Heinrich Hermann Freytag
Heinrich Hermann Freytag (Hamburg, 1759 – Groningen, 14 april 1811[1][2]) was een uit Duitsland afkomstige Nederlandse orgelbouwer die met name actief was in Groningen, maar ook in Friesland, Drenthe, Overijssel, Holland en Zeeland. Hij bouwde zowel kerkorgels als kabinetorgels en een secretaireorgel binnen de Noord-Duitse orgelbouwtraditie.
Biografie
[bewerken | brontekst bewerken]Heinrich Hermann Freytag werd in 1759 geboren als de zoon van een uit Württemberg afkomstige meubelmaker. Hoe hij in de Republiek is terechtgekomen, wordt nergens duidelijk. Zijn naam duikt in 1784 voor het eerst op als hij in de stad Groningen in de orgelmakerij van Albertus Antoni Hinsz (1704-1785) werkt. Toen Hinsz in 1785 overleed, nam zijn stiefzoon Frans Casper Snitger (1724-1799) (een kleinzoon van Arp Schnitger) het bedrijf over. Snitger ging een compagnonschap aan met Freytag.[3] Freytag leidde de nieuw- en verbouwtak van het bedrijf. Snitger hield zich voornamelijk bezig met onderhoudswerk op locatie en met intonatiewerkzaamheden.
Freytag gaf leiding aan de werkplaats, onderhandelde met opdrachtgevers over nieuw- en verbouwprojecten en maakte de ontwerpen voor de nieuwe orgels. Ook vergrootte Freytag het werkterrein van de firma door opdrachten in Rotterdam en Middelburg aan te nemen. Hij was daarmee werkzaam in Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel, Holland en Zeeland.[4] Tot 1806 was Freytag bovendien kroegbaas en had hij een “Wyn en Coffyhuis, als mede Billard” aan de Grote Markt in Groningen.[5] Hij was ook vele jaren diaken of ouderling in de Evangelisch-Lutherse gemeente van Groningen.
Heinrich Hermann Freytag trouwde op 6 oktober 1793 met Hiskia Hornemann (Leer 1765 - Groningen, 1817).[6] Zij was de weduwe van de kastelein Friedrich Andreas Wustenhöffer (?-1792).[7]) Hij en Freytag kenden elkaar van de Lutherse kerk in Groningen.[8] Van de negen kinderen van Freytag en Hornemann bereikten er vijf de volwassen leeftijd. Twee van hen kwamen in de orgelmakerij terecht.
Er zijn met zekerheid vijf werknemers van Freytag en Snitger te traceren in de archieven: J.H. Klambeck, 'Paul', 'Daniel' en de bekendere Matthias Martin (1760-1826) en Johannes Wilhelmus Timpe (1770-1837). De laatstgenoemde maakte in 1806 de overstap van de firma Lohman naar Freytag.
Freytag stierf op 14 april 1811 en werd op 19 april begraven in de Lutherse kerk van Groningen. Zijn laatste orgels werden voltooid door Martin en Timpe, die daarna zijn eigen orgelmakerij begon. Freytags weduwe Hiskia Hornemann zette het bedrijf voort met haar knechten.[2] De zonen Herman Eberhard Freytag (1796-1869) en Barthold Joachim Freytag (1799-1829) namen de firma in 1817 over. Zij hielden zich voornamelijk bezig met onderhoudswerk en kleinere projecten.
Orgels
[bewerken | brontekst bewerken]Van de orgels in de volgende kerken is bekend dat Freytag ze heeft gebouwd (nieuwbouw en ombouw). In sommige gevallen staat in de laatste kolom aangegeven met wie hij heeft samengewerkt:
jaar | plaats | kerk | afbeelding | manualen | registers | opmerkingen |
---|---|---|---|---|---|---|
1785 | Groningen | Doopsgezinde kerk | I/p | 8 | nieuwbouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger; in 1816 vervangen door een nieuw orgel van Johannes Wilhelmus Timpe | |
1785–1786 | Godlinze | Pancratiuskerk | verbouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1786 | Kampen | Buitenkerk | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1786 | Zwolle | Evangelisch Lutherse Kerk | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1787 en 1805 | Zwolle | Grote of Sint-Michaëlskerk | III/P | 64 | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger /reparatie, H.H. Freytag | |
1788 | Meeden | Kerk van Meeden | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1788–1789 | Kampen | Bovenkerk | III/P | 46 | uitbreiding met pedaal en borstwerk, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1791 | Sappemeer | Doopsgezinde kerk | plaatsing bestaand kabinetorgel, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1790–1792 | 't Zandt | Kerk van 't Zandt | II/p | 12 | ombouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1790–1792 | Bierum | Sebastiaankerk | I/p | 10 | nieuwbouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1792 | Kampen | Waalse Kerk | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1792–1793 | Zuidhorn | Kerk van Zuidhorn | I/p | 12 | nieuwbouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1793 | Ezinge | Kerk van Ezinge | I/p | plaatsing oud orgel, H.H. Freytag en F.C. Snitger | ||
1793 | Groningen | Martinikerk | III/P | 47 | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1793 | Roden | Catharinakerk | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1794 | Leens | Petruskerk | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
1793–1795 | Zuidbroek | Petruskerk | II/P | 28 | nieuwbouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1796 | Uithuizermeeden | Mariakerk | reparatie, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |||
omstreeks 1796 | Weener | Organeum | I | 5 | secretaire-orgel, H.H. Freytag en F.C. Snitger. Gebouwd in Groningen voor onbekende opdrachtgever | |
1796–1798 | Bellingwolde | Magnuskerk | II/p | 17 | nieuwbouw, H.H. Freytag en F.C. Snitger | |
1798–1799 | Enkhuizen | Zuiderkerk | II/P | 20 | nieuwbouw rugwerk, ombouw hoofdwerk, H.H. Freytag | |
omstreeks 1800 | Lellens | Kerk van Lellens | kabinet-orgel, H.H. Freytag. Gebouwd voor onbekende opdrachtgever | |||
1802 | Noordwolde | Kerk van Noordwolde | II/P | 18 | ombouw, H.H. Freytag | |
1802 | Nieuw-Scheemda | Kerk van Nieuw-Scheemda | reparatie, H.H. Freytag | |||
1803 | Groningen | Pelstergasthuiskerk | reparatie, H.H. Freytag | |||
1803-1804 | Loppersum | Petrus en Pauluskerk | II/p | 20 | ombouw, H.H. Freytag | |
1804 | Anloo | Magnuskerk | I | 6 | kabinet-orgel, H.H. Freytag. Gebouwd voor onbekende opdrachtgever | |
1805 | Bolsward | Martinikerk | II/P | 34 | reparatie, H.H. Freytag | |
1805 | Doesburg | Martinikerk | I | 6 | kabinet-orgel, H.H. Freytag. Gebouwd voor onbekende opdrachtgever | |
1806–1808 | Finsterwolde | Kerk van Finsterwolde | I/p | 15 | nieuwbouw, H.H. Freytag | |
1806–1808 | Noordbroek | Kerk van Noordbroek | II/P | 24 | ombouw, H.H. Freytag | |
1807–1808 | Vollenhove | Sint-Nicolaaskerk | ombouw, H.H. Freytag | |||
1808 | Rotterdam | Oosterkerk | reparatie, H.H. Freytag | |||
1809 | Eenum | Kerk van Eenum | I/p | 10 | uitbreiding met aangehangen pedaal, H.H. Freytag | |
1805–1810 | Rotterdam | Grote of Sint-Laurenskerk | ombouw, H.H. Freytag | |||
1809–1810 | Bolsward | Doopsgezinde kerk | I/p | 11 | nieuwbouw, H.H. Freytag | |
1809–1811 | Oostwold | Kerk van Oostwold | II/p | 18 | nieuwbouw, H.H. Freytag, na diens dood voltooid o.l.v. Matthias Martin → Freytag-orgel van Oostwold | |
1810–1811 | Appingedam | Nicolaïkerk | II/p | 20 | reparatie, H.H. Freytag | |
1810–1812 | Warffum | Kerk van Warffum | II/P | 24 | nieuwbouw, H.H. Freytag, na diens dood voltooid o.l.v. J.W. Timpe |
- Dr. Arend Jan Gierveld - Het Nederlandse huisorgel in de 17de en 18de eeuw, 1977
- Jan Jongepier - Het orgel, 1990
- drs. L.B.Smit - Frans Casper Snitger en Heinrich Hermann Freytag en de (Noord-)Nederlandse markt voor kerkorgels rond 1800 (doctoraalscriptie RuG 2003)
Noten
- ↑ Aangegeven lijken, Kerkelijke gemeente - Groningen: overlijdensinschrijving[dode link]
- ↑ a b Gazette de Groningue (= Groninger Courant) d.d. 16 april 1811 overlijdensbericht, tevens aankondiging dat het bedrijf werd voortgezet door zijn vrouw
- ↑ Freytag deelde zijn compagnonschap met Snitger mee in onder meer de Groninger Courant [1]
- ↑ Eind 1805 zag hij zich genoodzaakt een advertentie te plaatsen, waarin hij meedeelde, ondanks zijn opdrachten in Rotterdam, niet van plan te zijn uit Groningen te verhuizen, zoals een concurrent zou hebben beweerd (bron: Groninger courant d.d. 24 december 1805 overlijdensinschrijving)
- ↑ Gierveld vermeldt dat hij in 1794 lid werd van het herbergiersgilde, dat hij getrouwd was met de weduwe van een gildebroeder en dat hij woonde aan de Grote Markt in de Droeve (=de Druif) - bron: Gierveld 1977:123
- ↑ Ondertrouwboek Groningen 1792-1798 huwelijksinschrijving[dode link]
- ↑ Breukdodenboek, Kerkelijke gemeente - Groningen[dode link]
- ↑ Beiden vervulden kerkelijke ambten, ook Wustenhöffer was ouderling van de Evangelisch-Lutherse Gemeente van Groningen [2]