Resistine: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 18: Regel 18:


Een Cys6Ser-resistente mutant was aanzienlijk krachtiger bij de lage concentratie en had een groter effect dan het wildtype resistine bij de hoge concentratie. Dit resultaat suggereert dat de vorming van intertrimeer-disulfidebindingen een verplichte stap is in de richting van activering. Andere resultaten suggereren ook dat zowel de Cys6Ser-mutant als het wildtype resistine voornamelijk de [[lever]] als doel hebben.
Een Cys6Ser-resistente mutant was aanzienlijk krachtiger bij de lage concentratie en had een groter effect dan het wildtype resistine bij de hoge concentratie. Dit resultaat suggereert dat de vorming van intertrimeer-disulfidebindingen een verplichte stap is in de richting van activering. Andere resultaten suggereren ook dat zowel de Cys6Ser-mutant als het wildtype resistine voornamelijk de [[lever]] als doel hebben.

== Ontsteking ==
[[Ontsteking (geneeskunde)|Ontsteking]] is de eerste aangeboren immuunrespons op infectie of irritatie als gevolg van de opeenhoping van [[leukocyt]]en ([[neutrofiele granulocyt]]en, [[mestcel]]len, enz.) en hun uitscheiding van ontstekingsremmende, biogene stoffen zoals [[histamine]], [[prostaglandine]] en ontstekingsbevorderende [[cytokine]]n. Onlangs is ontdekt dat resistine ook deelneemt aan de ontstekingsreactie.<ref name="p11">{{cite journal |author=Holcomb IN, Kabakoff RC, Chan B, Baker TW, Gurney A, Henzel W, Nelson C, Lowman HB, Wright BD, Skelton NJ, Frantz GD, Tumas DB, Peale Jr FV, Shelton DL, Hébert CC | title = FIZZ1, a novel cysteine-rich secreted protein associated with pulmonary inflammation, defines a new gene family | journal = EMBO J. | volume = 19 | issue = 15 | pages = 4046–55 |date=August 2000 | pmid = 10921885 | pmc = 306596 | doi = 10.1093/emboj/19.15.4046 }}</ref><ref name="p13">{{cite journal |author=Kusminski CM, da Silva NF, Creely SJ, Fisher FM, Harte AL, Baker AR, Kumar S, McTernan PG | title = The in vitro effects of resistin on the innate immune signaling pathway in isolated human subcutaneous adipocytes | journal = J. Clin. Endocrinol. Metab. | volume = 92 | issue = 1 | pages = 270–6 |date=January 2007 | pmid = 17062773 | doi = 10.1210/jc.2006-1151 | doi-access = free }}</ref><ref name="p18">{{cite journal |author=Malyszko J, Malyszko JS, Pawlak K, Mysliwiec M | title = Resistin, a new adipokine, is related to inflammation and renal function in kidney allograft recipients | journal = Transplant. Proc. | volume = 38 | issue = 10 | pages = 3434–6 |date=December 2006 | pmid = 17175295 | doi = 10.1016/j.transproceed.2006.10.140 }}</ref><ref name="pmid17183659">{{cite journal | author = Nagaev I, Bokarewa M, Tarkowski A, Smith U | title = Human Resistin Is a Systemic Immune-Derived Proinflammatory Cytokine Targeting both Leukocytes and Adipocytes | journal = PLOS ONE | volume = 1 | issue = 1| pages = e31 | year = 2006 | pmid = 17183659 | pmc = 1762367 | doi = 10.1371/journal.pone.0000031 | bibcode = 2006PLoSO...1...31N | veditors = Valcarcel J | doi-access = free }}</ref>

gaan een ontstekingsbevorderende reactie in cellen tegen.


{{Appendix}}
{{Appendix}}

Versie van 13 jan 2024 17:45

Mee bezig Mee bezig
Aan dit artikel of deze sectie wordt de komende uren of dagen nog druk gewerkt.
Klik op geschiedenis voor de laatste ontwikkelingen.
Lintdiagram van resistine

Resistine ook bekend als adipose tissue-specific secretory factor (ADSF) of C/EBP-epsilon-regulated myeloid-specific secreted cysteine-rich protein (XCP1), is een cysteïnerijk peptidehormoon dat bij mensen wordt gecodeerd door het RETN-gen.[1]

Bij primaten, varkens en honden wordt resistine uitgescheiden door witte bloedcellen en epitheelcellen, terwijl het bij knaagdieren wordt uitgescheiden door vetweefsel. De lengte van het resistine-prepeptide bij mensen bedraagt 108 aminozuurresiduen en bij muizen en ratten 114 aminozuurresiduen; het moleculaire massa is ~12,5 kDa. Resistine is een bij mensen uit vetweefsel afkomstig hormoon (vergelijkbaar met een cytokine) waarvan de fysiologische rol het onderwerp is geweest van veel controverse over de betrokkenheid ervan bij obesitas en diabetes mellitus type 2.[2]

Ontdekking

Resistine werd in 2001 ontdekt door de groep van Dr. Mitchell A. Lazar van de University of Pennsylvania School of Medicine.[3] Het werd "resistin" genoemd vanwege de waargenomen insulineresistentie bij muizen die met resistine waren geïnjecteerd. Resistine bleek te worden geproduceerd en vrijgegeven uit vetweefsel voor endocriene functies die waarschijnlijk betrokken zijn bij insulineresistentie.

Dit idee komt voornamelijk voort uit onderzoeken die aantonen dat serumresistentieniveaus toenemen bij obesitas in verschillende modelsystemen (mensen, ratten en muizen).[3][4][5][6][7] Sinds deze observaties heeft verder onderzoek resistine gekoppeld aan andere fysiologische systemen, zoals ontstekingen en temperatuurhomeostase.[8][9][10]

In het huidige onderzoek wordt voorgesteld om resistine te koppelen aan ontstekingen en temperatuurhomeostase, inclusief de vermeende rol ervan bij insulineresistentie bij zwaarlijvige proefpersonen, een onderwerp dat in 2001 door Vidal-Puig en O'Rahilly[11] en door M.A. Lazar in 2007 is besproken.[12]

Structuur

Kristalstructuren van resistine laten een ongebruikelijke samenstelling van verschillende subeenheden zien, die bij elkaar worden gehouden door niet-covalente binding interacties. De kristalstructuur toont een multimeer bestaande uit hexameervormende disulfidebindingen. Elke eiwitsubeenheid omvat een C-terminus disulfiderijk beta-sandwich-"kop"-domein en een N-terminus alfa-helix "staart"-segment. De alfa-helixsegmenten vormen driestrengige spoelen en aan het oppervlak voorkomende disulfidebindingen tussen de ketens zorgen voor de vorming van staart-tot-staart-hexameren. Het bolvormige domein van resistine bevat vijf disulfidebindingen (Cys35-Cys88, Cys47-Cys87, Cys56-Cys73, Cys58-Cys75 en Cys62-Cys77)(Cys=Cysteïne).

De disulfidebindingen tussen de ketens van resistine en het resistine-achtig molecuul β (RELMß) zijn nieuw in de zin dat ze bij blootstelling een hoog oplosmiddelgehalte hebben, variërend van 84,6% tot 89,5%. Een gemiddelde van oplosmiddelen voor alle disulfidebindingen is 9,9%, en 16,7% voor 1.209 disulfidebindingen tussen de ketens.

Een Cys6Ser-resistente mutant was aanzienlijk krachtiger bij de lage concentratie en had een groter effect dan het wildtype resistine bij de hoge concentratie. Dit resultaat suggereert dat de vorming van intertrimeer-disulfidebindingen een verplichte stap is in de richting van activering. Andere resultaten suggereren ook dat zowel de Cys6Ser-mutant als het wildtype resistine voornamelijk de lever als doel hebben.

Ontsteking

Ontsteking is de eerste aangeboren immuunrespons op infectie of irritatie als gevolg van de opeenhoping van leukocyten (neutrofiele granulocyten, mestcellen, enz.) en hun uitscheiding van ontstekingsremmende, biogene stoffen zoals histamine, prostaglandine en ontstekingsbevorderende cytokinen. Onlangs is ontdekt dat resistine ook deelneemt aan de ontstekingsreactie.[13][14][15][16]

gaan een ontstekingsbevorderende reactie in cellen tegen.

Zie de categorie Resistin van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.