Resolutie 1666 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 1666
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 31 maart 2006
Nr. vergadering 5405
Code S/RES/1666
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
Onderwerp Georgisch-Abchazisch conflict
Beslissing Verlengde de UNOMIG-waarnemingsmissie met 6,5 maanden.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 2006
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Argentinië Argentinië · Vlag van Congo-Brazzaville Congo-Brazzaville · Vlag van Denemarken Denemarken · Vlag van Ghana Ghana · Vlag van Griekenland Griekenland · Vlag van Japan Japan · Vlag van Peru Peru · Vlag van Qatar Qatar · Vlag van Slowakije Slowakije · Vlag van Tanzania Tanzania
Een satellietbeeld van Abchazië.

Resolutie 1666 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 31 maart 2006 unaniem aangenomen door de VN-Veiligheidsraad, en verlengde de waarnemingsmissie in Abchazië met zesënhalve maand.

Achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Georgisch-Abchazisch conflict voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Op het einde van de jaren 1980 wilde de Abchazische minderheid in Abchazië onafhankelijk worden van Georgië, waartoe ze behoorden, terwijl de Georgiërs wel de meerderheid van de bevolking uitmaakten. De Georgiërs zagen dat niet zitten en in 1992 leidde de situatie tot een gewapend conflict. Daarbij raakte ook grote buur Rusland betrokken, die het voor de Abchazen opnam. Begin 1993 braken zware gevechten uit om de Abchazische hoofdstad Soechoemi, die kortstondig waren onderbroken door een staakt-het-vuren.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

Men herinnerde nogmaals aan de basisprincipes voor de verdeling van bevoegdheden tussen Tbilisi en Soechoemi en verwelkomde bijkomende ideeën van de partijen om creatief en constructief deel te nemen aan de politieke dialoog. Beide zijden werden opgeroepen voluit gebruik te maken van de beschikbare mechanismen om tot een vreedzaam vergelijk te komen en te voldoen aan alle voorgaande akkoorden aangaande een staakt-het-vuren, geweldloosheid en het opbouwen van vertrouwen.

Aan Georgische zijde werd aangedrongen de Abchazische veiligheidszorgen serieus te nemen, geen stappen te zetten die als bedreigend konden worden ervaren en ook geen militaire retoriek meer te bezigen.

De Abchazen moesten dan weer zorgen dat vluchtelingen in alle veiligheid en menswaardig konden terugkeren en dat hun rechten inzake huisvesting en identiteit werden gerespecteerd.

Dan werd het mandaat van de UNOMIG-waarnemingsmacht in Georgië verlengd tot 15 oktober 2006. Ten slotte werd secretaris-generaal Kofi Annan gevraagd binnen drie maanden te rapporteren over de situatie in Abchazië en vooral over de vooruitgang van de onderhandelingen over geweldloosheid en de terugkeer van vluchtelingen en ontheemden.

Verwante resoluties[bewerken | brontekst bewerken]