Openluchtmuseum

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Boerderij in Erve Kots

Een openluchtmuseum is een museale tentoonstelling op een buitenterrein waar een collectie van karakteristieke of bijzondere opstallen zoals woonhuizen, boerderijen, industriegebouwen, of grote voorwerpen als schepen, onderhouden worden zodat deze door een breed publiek kunnen worden bezichtigd. Het kan gaan om een origineel gebouw op de originele plaats, een originele opstal die van elders is verplaatst, of om authentieke replica. Het concept van het openluchtmuseum komt uit Scandinavië. Zo opende in 1881 in het Noorse Oslo de collectie van Koning Oscar van Zweden en Noorwegen, op het landgoed van zijn zomerpaleis.[1]

Het bekendste openluchtmuseum van Nederland is het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem, waar huizen, boerderijen, fabrieken en molens uit het gehele land te zien zijn.

In Vlaanderen denkt men bij openluchtmuseum vaak aan Bokrijk, waar historische gebouwen uit alle Vlaamse provincies vanaf circa 1400 worden bewaard. Typisch voor Bokrijk is dat er in de gebouwen ook menselijke activiteiten (zoals ambachten) worden getoond. Als in een museum het leven en werken uit het verleden door mensen wordt nagespeeld, spreekt men van levende geschiedenis.

Een beeldenpark, zoals het Middelheimmuseum in Antwerpen, wordt ook wel openluchtmuseum genoemd.

Openluchtmusea in Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

(op volgorde van officiële plaatsnaam)

Openluchtmusea in België[bewerken | brontekst bewerken]

Openluchtmusea in Suriname, Indonesië en Japan[bewerken | brontekst bewerken]

Openluchtmusea in Europa[bewerken | brontekst bewerken]

Midden-Europa[bewerken | brontekst bewerken]

Noord-Europa[bewerken | brontekst bewerken]

Oost-Europa en Balkan[bewerken | brontekst bewerken]

Openluchtmusea in andere landen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Open air museums van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.