelen en een laser- en lichtmodule.
  • Heckler & Koch HK417/G28 - Designated marksman rifle (DMR) in kaliber 7,62×51mm NAVO. Dit wapen wordt ingezet om ook op middellange afstand doeltreffend te zijn. De HK417/G28 wordt veelal uitgerust met geluiddemper, telescoopvizier en een laser- en lichtmodule.
  • Sako TRG 22/42 - Scherpschuttersgeweer in kaliber .300 Winchester Magnum (7.62×67mm) of .338 Lapua Magnum (8.6×70mm). Dit grendelgeweer van Finse makelij is uitgerust met een telescoopvizier en maakt gebruik van krachtige patronen. Hierdoor is het geweer ook accuraat op de lange afstand (>1000 meter).

Voertuigen[bewerken | brontekst bewerken]

M-Squadron heeft, net als de verschillende afdelingen binnen de DSI, de beschikking over een gevarieerd wagenpark. Men maakt voornamelijk gebruik van gepantserde uitvoeringen van burgerauto's die ook tijdens piketdiensten snel inzetbaar zijn. M-Squadron operators volgen net als de andere eenheden binnen het stelsel een specialistische rijopleiding. De mariniers leren tijdens deze opleiding hoe men zich snel en veilig verkeer kan begeven, ook het rijden in pantservoertuigen wordt behandeld. Binnen M-Squadron worden veelal gepantserde uitvoeringen van de BMW X5 en Audi Q7 ingezet. Bij operaties in het hogere geweldsspectrum kan men gebruik maken van zwaar gepantserde Toyota Land Cruiser interventievoertuigen en de Lenco BearCat pantserwielvoertuigen die ondergebracht zijn bij de DSI. In het geval van een vliegtuigkaping kan men gebruik maken van de YPR-765 AAV (Aircraft Assault Vehicle) van de Koninklijke Marechaussee.

Vliegtuigen[bewerken | brontekst bewerken]

M-Squadron operators kunnen, net als de overige MARSOF-operators, allemaal per parachute worden ingezet. Ontplooiing per parachute vindt plaats vanuit een van de C-130 Hercules-transportvliegtuigen van het 334 Squadron van de Koninklijke Luchtmacht. Verder kan M-Squadron in kader van het DSI-reactieconcept gebruik maken van drie AgustaWestland AW139 helikopters van de Dienst Luchtvaartpolitie gebruik worden gemaakt. Daarnaast kan M-Squadron tevens worden ingezet per NH90-helikopter van het 860 Squadron van het Defensie Helikopter Commando.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]