Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
/1
Lous Couperus Museum
Lous Couperus Museum

In dit museum bevindt zich alles wat met Louis Couperus te maken heeft. De kamers zijn ingericht zoals dat een eeuw geleden gebruikelijk was. Boven zijn eigen bureau hangt een portret van zijn vader, zijn manuscripten en handschrift zijn er te zien, en er worden tweemaal per jaar exposities georganiseerd rond thema's uit het werk en/of leven van Louis Couperus.

Lees verder
/2
Eline Vere
Eline Vere

Eline Vere is de debuutroman van Louis Couperus, geschreven in 1887-1888 en als boek verschenen in maart 1889. De roman is eerst als feuilleton in dagblad Het Vaderland verschenen tussen 17/18 juni 1888 en 4 december 1888. Deze roman kan gezien worden als een typisch exponent van het literaire naturalisme. Eline Vere kwam voor het eerst uit in 1889, dus in de 19e eeuw. Het laatste deel van deze eeuw stond wat literatuur betreft in het teken van het naturalisme. Deze stroming wordt gekenmerkt door determinisme (je leven zou worden bepaald door erfelijkheid, opvoeding en milieu), fatalisme (geloven in het noodlot), pessimisme (somberheid) en door pathologische personen (personen die zich afwijkend of abnormaal gedragen).

Lees verder
/3
Fidessa
Fidessa

De boekbanden van Louis Couperus representeren de schrijfstijl en inhoud van de boeken van de auteur Louis Couperus. Diverse oorspronkelijke uitgaven en ook sommige latere uitgaven van de boeken van Louis Couperus zijn voorzien van bijzondere boekbandontwerpen door kunstenaars en soms luxe materiaaluitvoering. De uitgever van de meeste van deze boeken, L.J. Veen, zocht kunstenaars aan om de essentie en symboliek van het betreffende werk te vatten. Dit gebeurde vaak in art nouveau en later ook in art deco en nieuwe zakelijkheid. Couperus zelf was soms niet erg te spreken over de keuze van de uitgever voor een bepaalde artiest of de uiteindelijke uitvoering.

Lees verder
/4
P.A. Daum
P.A. Daum

Nederlands-Indische literatuur of Indische letteren is de literatuur die geïnspireerd werd en wordt door het koloniale en postkoloniale Nederlands-Indië vanaf de Gouden Eeuw tot op heden. De Indische letteren werden geschreven door zowel Nederlandse als Indo-Europese en Indonesische auteurs. Het onderwerp van de letteren kon variëren van de VOC-, de Nederlands-Indische tot de postkoloniale tijd. Hoewel de sociaal-economische omgeving van Nederlands-Indië niet direct uitnodigde tot literaire prestaties ontstond er toch een invloedrijk literaire stroming

/5
Sirih
Sirih

De stille kracht (1900) is een roman van de Nederlandse schrijver Louis Couperus. Het behoort met Noodlot en Eline Vere tot zijn bekendste werken. Een mysterieuze "stille kracht" doet zich gelden. Wanneer Leonie in bad gaat, wordt ze vanaf het dak op mysterieuze wijze bespogen met sirih. Ze raakt in paniek en haar inheemse dienstmeid Oerip moet haar kalmeren. En hier blijft het niet bij. Een spiegel wordt door een grote steen vernield, Otto’s bed wordt bevuild, glazen breken spontaan in kleine stukjes, de whisky is bedorven en er klinkt hamergeluid. Otto probeert een verklaring te ontdekken, maar vindt niets. Inmiddels horen andere Nederlanders kindergehuil.

Lees verder
/6
Sabijnse maagdenroof
Sabijnse maagdenroof

Sabijnsche-maagdenroof is een gedicht van Louis Couperus met als onderwerp de Sabijnse maagdenroof. Het gedicht van Louis Couperus (1863-1923) verscheen voor het eerst in Groot Nederland in 1908. Daarna verscheen het pas opnieuw in Marc Galle, Schimmen van glans in 1964. In 1975 bracht Ronald Breugelmans het Nagelaten werk van Couperus uit; hij vergat daarbij dit gedicht waarna als een soort erratum het gedicht Sabijnsche-maagdenroof afzonderlijk werd gedrukt als uitgave van de Slofpers in een oplage van slechts 30 exemplaren. Daarna werd het opgenomen in het 49e deel van de Volledige Werken Louis Couperus. Een handschrift is niet overgebleven.

Lees verder
/7
Orchideeën. Een bundel poëzie en proza
Orchideeën. Een bundel poëzie en proza

Orchideeën. Een bundel poëzie en proza is de tweede boekuitgave en tweede dichtbundel van de schrijver Louis Couperus die ook zijn debuut bevat. Couperus (1863-1923) debuteerde in juli 1883 met de publicatie van het gedicht 'Erinnering' in het tijdschrift Nederland. Die publicatie was te danken aan bemiddeling door prof. dr. Jan ten Brink bij wie Couperus toen studeerde om zijn diploma M.O. Nederlands te halen; Ten Brink was redacteur van het tijdschrift. Dat gedicht verscheen niet in zijn eerste bundel Een lent van vaerzen, maar in zijn tweede boekuitgave, deze Orchideeën.

Lees verder
/8
Een lent van vaerzen
Een lent van vaerzen

Een lent van vaerzen is de eerste boekuitgave, en dus het debuut van de schrijver Louis Couperus. Couperus (1863-1923) debuteerde in juli 1883 met de publicatie van het gedicht 'Erinnering' in het tijdschrift Nederland. Die publicatie was te danken aan bemiddeling door prof. Jan ten Brink bij wie Couperus toen studeerde om zijn diploma M.O. Nederlands te halen. Dat gedicht verscheen niet in zijn éérste, maar in zijn tweede boekuitgave, Orchideeën. Een bundel poëzie en proza.


Lees verder
/9
De schoone slaapster in het bosch
De schoone slaapster in het bosch

De schoone slaapster in het bosch. Sprookje in twee bedrijven en zes tafereelen voor zang en piano is het eerste toneelstuk van de schrijver Louis Couperus. Couperus (1863-1923) was een groot liefhebber van opera en toneel. In zijn werk komen beide veelvuldig voor. In zijn eerste roman Eline Vere uit 1889 gaat de hoofdpersoon veelvuldig naar de opera en wordt zelfs verliefd op de in de Haagse schouwburg zingende operabariton Fabrice. Couperus heeft vaak geschreven over de opera en het toneel, zowel als schrijver die het incorporeerde in zijn romans als wanneer hij erover schreef in zijn columns. Misschien zijn bekendste operaverhaal is De binocle uit 1920, gesitueerd in de opera van Dresden.

Lees verder
/10
Zijn aangenomen zoon
Zijn aangenomen zoon

Zijn aangenomen zoon is een fragment van een onvoltooid gebleven roman van Louis Couperus. In Groot Nederland van januari en februari 1918 werd een nieuwe roman met de titel Zijn aangenomen zoon van de Nederlandse schrijver Louis Couperus (1863-1923) aangekondigd. Het zou een contemporaine roman geworden zijn die speelde in Den Haag van rond 1917. Slechts twee korte hoofdstukken zijn bewaard gebleven. De 'roman' zou gaan over de classicus dr. Eelco Eyselius en diens aangenomen zoon Durante Duranti, die zou overkomen uit Londen. De vaderloze, 23-jarige Duranti was op militair verlof bij een Italiaanse oom in de Britse hoofdstad. Zijn vader was bevriend met Eyselius; hij zou na diens overlijden, 12 jaar eerder, zoon Durante adopteren.

Lees verder
/11
Paul Steenbergen
Paul Steenbergen

Van oude menschen, de dingen, die voorbij gaan..., gepubliceerd in 1906, is een van de bekendste romans van Louis Couperus. Binnen de familie Dercksz, een gegoede Hollandse familie die tot de burgerij behoort, heerst een vreselijk geheim, namelijk de moord die de inmiddels 97-jarige over-overgrootmoeder Ottilie Dercksz zestig jaar eerder in Nederlands-Indië op haar man Dercksz pleegde. Het geheim is ogenschijnlijk gedurende meer dan een halve eeuw zeer goed bewaard, maar in feite is bijna iedereen binnen de familie er op den duur van op de hoogte. Als gevolg van haar buitenechtelijke relatie heeft Ottilie Dercksz bovendien een dochter die niet weet wie haar echte vader is. Uit dit misverstand komt onder andere het incestueuze huwelijk voort van een van de centrale personages, Lot.

Lees verder
/12
Noodlot (roman)
Noodlot (roman)

Noodlot is een roman uit 1890 van de Nederlandse schrijver Louis Couperus. Het boek werd al in 1891 naar het Engels vertaald onder de titel Footsteps of Fate. Het verhaal gaat over twee geliefden, Frank Westhove en Eve, die door het ingrijpen van Franks vroegere kameraad - de jaloerse zwerver Bertie, die Frank aan het begin van het verhaal weer ontmoet in Londen - van elkaar gescheiden worden. Bertie is bang dat Frank op den duur geen aandacht voor hem meer zal hebben. Als Frank en Eve elkaar jaren later bij toeval weer tegenkomen, wordt duidelijk dat Bertie de twee uit elkaar gedreven heeft, door de brieven van Frank aan Eve door een nota bene van Franks eigen geld omgekochte bediende achter te laten houden. Frank slaat Bertie uit woede dood en belandt in de gevangenis.

Lees verder
/13
Nagelaten werk
Nagelaten werk

Nagelaten werk bevat werk van Louis Couperus dat tijdens zijn leven niet gebundeld werd. Vanaf 1952 begonnen, na decennia discussie, de Verzamelde werken (VW) van Louis Couperus (1863-1923) te verschijnen, in een reeks die uiteindelijk twaalf delen zou omvatten, en waarvan Garmt Stuiveling de drijvende kracht was. Deze VW leidden tot veel kritiek. Enerzijds betrof dat de onvolledigheid van deze uitgave: veel van het werk van Couperus werd gewoon niet opgenomen omdat het door de redactie als benedenmaats werd beschouwd. Anderzijds betrof dit de door de redactie van de VW gehanteerde spelling: ze hadden alles omgezet in moderne spelling, volgens sommigen daarbij geheel voorbijgaand aan het bijzondere, specifieke taalgebruik van Couperus. Dit leidde tot wat later aangeduid werd als de zogenaamde 'Couperus-rel'.

Lees verder
/14
Nagelaten werk
Nagelaten werk

Via Appia is een reisbrief van Louis Couperus die voor het eerst in 1972 als zelfstandige boekuitgave verscheen. Couperus (1863-1923) reisde met zijn vrouw Elisabeth Couperus-Baud vanaf juli 1893 naar het Zuiden van Europa. Hij bezocht Italië en Griekenland en beschreef zijn ervaringen in enkele Reis-impressies die tussen februari en mei 1894 verschenen in De Gids. Via Appia, over de bekende oude Romeinse weg Via Appia, verscheen in het maartnummer van 1894. De bijdrage is gedateerd: Jan. 1894. In december 1893 stelde Couperus aan zijn uitgever L.J. Veen voor de reisbrieven te bundelen. Veen ging akkoord en de bundel werd in 1894 gepubliceerd. In 1897 volgde al een, met één reisbrief aangevulde herdruk.

Lees verder
/15
Reisimpressies
Reisimpressies

Reis-impressies is een bundel reisbrieven van Louis Couperus die voor het eerst in 1894 verscheen. Couperus (1863-1923) reisde met zijn vrouw Elisabeth Couperus-Baud vanaf september 1893 door het Zuiden van Europa. Een eerdere reis naar Italië, begin februari, was onderbroken vanwege het overlijden van Couperus’ moeder op 15 februari 1893. In september bezocht het echtpaar Italië en Griekenland en Couperus beschreef zijn ervaringen in enkele Reis-impressies die tussen februari en mei 1894 verschenen in De Gids. Deze reis betekende ook de eerste kennismaking met Rome, de stad die zeer lief zou krijgen en waar hij later nog geregeld naar zou terugkeren; hij zou er onder andere in 1903 samen met zijn vriend jhr. Johan Hendrik Ram verblijven.

Lees verder
/16
De ring en de prins
De ring en de prins

De ring en de prins. Gevolgd door: Een verrassende ontdekking is een reclame-uitgave van uitgeverij Wereldbibliotheek, van de hand van Louis Couperus. Het verscheen vermoedelijk in 1922. In de jaren 1910 publiceerde Couperus verschillende verhalen of schetsen in Groot Nederland en in Het Vaderland. Deze werden later gebundeld in Korte arabesken, nu eens niet uitgegeven door zijn vaste uitgever L.J. Veen maar door de Maatschappij ter verspreiding van Goede en Goedkoope Lectuur, normaliter aangeduid als de Wereldbibliotheek, naar de bekendste serie van die uitgeverij. Veen had Couperus overigens wel naar die Maatschappij verwezen, omdat hij nu eens zijn werk als goedkope 'Spoorweglectuur' wilde laten uitgeven in grote oplagen, zoals hij dat in het buitenland wel zag. Veen wilde zich daar niet aan wagen en verwees dus door.

Lees verder
/17
Ontroering
Ontroering

Ontroering. Een epigram is een uitgaafje van Louis Couperus dat verscheen ter gelegenheid van de presentatie van Het boek van adel. In de jaren rond 1916 publiceerde Couperus columns in de Haagsche Post, onder andere een serie epigrammen. Soms verscheen er een, soms verschenen er twee tegelijkertijd. Dit epigram verscheen onder de verzameltitel Epigrammen met 'Jij en U' in hetzelfde nummer van de Haagsche Post. In maart 1923 sloot Couperus een contract met Van Holkema & Warendorf om nog ongebundelde verhalen en feuilletons in twee bundels uit te geven. Hij deed het voorwerk voor de eerste bundel, maar overleed in juli van dat jaar. Zijn vrouw, Elisabeth Couperus-Baud, verzorgde vervolgens de drukproeven en de eerste bundel verscheen in november 1923, onder de titel Proza.

Lees verder
/18
Il Mago
Il Mago

Il Mago is een reisbrief van Louis Couperus die voor het eerst in 1945 als zelfstandige boekuitgave verscheen; in 1983 en 1984 verscheen het in twee bibliofiele uitgaafjes. In de jaren 1910 publiceerde Couperus verschillende verhalen of schetsen in Groot Nederland en in Het Vaderland. Deze reisbrief verhaalt hoe Couperus met zijn vriend Orlando in de buurt van Siena een oude ‘tovenaar’ ontmoet die Couperus de toekomst voorspelt.

Lees verder
/19
Vitruvius
Vitruvius

Vitruvius’ Tien boeken over de bouwkunst is een van de zeer zeldzame boekbesprekingen van Louis Couperus die voor het eerst als boekuitgave verscheen in 2002. Couperus kreeg in juli 1918 van zijn uitgever Lambertus Jacobus Veen de vertaling van Vitruvius' Tien boeken over de bouwkunst cadeau, bekend als De architectura; het was in 1914 verschenen en werd gedistribueerd door Veen. Couperus schreef aan Veen: "Ik ben je zeér erkentelijk voor Vitruvius, dien ik zeer blij ben te bezitten: zulke boeken zijn mijn bronnen voor mijn antieke romans en verhalen".

Lees verder
/20
Korte arabesken
Korte arabesken

Korte arabesken is een bundel van Louis Couperus die voor het eerst in 1911 verscheen, maar deze keer niet bij zijn vaste uitgever. In de jaren 1910 publiceerde Couperus verschillende verhalen, reisbrieven en schetsen in Groot Nederland en in Het Vaderland. In een brief van 3 mei 1910 stelde Couperus aan zijn uitgever L.J. Veen voor om die te bundelen.

Lees verder
/21
Het tegenwoordige Louis Couperus Genootschap werd op 1 januari 1993 door José Buschman en Joyce Ryken opgericht om liefhebbers van het werk van Louis Couperus (1863-1923) bijeen te brengen en wetenschappelijk onderzoek naar het leven en het œuvre van de auteur te stimuleren. Van 1928 tot 1936 bestond er al een Genootschap Louis Couperus, onder voorzitterschap van Couperus’ eerste biograaf Henri van Booven. De weduwe van de auteur, Elisabeth Couperus-Baud, was erevoorzitster. Dit eerste genootschap werd op 17 december 1928 te Hilversum opgericht en voorzitter Van Booven hield dezelfde avond een toespraak, waarin hij zei dat men tijdens het leven van Couperus niet voldoende beseft had welk een kunstenaar, bij Gods genade, de Nederlandse taal voor zijn scheppingen had gekozen.
Lees verder
/22
Tjicoppo
Tjicoppo

Tjicoppo (Tjicoppo Maijak) was een landgoed, gelegen nabij Buitenzorg, onder meer het bezit van John Ricus Couperus, een Nederlands jurist, lid van de raad van justitie te Padang en Batavia en lid van het Hoog Militair Gerechtshof van Nederlands-Indië. Couperus was de vader van de schrijver Louis Couperus, die aldaar zijn jeugd doorbracht. Het landgoed Tjicoppo bestond uit cultuurlandschap, waar onder meer koffie en thee (Tjicoppo Maijak) werden verbouwd. Het had een grootte (in 1893) van 1,283 bouws en was beplant met thee- en koffieplanten en met padi.

Lees verder
/23
Extaze. Een boek van geluk
Extaze. Een boek van geluk

Extaze. Een boek van geluk is een contemporaine roman van Louis Couperus die voor het eerst in 1892 verscheen, de eerste boekuitgave bij wat zijn vaste uitgever zou worden. In een brief van 22 juli 1890 schreef Couperus aan Frans Netscher dat hij zou beginnen aan een grote roman die de titel Extaze zou gaan krijgen. Het duurde echter nog een hele tijd voordat de roman geschreven was; Couperus beëindigde het schrijven van de roman in oktober 1891 te Hilversum waar hij zich met zijn vrouw na hun huwelijk op 9 september en de huwelijksreis gevestigd hadden. Volgens biograaf Henri van Booven had de roman de schrijver heel wat hoofdbrekens gekost en was opbouw en structuur nogal veranderd tijdens het schrijfproces.

Lees verder
/24
Eene illuzie werd geïllustreerd door Frederik Hendrik Kaemmerer
Eene illuzie werd geïllustreerd door Frederik Hendrik Kaemmerer

Eene illuzie is een bundel van zes verhalen van Louis Couperus die voor het eerst in 1892 verscheen, en was genoemd naar de grootste novelle uit de bundel. Tussen 1890 en 1892 publiceerde Louis Couperus (1863-1923) enkele verhalen en een novelle in verschillende tijdschriften. Ze spelen alle in de eigen tijd van Couperus. In een brief van 22 juli 1890 schreef Couperus aan Frans Netscher: "Ik ben nu bezig aan een novelletje: Een Illuzie". Het zou het omvangrijkste verhaal van de bundel worden en daarom leverde het ook de titel. Het verscheen eerder in Elsevier’s geïllustreerd maandschrift, en ook in: Neerland’s pen en stift, een verzameluitgave van Uitgeverij Elsevier. Het werd voorzien van acht illustraties van F.H. Kaemmerer (1839-1902). Ook een ander verhaal uit de bundel verscheen met illustraties, namelijk 'Epiloog', met illustraties van Pieter de Josselin de Jong (1861-1906), in Eigen Haard. De illustraties werden daarna niet herdrukt of hergebruikt, ook al had Couperus zijn uitgever voorgesteld een van de illustraties van De Jong te gebruiken voor de ingenaaide uitgave.

Lees verder
/25
Florence
Florence

Incantatie van een stervend genius is een sonnet, in 1906 te Florence geschreven, door Louis Couperus. De grootmoeder van Emma Garzes-Lodomez, Maria Lodomez (eigenlijk: Cordes, 1835-1911), woonde een tijd in de kamer naast die van Louis Couperus te Bagni di Lucca en er ontstond een vriendschap. Couperus was teleurgesteld toen hij vernam dat men aan zijn vriendin had medegedeeld dat hij een bekend schrijver was, omdat hij het juist zo leuk had gevonden dat deze van hem hield om hemzelf: maintenant ça ne sera plus jamais la même chose! Emma Garzes kreeg Nederlandse les en een groot aantal van zijn werken in vertaling met opdrachten van Couperus. Zij zei echter dat Couperus te ongeduldig was geweest om een goede leraar te zijn.

Lees verder
/26
Vitruvius' Tien boeken over de bouwkunst
Vitruvius' Tien boeken over de bouwkunst

Vitruvius’ Tien boeken over de bouwkunst is een van de zeer zeldzame boekbesprekingen van Louis Couperus die voor het eerst als boekuitgave verscheen in 2002. Couperus kreeg in juli 1918 van zijn uitgever Lambertus Jacobus Veen de vertaling van Vitruvius' Tien boeken over de bouwkunst cadeau, bekend als De architectura; het was in 1914 verschenen en werd gedistribueerd door Veen. Couperus schreef aan Veen: "Ik ben je zéér erkentelijk voor Vitruvius, dien ik zeer blij ben te bezitten: zulke boeken zijn mijn bronnen voor mijn antieke romans en verhalen"

Lees verder
/27
Surinamestraat 20 (Den Haag)
Surinamestraat 20 (Den Haag)

Het pand aan de Surinamestraat 20 Den Haag is een herenhuis en gemeentelijk monument, gelegen aan de Surinamestraat 20, en is in 1883 gebouwd. Het huis werd gebouwd in opdracht van de vader van de schrijver Louis Couperus, John Ricus Couperus, en werd door hem en zijn gezin betrokken in 1884. Dat was nadat Couperus het familielandgoed, Tjicoppo, gelegen nabij Buitenzorg in Nederlands-Indië, in juli 1883 had verkocht en met zijn gezin was teruggekeerd naar Nederland.

Lees verder
/28
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/28
/29
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/29
/30
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/30
/31
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/31
/32
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/32
/33
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/33
/34
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/34
/35
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/35
/36
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/36
/37
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/37
/38
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/38
/39
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/39
/40
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/40
/41
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/41
/42
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/42
/43
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/43
/44
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/44
/45
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/45
/46
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/46
/47
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/47
/48
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/48
/49
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/49
/50
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/50
/51
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/51
/52
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/52
/53
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/53
/54
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/54
/55
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/55
/56
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/56
/57
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/57
/58
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/58
/59
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/59
/60
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/60
/61
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/61
/62
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/62
/63
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/63
/64
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/64
/65
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/65
/66
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/66
/67
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/67
/68
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/68
/69
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/69
/70
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/70
/71
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/71
/72
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/72
/73
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/73
/74
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/74
/75
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/75
/76
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/76
/77
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/77
/78
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/78
/79
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/79
/80
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/80
/81
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/81
/82
Portaal:Louis Couperus/Uitgelicht/82