Gebruiker:Randam/Name of Turkey

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een gravure van de Turk uit het boek Inanimate Reason van Karl Gottlieb von Windisch uit 1784

De Turk, ook wel bekend als de Mechanische Turk of Automaton Chess-Player (Hongaars: A Török), was een schaakmachine gebouwd in de late 18e eeuw. Het werd van 1770 tot 1854 tentoongesteld door verschillende eigenaren als een automaton, hoewel het uiteindelijk werd onthuld als een uitgebreide hoax.[1] Gebouwd en onthuld in 1770 door Wolfgang von Kempelen om indruk te maken op keizerin Maria Theresa van Oostenrijk, leek het mechanisme in staat om een sterk schaakspel tegen een menselijke tegenstander te spelen, evenals een paardenrondgang uit te voeren, een puzzel waarbij de speler het paard zodanig moet verplaatsen dat elk vlak van het schaakbord precies één keer wordt geraakt.

De Turk was in feite een mechanische illusie waardoor een menselijke schaakmeester zich kon verstoppen om de machine te bedienen. Met een bekwame bestuurder won de Turk bijna 84 jaar lang de meeste gespeelde wedstrijden tijdens zijn demonstraties in Europa en Noord-Amerika, waarbij hij vele uitdagers versloeg, waaronder staatslieden zoals Napoleon Bonaparte en Benjamin Franklin. Het apparaat werd later gekocht in 1804 en tentoongesteld door Johann Nepomuk Mälzel. De schaakmeesters die het in het geheim bedienden, waren onder andere Johann Allgaier, William Lewis, Jacques Mouret en William Schlumberger. Wie de bestuurders binnen het mechanisme waren tijdens de oorspronkelijke tour van Kempelen blijft een mysterie.

Bouw van de Turk[bewerken | brontekst bewerken]

Een zelfportret in houtskool van Wolfgang von Kempelen. De bouwer van de Turk

Kempelen werd geïnspireerd om de Turk te bouwen na zijn aanwezigheid aan het hof van Maria Theresa van Oostenrijk in Paleis Schönbrunn, waar François Pelletier een goochelact uitvoerde. Na een uitwisseling beloofde Kempelen terug te keren naar het paleis met een uitvinding die de illusies zou overtreffen.[2]

Een kopergravure van de Turk, met open kastdeuren. Een liniaal rechtsonder geeft de schaal weer. Kempelen was een ervaren graveur en heeft deze afbeelding mogelijk zelf gemaakt.

Het resultaat was de automaton schaker, dat tegenwoordig bekend staat als "de Turk".[3][4] De machine bestond uit een levensgroot model van een menselijk hoofd en torso, met een zwarte baard en grijze ogen.[5] Het was bekleed in Ottomaanse gewaden en een tulband. Zijn linkerarm hield een lange Ottomaanse rookpijp vast, terwijl zijn rechterarm boven op een grote kast lag,[6] dat ongeveer 110 cm lang, 60 cm breed en 75 cm hoog was.[n 1] Boven op de kast was een schaakbord van achttien centimeter groot. De voorkant van de kast bestond uit drie deuren, een opening en een lade, die geopend kon worden om een rood en wit gekleurde ivoren schaakspel te onthullen.[7]

Een illustratie van de werking van het model. De verschillende delen werden bestuurd door een mens via interne hendels en machines. Dit is een vervormde meting op basis van de berekeningen van Racknitz, die een onmogelijk ontwerp laat zien in relatie tot de werkelijke afmetingen van de machine.[8]

Het interieur van de machine was erg ingewikkeld en ontworpen om observeerders te misleiden.[2] Wanneer de deuren aan de linkerkant werden geopend, onthulden de voordeuren van de kast een aantal tandwielen die op een uurwerk lijken. Dit gedeelte was zo ontworpen dat als de achterdeuren van de kast tegelijkertijd open waren, kon men door de machine heen kijken. Aan de andere kant van de kast stonden geen machines; in plaats daarvan bevatte het een rood kussen en enkele verwijderbare delen, evenals structuren van messing. Dit gebied was ook ontworpen om een duidelijk zicht door de machine te bieden. Onder de gewaden van het Ottomaanse model waren twee andere deuren verborgen. Deze legden ook uurwerkmachines bloot en boden een soortgelijk onbelemmerd zicht door de machine. Het ontwerp stelde de presentator van de machine in staat om elke beschikbare deur voor het publiek te openen om zo de illusie te behouden.[9]

Zowel het uurwerk dat zichtbaar was aan de linkerkant van de machine als de lade waarin het schaakbord zat strekte zich niet volledig uit naar de achterkant van de kast. Ze verschoven slechts een derde van de maximale afstand. In het machine werd ook een schuifzitting geïnstalleerd, waardoor de bestuurder van de ene plaats naar de andere kon schuiven en zo bespieding kon ontwijken terwijl de presentator verschillende deuren opende.[10]

Het schaakbord op de bovenkant van de kast was dun genoeg om magnetische koppeling mogelijk te maken. Aan het grondvlak van elke schaakstuk was een kleine, sterke magneet bevestigd. Wanneer de schaakstukken op het bord werden geplaatst, werden de stukken automatisch gekoppeld aan een ander magneet dat weer op zijn beurt gebonden was aan een draadje. Elk draadje was onder een specifieke plaats op het bord bevestigd. Hierdoor kon de bediener in de machine zien welke stukken waar op het schaakbord bewogen.[11] De onderkant van het schaakbord had ook de overeenkomstige nummers 1 tot en met 64, waardoor de bestuurder kon zien welke plaatsen op het bord werden beïnvloed door de zet van de speler.[12] De interne magneten werden zodanig geplaatst dat externe magnetische krachten ze niet zouden beïnvloeden. Kempelen liet vaak opzettelijk een grote magneet aan de zijkant van het bord zitten om aan te tonen dat de machine niet door magnetisme werd beïnvloed.[13]

Een dwarsdoorsnede van de Turk uit Racknitz, dat liet zien hoe hij dacht dat de bestuurder binnen zat tijdens de wedstrijden. Racknitz had ongelijk wat betreft de positie van de bestuurder alsmede de afmetingen van de machine.[8]

Het interieur bevatte ook een schaakbord bestaande uit geperforeerde hardboard dat verbonden was met een reeks hendels dat leek op de werking van een pantograaf. Dit diende voor de besturing van de linkerarm van het model. De metalen punt op de pantograaf bewoog over het schaakbord dat aan de binnenkant gemonteerd was, terwijl tegelijkertijd de arm van de Turk over het schaakbord bewoog. De bestuurder was in staat om de arm van de Turk op en neer te bewegen. Met het draaien van de hendel kon de hand van de Turk geopend en gesloten worden. Hiermee kon de Turk de stukken op het bord oppakken. Dit alles werd zichtbaar gemaakt voor de bestuurder met behulp van een eenvoudige kaars. De machine had tevens een ventilatiesysteem.[14] Andere delen van de machine maakten uurwerkachtige geluid wanneer de Turk een beweging maakte, wat verder bijdroeg aan de illusie van de machine. De Turk vertoon ook verschillende gezichtsuitdrukkingen tijdens een wedstrijd.[15] Johann Nepomuk Maelzel, een latere eigenaar van de machine, voegde een voicebox toe aan de Turk. Hiermee kon de machine "Échec!" zeggen gedurende de wedstrijden, wat in het Frans schaak betekent.[3]

Een bestuurder in de machine had ook hulpmiddelen ter beschikken om te communiceren met de presentator buiten. Twee koperen schijven met nummers erop werden tegenover elkaar geplaatst aan de binnen- en buitenkant van de kast. Met een staaf kon de schijven naar het gewenste nummer gedraaid worden, dat fungeerde als een code tussen de twee.[16]

Tentoonstelling[bewerken | brontekst bewerken]

De Turk debuteerde in 1770 in Paleis Schönbrunn, ongeveer zes maanden na de act van Pelletier. Kempelen presenteerde wat hij had gebouwd en begon met de demonstratie van de machine en de onderdelen ervan. Kempelen opende de deuren en laden van de kast, waardoor het publiek de machine konden inspecteren. Vervolgens kondigde Kempelen aan dat de machine klaar was voor een uitdager.[17]

Kempelen informeerde de speler dat de Turk de witte stukken zou gebruiken en de eerste zet zou doen. Tussen bewegingen hield de Turk zijn linkerarm op het kussen. De Turk zou twee keer knikken als het de koningin van zijn tegenstander kon uitschakelen, en drie keer knikken als de koning schaak stond. De Turk schudde zijn hoofd als een tegenstander een illegale zet maakte en schoof het stuk terug en maakte zijn eigen zet, waardoor hij de zet van zijn tegenstander verbeurde.[18] In een poging om de machine te misleiden, probeerde een Franse schijver tijdens een westrijd de koningin te verplaatsen alsof het een paard was. Hierover schreef hij later, "mijn mechanische tegenstander was niet gediend van deze zet; hij pakte mijn koningin op en verplaatste het stuk terug naar het oorspronkelijke vlak waaruit ik het had verplaatst".[19] Tijdens de wedstrijd nodigde Kempelen toeschouwers uit om magneten en zeilstenen naar de kast te brengen en te onderzoeken of de machine werd aangedreven door een vorm van magnetisme. De eerste persoon die tegen de Turk speelde was Ludwig von Cobenzl, een Oostenrijkse hoveling in het paleis. Net als andere uitdagers op die dag werd hij snel verslagen, waarop toeschouwers van mening waren dat de machine agressief speelde en meestal zijn tegenstanders binnen dertig minuten versloeg.[20]

De paardenrondgang zoals het opgelost werd door de Turk.

Een ander onderdeel van de tentoonstelling van de machine was de voltooiing van de beroemde schaakpuzzel genaamd paardenrondgang. De puzzel vereist dat de speler een paard over een schaakbord laat bewegen waarop elke vlak slecht een keer wordt geraakt. Terwijl de meeste ervaren schakers van die tijd nog steeds worstelden met de puzzel, was de Turk in staat om de puzzel zonder enig probleem te voltooien vanaf elk startpunt.[21]

De Turk had ook de mogelijkheid om te praten met toeschouwers met behulp van een letterbord. De bestuurder, wiens identiteit in de periode dat Kempelen de machine in Paleis Schönbrunn presenteerde onbekend is, kon dit in het Engels, Frans en Duits doen.[22] Carl Friedrich Hindenburg, een universitaire wiskundige, hield de gesprekken bij tijdens de tijd van de Turk in Leipzig en publiceerde het in 1789 als Über den Schachspieler des Herrn von Kempelen und dessen Nachbildung (of Over de schaakspeler van de heer von Kempelen en zijn replica). De gesprekken gingen over onderwerpen zoals leeftijd, de burgerlijke staat en de geheime werking van de Turk.[23]

Tour door Europa[bewerken | brontekst bewerken]

In navolging van zijn debuut groeide de belangstelling voor de machine in heel Europa. Kempelen was echter meer geïnteresseerd in zijn andere projecten en vermeed het tonen van de Turk, vaak liegend over de reparatiestatus van de machine tegen potentiële uitdagers. Von Windisch schreef op een gegeven moment dat Kempelen zelfs "de smeekbeden van zijn vrienden en nieuwsgierige personen uit verschillende landen weigerde".[24] In het decennium na zijn debuut in Paleis Schönbrunn speelde de Turk slechts tegen één tegenstander, Sir Robert Murray Keith, een Schotse edelman. Kempelen ging na de wedstrijd de Turk volledig ontmantelen.[25] Hij was niet blij was met de populariteit ervan en wilde liever werken aan stoommachines en machines die menselijke spraak repliceren.[26]

In 1781 kreeg Kempelen de opdracht van keizer Joseph II om de Turk te herbouwen en naar Wenen te brengen voor een staatsbezoek van groothertog Paul van Rusland en zijn vrouw. De verschijning was zo succesvol dat groothertog Paul een rondreis door Europa voor de Turk voorstelde, een verzoek waarmee Kempelen met tegenzin instemde.[27]

François Philidor won een wedstrijd tegen de Turk in Parijs in 1793.

In 1783 begon de Turk met zijn Europese tour met een vertoning in Frankrijk. In Versailles werd de Turk verslagen in een wedstrijd tegen Karel Godfried de la Tour d'Auvergne, de hertog van Bouillon. Na de sessies in Versailles stegen de eisen voor een wedstrijd met François-André Danican Philidor, die als de beste schaker van zijn tijd werd beschouwd.[28] Een wedstrijd tegen Philidor vond plaats in de Académie des Sciences. Alhoewel Philidor de wedstrijd won, beschreef de zoon van Philidor de wedstrijd als "het meest vermoeiende schaakpartij ooit" voor zijn vader.[29] De laatste wedstrijd van de Turk in Parijs was tegen Benjamin Franklin, die destijds vanuit de Verenigde Staten als ambassadeur in Frankrijk diende. Franklin genoot naar verluidt van het spel met de Turk en was erg geïnteresseerd in de machine en bewaarde zelfs een exemplaar van het boek The Speaking Figure and the Automaton Chess Player, Exposed and Detected van Philip Thicknesse in zijn persoonlijke bibliotheek.[30]

Na zijn tournee door Parijs verplaatste Kempelen de Turk naar Londen, waar hij dagelijks voor vijf shilling werd tentoongesteld.[31]

Na een jaar in Londen reisden Kempelen en de Turk naar verschillende Europese plaatsen zoals Amsterdam, Dresden en Leipzig. Kempelen stierf op 70-jarige leeftijd op 26 maart 1804.[32]

Maelzel en de machine[bewerken | brontekst bewerken]

Na de dood van Kempelen bleef de Turk opgeborgen. In 1805 besloot de zoon van Kempelen om de Turk te verkopen aan Johann Nepomuk Maelzel, een Beierse muzikant met interesse in verschillende machines en apparaten. Maelzel probeerde nog voor de dood van Kempelen de Turk te kopen, konden ze niet eens worden over de vraagprijs van Kempelen van 20.000 frank. De zoon van Kempelen verkocht de machine aan Mälzel voor de helft van dit bedrag.[33]

Na het kopen van de Turk moest Mälzel de geheimen van de machine leren en enkele reparaties uitvoeren om het weer in goede staat te krijgen.

In 1809 arriveerde Napoleon I van Frankrijk in Paleis Schönbrunn om tegen de Turk te spelen. Volgens een ooggetuigenverslag werd Napoleon voor het begin van de wedstrijd gesalueerd door de Turk (Johann Baptist Allgaier). De details van de wedstrijd zijn in de loop der jaren in tal van verslagen gepubliceerd, waarvan vele tegenstrijdig zijn.[34] Volgens een bron zat Napoleon aan een aparte schaaktafel. Napoleons tafel stond in een afgezet gebied, waarbij Mälzel heen en weer liep om de zet van elke speler te spelen en de toeschouwers een duidelijk zicht te geven. Op een verrassende wijze nam Napoleon de eerste zet in plaats van de Turk, wat het gebruikelijke was. Mälzel liet het spel doorgaan. Kort daarna probeerde Napoleon een illegale zet. Na de beweging te hebben opgemerkt, keerde de Turk het stuk terug naar zijn oorspronkelijke plek en ging het spel verder. Napoleon probeerde de illegale zet een tweede keer, en de Turk reageerde door het stuk volledig van het bord te verwijderen en zijn beurt te nemen. Napoleon probeerde vervolgens de beweging een derde keer, de Turk reageerde met een zwaai van zijn arm en sloeg alle stukken van het bord. Napoleon was naar verluidt geamuseerd, en speelde toen een echt spel met de machine, waarbij hij negentien zetten voltooide voordat hij zijn koning omgaf in overgave.[35] Alternatieve versies van het verhaal zijn onder meer dat Napoleon niet gelukkig was met verliezen, een wedstrijd spelen met een magneet op het bord en een wedstrijd spelen waarbij de Turk met een sjaal om het hoofd en lichaam speelde in een poging zijn visie te belemmeren.[36]

In 1811 bracht Mälzel de Turk naar Milaan voor een optreden met Eugène de Beauharnais, de prins van Venetië en onderkoning van Italië. Beauharnais genoot zoveel van de machine dat hij aanbood deze bij Mälzel te kopen. Na enkele onderhandelingen kocht Beauharnais de Turk over voor 30.000 frank - drie keer meer wat Mälzel had betaald. In 1815 keerde Mälzel terug naar Beauharnais in München en vroeg om de Turk terug te kopen.

Een advertentie voor het optreden van de Turk in Londen [37]

Na de terugkoop bracht Mälzel de Turk terug naar Parijs, waar hij kennis maakte met veel van de toonaangevende schakers in Café de la Régence. Mälzel verbleef in Frankrijk met de machine tot 1818. In Londen kregen Mälzel en zijn act veel persaandacht. Mälzel installeerde een voicebox installeerde zodat de machine kon zeggen "Échec!" bij het schaak zetten van een speler.[38]

In 1819 nam Mälzel de Turk mee op een tournee door het Verenigd Koninkrijk. Er waren verschillende nieuwe ontwikkelingen in zijn act, zoals de tegenstander toestaan de eerste zet te spelen en het verwijderen van de pionnen van de Turk. Deze handicap zorgde voor meer interesse in de Turk en bracht een boek voort van W.J. Hunneman waarin de wedstrijden met deze handicap werden vastgelegd.[39] Ondanks de handicap eindigde de Turk (destijds beheerd door Mouret[40]) met vijfenveertig overwinningen, drie verliezen en twee patstellingen.[41]

Mälzel in Noord-Amerika[bewerken | brontekst bewerken]

De verschijningen van de Turk waren winstgevend voor Mälzel, waardoor hij de act continueerde in de Verenigde Staten. In 1826 organiseerde hij een tentoonstelling in New York dat langzaam aan populariteit groeide, wat uiteindelijk leidde tot vele krantenverhalen. Ook kreeg hij anonieme bedreigingen van mensen die het geheim van de machine wilden weten. Mälzel had problemen met het vinden van een geschikte bediener van de machine.[42] Uiteindelijk koos hij weer voor zijn voormalige operator, William Schlumberger, die hij liet overkomen uit Europa

Bij aankomst van Schlumberger werd de act voortgezet in steden zoals Boston, Philadelphia en Baltimore. In Baltimore speelde de Turk onder andere een wedstrijd tegen Charles Carroll, een ondertekenaar van de Onafhankelijkheidsverklaring. Twee mannen uit Baltimore besloten hun eigen machine te bouwen genaamd Walker Schaakspeler. Mälzel bekeek de concurrerende machine en probeerde het te kopen, maar het aanbod werd afgewezen. De Walker Schaakspeler tourde een aantal jaren, maar kreeg nooit de bekendheid van de Turk en raakte uiteindelijk in de vergetelheid.[43]

Gedurende de jaren 30 van de 19e eeuw bleef Mälzel door de Verenigde Staten reizen, waarbij hij de machine tentoonstelde tot aan het westen van de Mississippi-rivier. Ook bezocht hij Canada in deze periode. In de Amerikaanse staat Virginia, werd de Turk geobserveerd door Edgar Allan Poe. Poe's essay "Maelzel's Chess Player" werd gepubliceerd in april 1836 en is vandaag de dag het meest bekende essay over de Turk. Echter veel van Poe's hypothesen over de machine waren onjuist, zoals dat een schaakmachine altijd moet winnen.[44]

Mälzel nam de Turk uiteindelijk mee op zijn tweede tournee naar Havana, Cuba . In Cuba stierf Schlumberger aan gele koorts, waardoor Mälzel zonder operator voor zijn machine achterbleef. Teneergeslagen stierf Mälzel in zee op 66-jarige leeftijd in 1838 tijdens zijn terugreis, waarbij hij zijn machine bij de kapitein achterliet.[45][46]

Laatste jaren en daarna[bewerken | brontekst bewerken]

Een reconstructie uit de jaren 80

Bij de terugkeer van het schip waarop Mälzel stierf, werd de Turk overhandigd naar een vriend van Mälzel, de zakenman John Ohl. Hij probeerde de Turk te veilen, maar vanwege het lage bod kocht hij het uiteindelijk zelf voor $400.[47] Pas toen John Kearsley Mitchell uit Philadelphia, de persoonlijke arts van Edgar Allan Poe en een bewonderaar van de Turk, Ohl benaderde, veranderde de Turk opnieuw van eigenaar.[2]

Hij koos ervoor om de machine te doneren aan een museum van Charles Willson Peale. Alhoewel de Turk nog steeds af en toe gebruikt werd in tentoonstellingen, werd het uiteindelijk verbannen naar de hoeken van het museum en werd het vergeten tot 5 juli 1854. Op die dag stond de National Theatre in Philadelphia in brand. Het vuur verspreidde zich naar het museum van Charles Willson Peale, waadoor de Turk in vlammen opging.[48] Mitchell geloofde dat hij had gehoord "door de worstelende vlammen ... de laatste woorden van onze overleden vriend, de vaak herhaalde lettergrepen, 'echec! echec!!"[49]

Een Amerikaanse bouwer van apparatuur voor goochelaars, besteedde $120.000 aan het bouwen van zijn eigen versie van de machine tussen 1984 en 1989.[50] De machine maakte gebruik van het originele schaakbord, dat apart van de originele Turk werd bewaard en niet vernietigd werd door het vuur. De eerste openbare vertoning van deze gereconstrueerde Turk was in november 1989 tijdens een conferentie over de geschiedenis van goochelarij. De machine werd gepresenteerd zoals Kempelen het origineel presenteerde, behalve dat de tegenstander werd vervangen door een computer met een schaakprogramma.[51]

Onthulling van de geheimen[bewerken | brontekst bewerken]

Alhoewel er veel boeken en artikelen werden geschreven over de werking van de Turk gedurende de levensduur van de machine zelf, waren de meesten onnauwkeurig met onjuiste conclusies.

Het was pas met de reeks artikelen van Silas Mitchell in The Chess Monthly dat het geheim volledig werd onthuld. Mitchell, zoon van de laatste eigenaar van de Turk,[52] schreef dat "er nooit een geheim beter werd bewaard dan de geheim van de Turk". Omdat de Turk in vlammen opging ten tijde van deze publicatie, vond Silas Mitchell dat er "geen reden meer was om de oplossing voor dit oude raadsel te verbergen voor de liefhebbers van schaken".[49]

In 1899 publiceerde The American Chess Magazine een verslag over de wedstrijd van de Turk met Napoleon Bonaparte. Hierin werd een uitgebreide geschiedenis uiteengezet samen met een beschrijving van de Turk bestaande uit diagrammen gebaseerd op eerdere publicaties. Een ander artikel, geschreven in 1960 voor de American Heritage, leverde nieuwe diagrammen op over hoe de bestuurder in de kast zat.[53]

De belangstelling voor de Turk nam toe met de oprichting van de schaakcomputer Deep Blue van IBM, wat leidde tot publicatie van het boek The Turk, Chess Automaton (2000) van Gerald M. Levitt en het boek The Turk: The Life and Times of the Famous Eighteenth-Century Chess-Playing Machine van Tom Standage.[54] De Turk werd gebruikt als personificatie van Deep Blue in de documentaire Game Over: Kasparov and the Machine uit 2003.

Nalatenschap en kunst[bewerken | brontekst bewerken]

Een advertentie voor een tentoonstelling van Ajeeb, een imitatie van de Turk

De populariteit en het mysterie van de Turk inspireerde de bouw van een aantal uitvindingen en imitaties zoals Ajeeb (de Egyptenaar), dat in 1885 een wedstrijd speelde tegen de Amerikaanse president Grover Cleveland.[2][55] De eerste imitatie werd gemaakt terwijl Mälzel in Baltimore was . Gemaakt door de Brothers Walker, debuteerde de "American Chess Player" in mei 1827 in New York.[56] In 1912 werd de torresmachine gebouwd door Leonardo Torres y Quevedo, dat de eerste echte schaakspel-automaat was.[57]

De Turk werd in Londen bezocht door de Britse geestelijke en uitvinder Edmund Cartwright in 1784. Hij was zo geïntrigeerd door de Turk dat hij zich later zou afvragen of "het moeilijker is om een machine te bouwen die kan weven". Cartwright had vervolgens binnen een jaar een prototype van een weefmachine gepantenteerd.[58]

Le Joueur d'échecs, een stille speelfilm van Raymond Bernard, is een avonturenverhaal dat zich afspeelt in de nasleep van de eerste van de partities van Polen waarbij in de film gebruikt wordt van elementen uit het verhaal van de Turk.

De Turk heeft ook werken van literaire fictie geïnspireerd. In 1849, slechts enkele jaren voordat de Turk in vlammen opging, publiceerde Edgar Allan Poe een verhaal genaamd "Von Kempelen and His Discovery".[59]Het prozawerk "Moxon's Master" van Ambrose Bierce uit 1909 is een morbide vertelling over een schaakautomaat dat op de Turk lijkt. In 1938 publiceert John Dickson Carr de gesloten-kamermoord roman "The Crooked Scharnier", waarbij een automaton op een manier te werk gaat die voor de personages niet te verklaren is.[60] De sciencefiction "The Marvelous Brass Chessplaying Automaton" van Gene Wolfe bevat ook een apparaat dat veel lijkt op de Turk.[61]

In 2005 lanceerde Amazon.com de Amazon Mechanical Turk. De webgebaseerde applicatie coördineert programmeertaken met menselijke intelligentie, deels geïnspireerd door de manier waarop Kempelen's Turk opereerde.[62]

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Categorie:Computerschaak Categorie:Automaton