Het Formule 1 seizoen 1951 was het 2de FIA Formula One World Championship seizoen. Het begon op 27 mei1951 en eindigde op 28 oktober na acht races. Het seizoen bevatte ook veertien races die niet meetelde voor het kampioenschap, maar wel toegankelijk waren voor Formule 1 wagens.
Samenvatting seizoen
Ferrari vormde met haar nieuwere auto’s met een 4.5-litermotor zonder supercharger een ware uitdaging voor het team van Alfa Romeo, dat het niet lukte zichzelf verder te ontwikkelen. Ondanks dat Alfa Romeo vier Europese races won en Juan Manuel Fangio kampioen werd, betekenden de drie overwinningen van Ferrari het einde voor de Alfa’s. Voor British Racing Motors (BRM) was de Grand Prix van Groot-Brittannië de enige verschijning in een kampioenschapsrace en de oude, langzame Talbots steeds vaker en heviger overtroffen.
Kampioenschapspunten werden gegeven aan de top-vijffinishers (8, 6, 4, 3, 2). 1 punt werd gegeven aan de coureur met de snelste ronde. Slechts de beste vier van de acht resultaten telden voor het kampioenschap. Punten werden verdeeld als meerdere coureurs één auto hadden gedeeld. Daarbij werd niet gekeken naar het aantal ronden die elke coureur had gereden.
De races van dit kampioenschap waren toegankelijk voor FIA Formule 1 wagens, maar aan de Indianapolis 500 mochten alleen wagens meedoen die onder AAA-reglementen vielen.
Teams en coureurs
De volgende teams en coureurs concurreerden in het 1951 FIA Formule 1 kampioenschap.