Anne-Lot Hoek

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Anne-Lot Hoek
Anne-Lot Hoek (2023)
Algemene informatie
Geboren 17 juni 1978
Geboorteplaats Den Haag
Land Vlag van Nederland Nederland
Beroep Historica, onderzoeker en auteur
Werk
Bekende werken De strijd om Bali. Imperialisme, verzet en onafhankelijkheid 1846-1950
Uitgeverij De Bezige Bij
Website
Portaal  Portaalicoon   Literatuur

Dr. Anne-Lot Hoek (Den Haag, 17 juni 1978) is een Nederlands historica, onderzoeker en auteur. Ze richt zich op het koloniale verleden en onafhankelijkheidsstrijd in Zuid-Afrika, Namibië en Indonesië.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Anne-Lot Hoek werd geboren in Den Haag. Van 1991 tot 1997 zat ze op het gymnasium van het Adelbert College.

Studies[bewerken | brontekst bewerken]

Hoek studeerde Geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en Politieke geschiedenis aan de Universiteit van Perugia in Italië. Zij behaalde haar Master of Arts aan de faculteit Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam, waar zij afstudeerde op de onafhankelijksstrijd in Namibie. In 2023 promoveerde ze bij diezelfde Universiteit op De strijd om Bali. Geweld, verzet en koloniale staatsvorming 1846-1950.[1]

Promotiegelegenheid Anne-Lot Hoek, Amsterdam 10 Februari 2023

Loopbaan[bewerken | brontekst bewerken]

Hoek woonde en werkte in Amsterdam, Windhoek en Kaapstad. In 2021 debuteerde ze met De strijd om Bali. Imperialisme, verzet en onafhankelijkheid 1846-1950 (De Bezige Bij), waarvoor ze 128 betrokkenen op Bali en Nederland interviewde en uitvoerig literatuur- en archiefonderzoek deed.

Tijdens haar zeven jaar durende onderzoek ontdekte Hoek onder andere dat het Nederlandse leger een tangsi-systeem[2][3][4] van 50 gevangenkampen op Bali had opgezet waarbinnen marteling en executies een systematisch fenomeen vormden. Ook laat ze zien hoe de strijd op het eiland begrepen moet worden in een lange traditie van antikoloniaal verzet. En toont ze aan dat Bali na de Tweede Wereldoorlog, als onderdeel van de door Nederland gecreëerde deelstaat Oost-Indonesië, een sleutelrol speelde in de Nederlandse dekolonisatiepolitiek.[5] Tot dan toe had de focus van historici met name op Java gelegen.[6][4] Hoek vertelt ook een groter verhaal over de dekolonisatie van heel Nederlands-Indië.[7]

Haar debuut leidde tot:

Interview met onafhankelijkheidsstrijder Ratu Ida Gede Burwan Manuaba door Anne-Lot Hoek en Ni Ketut Sudiani op Bali (2015)

Van 2005-2007 werkte zij bij het Afrika-Studiecentrum (ASC) en deed onderzoek in Bolivia, Zambia, Kameroen en Mali.[34] In 2012 deed ze opnieuw onderzoek in Zambia.[35] Ze was toen reeds als freelance journalist begonnen voor Vrij Nederland, later NRC Handelsblad en De Groene Amsterdammer. Sinds 2012 publiceerde Hoek tientallen artikelen over het koloniale verleden in Indonesië.[36] Daarnaast neemt ze regelmatig deel aan het postkoloniale debat in debatcentra en op radio en TV.

In 2012 droeg ze met haar eerste artikel over Indonesië bij[37] aan het verzoek tot eerherstel voor drie mariniers die hadden geweigerd om als represaille een kampong op Oost-Java in brand te steken.[38][39][40] Een paar maanden later werd daartoe een motie in de Tweede Kamer der Staten-Generaal ingediend.[41][42] In 2013 deed Hoek archiefonderzoek waaruit voor het eerst naar voren kwam dat het Nederlandse leger oorlogsmisdaden op Bali had gepleegd.[43] Ze sprak met getuigen uit die tijd die dit bevestigden en hun verhaal wilden delen. Het werd opgepakt in de pers in Nederland en Indonesië,[44][45][46] en andere auteurs namen het op in hun werk.[47][48]

In 2014 ontdekte ze archiefdocumenten waaruit bleek dat Nederlandse gezagsdragers Bali tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog als hun particuliere koninkrijkje runden en er veel gemarteld werd. Een vernietigend officieel onderzoeksrapport over corruptie en intimidatie op Bali werd weggewerkt.[49][50]

In 2015 stelde Hoek in NRC Handelsblad dat historische instituten 65 jaar lang hun taak hadden laten liggen.[51] Ze haalde ook de voorpagina van diezelfde krant met een artikel over een Zwitserse dissertatie die de Excessen nota uit 1969 weerlegde.[52][53] In 2016 ging Hoek in het artikel ‘Iedereen wist het, maar niemand kon het zeggen’,[54][55] dieper in op de vraag waarom Nederlandse historici van de vorige generatie, zoals Cees Fasseur, een ontwijkende houding hadden aangenomen ten opzichte van het daadwerkelijke geweld in Indonesie.[56][57] Het artikel droeg bij aan wat Martin Bossenbroek een paradigma wisseling en een historiografische regime change noemde.[58] Sindsdien wordt Hoek ook wel aan de basis[57] van een nieuwe generatie historici genoemd, die Nederland en haar politici confronteert met de waarheid.[58][59][56]

Anne-Lot Hoek op onderzoek in Rengat, Sumatra, January 2016

Begin 2016 reisde Hoek af naar Indonesië voor een onderzoek in Rengat op Sumatra, naar de aanval op die stad in januari 1949. In de Excessenota uit 1969 werd uitgegaan van 80 burgerslachtoffers en 30 gedode soldaten. In Rengat stond een monument dat melding maakte van 1,500 slachtoffers en 186 namen. In het Nationaal Archief ontdekte ze een reeks bronnen uit 1949, zoals een namenlijst van 120 ‘gesneuvelde burgers’, een inschatting van de Nederlandse Resident van 400 doden en een Chinees krantenartikel dat melding maakte van meer dan 1,000 doden. Alleen al uit een vergelijking van de namenlijst uit het archief met de namen op het monument kwam een nieuw aantal individueel bekende slachtoffers van 270 naar voren.

Ze schreef er twee artikelen over in NRC Handelsblad[60][61][62] en maakte de Reporter Radio reportage 'het bloedbad van Rengat' voor NPO Radio 1.[63]. Het werd opgepikt door andere landelijke media zoals de Volkskrant, Algemeen Dagblad, Trouw, de NOS en RTL Nieuws.[64] En ook in Indonesië werd meermaals over het Bloedbad van Rengat gepubliceerd.[65] Mensenrechtenadvocate Liesbeth Zegveld, noemt de gebeurtenissen in het onderzoek van Hoek in een reactie 'van dezelfde orde van grootte als Rawagede en de moordpartijen op Zuid-Sulawesi'[66] Het was een van de dodelijkste Nederlandse militaire operaties op Sumatra. Mogelijk gaat het om de grootste individuele oorlogsmisdaad van de hele oorlog, aldus dr. David van Reybrouck.[65][67] Hoek schreef later dat jaar nog een twee-luik over Rengat voor Inside Indonesia.[68][69] Aan een van de weduwen uit kampong Skip in Rengat, wiens man politieman was en geëxecuteerd werd, is door de Nederlandse staat een schadevergoeding van 20.000 Euro uitgekeerd. Zo'n vergoeding werd alleen toegekend als aangetoond kon worden dat iemand door Nederlandse militairen geëxecuteerd is in een actie „van vergelijkbare ernst en aard als Rawagede en Zuid-Sulawesi”.[70][71] De BBC in Indonesië publiceerde een uitgebreid artikel over Hoeks Rengat onderzoek op Sumatra en haar eerdere onderzoek waarin ze oorlogsmisdaden op Bali ontdekte.[44]

Herdenking Peristiwa Rengat 5 December 2015 (Foto door Anne-Lot Hoek)

Het Rengat artikel verscheen in februari 2016. Een paar maanden later, in juli 2016, werden het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde, het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies en het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) geinformeerd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken Dat ze zich moesten gaan voorbereiden op een mogelijke omslag in het parlement. Minister Bert Koenders was overtuigd geraakt dat een grootschalig onderzoek benodigd was en op op Algemene Zaken, voorgezeten door minister president Mark Rutte begonnen ‘dingen te schuiven’.[72]

In Oktober 2016 verscheen de Zwitsers dissertatie in het Nederlands en in December schreef de reeds eerder overtuigde Bert Koenders aan de Tweede Kamer dat er ‘voldoende aanleiding is voor een breed opgezet onderzoek’ naar het in Indonesië gebruikte geweld in de periode 1945-1949. Tweede Kamer-lid Sjoerd Sjoerdsma, die zich politiek had ingezet voor de komst van het door de overheid gefinancierde onderzoek, vertelde Hoek in een interview dat de politieke goedkeuring voor het onderzoek Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië, 1945-1950 (ODGOI) voor 75% tot stand is gekomen als gevolg van nieuwe feiten vanuit de journalistiek en de rechtszaken tegen de Nederlandse staat en voor 25% door de eerder genoemde Zwitserse dissertatie. Nadat de laatste jaren telkens „druppelsgewijs” nieuwe feiten naar boven kwamen over deze periode was de Zwiterse dissertatie toen deze in oktober 2016 in boekvorm werd gepubliceerd de spreekwoordelijke ‘plons’ die de al volle emmer deed overlopen.[73][74] Hoek reageerde in Nieuwsuur op het kabinetsbesluit.[75]

In 2016 en 2017 was zij fellow aan het KITLV en Journalist-in-Residence aan het Netherlands Institute for Advanced Study (NIAS) van het KNAW. Tussen 2017 en 2019 schreef ze een hoofdstuk in Revolutionary Worlds binnen het ODGOI onderzoek.[76] Wanneer Joop Hueting, de klokkenluider over oorlogsmisdaden tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog, in November 2018 overlijdt reageert Hoek in Nieuwsuur.[77]

Nieuw waren volgens Martin Bossenbroek artikelen waarin nadrukkelijk het Indonesische perspectief op het koloniale verleden werd belicht.[78] Tussen 2016 en 2019 brak ze regelmatig een lans voor erkenning van de politieke strijd van de leiders van de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd,[79][80][81] en andere stemmen die het koloniale systeem hadden uitgedaagd in de twintigste eeuw.[82][83][84] Dit vond ook navolging.[85][86] Daarnaast zette ze zich geregeld in voor de Nederlandse erkenning van de Indonesische onafhankelijkheidsdatum.[87][88][89] In 2018 riep ze premier Mark Rutte en koning Willem-Alexander in NRC Handelsblad op om verantwoordelijkheid te nemen en een groot gebaar te maken voor het feit dat Nederland de wapens had opgepakt tegen Indonesië en hun drang tot onafhankelijkheid langdurig had miskend.[87] Begin 2020 pleitte ze met jonge historici in Nieuwsuur voor een excuses door de koning tijdens zijn staatsbezoek aan Indonesië.[90][91] Tegen de verwachting in, kwam het excuses er toch.[92][93] Hoek reageerde in Nieuwsuur[94] In oktober 2020 ontving Hoek de ASH Valorisatieprijs van de Universiteit van Amsterdam voor haar bijdrage aan het debat over Indonesië.

In datzelfde jaar publiceerde ze een artikel in de Groene Amsterdammer waaruit bleek dat Nederland voor de financiering van de wederopbouw meer financiële voordelen behaalde met de soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië, meer dan 103 miljard euro, dan aan 16 miljard euro Marshallhulp van Amerika.[95][96] Schrijvers als David van Reybrouck[97][98] en Adriaan van Dis [99][100] lichtten het uit in hun werk, en het verscheen in Indonesië[101] en werd opgepikt in de wetenschap.[102][103][104] Sinds 2021 is Hoek redactieraadslid Geschiedenis bij het Belgische De lage landen en ze droeg bij aan hun boekpublicatie Nulpunt 1945.[105] Aan het einde van het jaar verscheen De strijd om Bali.

Begin 2022 verscheen de De Indische Doofpot van Maurice Swirc, vlak voor de uitkomsten van het “ODGOI”-onderzoek, waarmee hij de Brusseprijs won. Hij stelde in zijn conclusie; ‘Inmiddels staat het - na de baanbrekende publicaties van Remy Limpach en Anne-Lot Hoek - vast dat het Nederlandse militaire apparaat systematisch uitvoering gaf aan een praktijk van massa-executies en martelingen in gevangenkampen, alles onder eindverantwoordelijkheid van de Nederlandse regering in Den Haag’.[106]

Anne-Lot Hoek in gesprek met Feba Sukmana tijdens 'Vrijheid en Verzet' in De Rode Hoed (Amsterdam, 16 februari 2022)

Een kleine week later sprak Hoek tijdensVrijheid en verzet. De erfenis van de revolutie is nog springlevend van Beyond Walls in de Rode Hoed.[1][107] Ze werd ook geinterviewd in politiek actualiteitenprogramma Buitenhof over haar debuut, over de opening van Revolusi!: een grote tentoonstelling in het Rijksmuseum over de onafhankelijkheidsstrijd van Indonesië waaraan ze ook een bijdrage leverde, [108] en over de mogelijke conclusies van het eerder genoemde ODGOI onderzoek, waaraan ze als enige Nederlandse onderzoeker in het project niet mee schreef.[33][109]

Samen met andere critici en Indonesië-experts[110] pleitte ze in reactie op de slotconclusie van dat onderzoek opnieuw vóór het gebruik van de term oorlogsmisdaden tijdens een OVT special op NPO Radio 1.[111] De onderzoeksleider, Frank van Vree, veranderde tijdens de uitzending zijn standpunt, ze hadden volgens hem toch van oorlogsmisdaden moeten spreken, wat landelijk nieuws werd.[112]

In februari 2023 promoveerde Hoek aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds maart is ze vaste boekenrecensent bij de Historische Boekencast, de podcast van Historisch Nieuwsblad.[113] In juni dat jaar publiceerde ze samen met journaliste Ni Ketut Sudiani en historica Ni Made Frischa Aswarini, die haar op meerdere fronten hadden ondersteund bij haar onderzoek op Bali, gezamenlijk een artikel in NRC Handelsblad waarin ze pleitten voor teruggave van documenten uit het Nationaal Archief aan Indonesië.[114] Een week later werd daaropvolgend een motie in de Tweede Kamer ingediend en aangenomen.[115] Over het Tweede Kamer debat dat volgde op de uitkomsten van het ODGOI onderzoek schreef Hoek een kritisch essay in de Groene Amsterdammer en ze reageerde op tussentijdse conclusies in de pers.[109][116] Ook leverde ze een bijdrage over Balinese verzetsstrijders aan De Grote Indonesië tentoonstelling in de Nieuwe Kerk (Amsterdam), dat later dat jaar haar deuren opende.[117] Sinds juli verbleef ze voor research voor haar nieuwe boek in Namibië en Zuid-Afrika.[118]

Belang onderzoek[bewerken | brontekst bewerken]

Hoeks werk kwam meermaals naar voren in de Rudy Kousbroeklezing De kolonie mept terug uit 2023 van Adriaan van Dis, die zijn meeste inzichten zegt te hebben ontleend aan De strijd om Bali. Hij noemt het een "indrukkend” en “verbijsterend” boek en schrijft "wat haar onderzoek vernieuwend maakt - naast de vele Balinese getuigenissen - is dat zij de samenhang heeft blootgelegd tussen het geweld en de politiek. Oost-Indonesie speelde een veel belangrijkere rol in de revolutie dan eerder was aangenomen en daarom is er onder andere ook zoveel geweld gebruikt op Bali".[119][100] Tot dan toe had de focus van historici met name op Java gelegen.[6][4] Dr. David van Reybrouck stelt dat Anne-Lot Hoek 'belangwekkend oral-history onderzoek op Sumatra en vooral Bali' heeft gedaan.[120] Maurice Swirc schreef dat hij in het bijzonder uit haar publicaties putte voor zijn prijswinnende boek De Indische Doofpot en noemt haar werk 'baanbrekend”.[121] Hoek schreef volgens Jan Brokken "het standaardwerk", historica en recensent Nadia Bouras noemt het "nu al een klassieker", en de non-fictie boekrecensent van NRC Handelsblad noemt het "misschien wel het belangrijkste geschiedenisboek van dit jaar".[122][123][124]

De jury van de Libris Geschiedenis Prijs omschreef De strijd om Bali als een belangrijke bijdrage aan het wetenschappelijke en maatschappelijke debat over de koloniale politiek in Indonesië.[125] Vanuit de wetenschap omschreef Karwan Fatah-Black Hoeks werk als vooroplopend op de academische mainstream en "baanbrekend".[126] Haar belangrijke rol in het aanjagen van het debat over het geweld in Indonesië werd ook wetenschappelijk erkend.[127] Ze werd in 2020 nog bekroond met de ASH valorisatieprijs van de Universiteit van Amsterdam voor haar werk over de Nederlandse koloniale periode in Indonesië en de dekolonisatie van Indonesië. Het Huizinga Instituut wijdde een workshop aan haar boek en bestempelde het als een fascinerend werk voor Oral Historians.[128]

In Nederland is er weinig aandacht voor Indonesische perspectieven.[129][130] Volgens het voormalig hoofd onderzoek van het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies Peter Romijn, en Remco Raben, hebben veel Nederlandse historische werken en documentaires een sterk etnocentrisch perspectief. Indonesische bronnen worden nauwelijks geconsulteerd, Indonesische ervaringen worden niet of summier weergegeven en de motivaties van Indonesische actoren wordt zelden uitgediept. Zij stellen dat, in tegenstelling tot het bovenstaande, De strijd om Bali van Anne-Lot Hoek een van de uitzonderlijke boeken is waarin Nederland geconfronteerd wordt met de consequenties van geweld in het algemeen en van de slachtoffers van het geweld in het bijzonder. En dat er in haar boek ook ruimte is voor kritische perspectieven.[131] Nadia Bouras stelt dat het perspectief van de gekoloniseerden lang is genegeerd, maar dat daar gelukking verandering in is gekomen en dat uit De strijd om Bali blijkt hoe het koloniale verleden botst met het zelfbeeld dat Nederland over zichzelf gehad heeft.[123]

Hoek wordt ook gezien als een van de weinige auteurs die al vroeg de waarde onderkende van het toepassen van een lange termijn perspectief, door de geschiedschrijving in de koloniale tijd te starten en analyseren als randvoorwaarde voor een goed begrip van de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Ze toont ook aan dat geweld, racisme, uitbuiting, juridische ongelijkheid en onderdrukking onlosmakelijk verbonden zijn met het koloniale systeem.[132] De strijd om Bali loopt van 1846 tot 1950 en beschrijft ook de nasleep van de oorlog.

Prof.dr. Marjan Schwegman erkende Hoeks werk over de tot dan toe onderbelichte rol van gewapende Nederlandse bestuursambtenaren in het geweld tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Dit deed zij tijdens haar afscheidsrede ‘De wapens van het verzet’ bij haar aftreden als hoofd van het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies.[133][134]

In Hoeks promotie-commissie classificeerde Indonesië-expert prof. Geoffrey B. Robinson, Universiteit van Californië - Los Angeles (UCLA),[135] haar werk als important, deeply researched and intellectually significant en zei prof. dr. Jan-Bart Gewald, voormalig directeur van het Afrika-Studiecentrum, erover dat wat Harvard professor Caroline Elkins deed met Imperial Reckoning voor Kenia, Hoek heeft gedaan voor Bali in zake de rol van de Nederlanders voor 1950.

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

Non-fictie[bewerken | brontekst bewerken]

In november 2021 debuteerde Anne-Lot Hoek bij De Bezige Bij met De strijd om Bali. Imperialisme, verzet en onafhankelijkheid 1846-1950.

De strijd om Bali:

Over haar debuut is de vierdelige podcastserie Oorlog in het Paradijs: De Strijd om Bali gemaakt door Anne-Lot Hoek en Arco Gnocchi. Het is uitgebracht als special bij Podimo-podcast Alle Geschiedenis Ooit.[27][28] Via persoonlijke verhalen van vier betrokkenen willen zij de oorlog inzichtelijk maken.[139]

Bibliografie[bewerken | brontekst bewerken]

Boeken[bewerken | brontekst bewerken]

Boekbijdragen[bewerken | brontekst bewerken]

  • Atlas van Indonesië. Een cultuurgeschiedenis van het eilandenrijk. De strijd om Bali. Vrijheidsstrijders in Gianyar, Ni Ketut Sudiani, Anne-Lot Hoek and Ni Made Frischa Aswarini, Amsterdam WBOOKS, 2023, ISBN 9789462585737
  • Revolusi! Indonesië Onafhankelijk. Harm Stevens, Amir Sidharta, Bonnie Triyana, Marion Anker (eds.), Amsterdam Rijksmuseum, 2022, ISBN 9789045045733
  • Nulpunt 1945. De Lage Landen een mensenleven later. Een façade van zindelijk fatsoen. De Nederlandse omgang met het koloniale verleden, Anne-Lot Hoek, Ons Erfdeel Vzw, Belgium, April 2020, ISBN 9789079705313
  • Multatuli Jaarboek 2020. Jubileumnummer '200 jaar Multatuli', Uitgeverij Verloren, 2020, ISBN 9789087049003

Wetenschappelijke Boeken en Publicaties[bewerken | brontekst bewerken]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Bronnen en referenties[bewerken | brontekst bewerken]

Externe Links[bewerken | brontekst bewerken]