Regering-Michel I: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Herschikkingen: details die er hier niet toe doen
Geen bewerkingssamenvatting
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
Regel 82: Regel 82:
De Belgische regering bestaat uit 14 ministers (13 + 1 eerste minister) en 4 staatssecretarissen. Het kernkabinet telt 4 vicepremiers: elke coalitiepartner heeft één afgevaardigde.<ref>[http://www.standaard.be/cnt/dmf20141007_01307667 Wie is wie in de regering Michel I], De Standaard, 10 oktober 2014</ref>
De Belgische regering bestaat uit 14 ministers (13 + 1 eerste minister) en 4 staatssecretarissen. Het kernkabinet telt 4 vicepremiers: elke coalitiepartner heeft één afgevaardigde.<ref>[http://www.standaard.be/cnt/dmf20141007_01307667 Wie is wie in de regering Michel I], De Standaard, 10 oktober 2014</ref>


de belgische regering is een domme
=== Oorspronkelijke samenstelling ===
In de tabel hieronder staat de oorspronkelijke samenstelling van de regering, zoals ze werd aangesteld op 11 oktober 2014.


{| class="wikitable"
{| class="wikitable"

Versie van 27 apr 2017 09:08

Regering-Michel
Regering-Michel I
Coalitie N-VA
MR
CD&V
Open Vld
Zetels Kamer 85 op 150
Premier Charles Michel
Aantreden 11 oktober 2014
Voorganger Di Rupo
Portaal  Portaalicoon   België

De regering-Michel is de Belgische federale regering die na de federale verkiezingen van 25 mei 2014 gevormd is en op 11 oktober 2014 beëdigd werd.[1] De regering is een nooit eerder vertoonde coalitie van liberalen, christendemocraten en Vlaams-nationalisten. Het is bovendien de eerste federale regering zonder deelname van de Franstalige socialisten in ruim 25 jaar.

De MR is als enige Franstalige partij lid van de regering, met daartegenover aan Vlaamse zijde de N-VA, CD&V en Open Vld. Dezelfde Vlaamse partijen vormden enkele weken voordien samen ook de Vlaamse regering-Bourgeois.

MR-politicus Charles Michel volgt PS'er Elio Di Rupo op als eerste minister.

In de media wordt deze samenstelling ook de Zweedse coalitie genoemd. Dit verwijst naar de Zweedse vlag, waarbij de blauwe achtergrond staat voor de liberalen van MR en Open Vld, het geel voor de Vlaams-nationalisten van N-VA en het kruis voor de christendemocraten van CD&V. Ook de term kamikazeregering wordt soms gebruikt. Men refereert daarbij aan de deelname van de MR, die als enige Franstalige partij deel uitmaakt van de coalitie, terwijl ze bij de verkiezingen 'slechts' 25% van de Franstalige kiezers kon overtuigen. Critici beschouwen hun deelname als politieke zelfmoord. Aangezien de grondwet voorziet in taalpariteit, waarbij Franstaligen en Vlamingen elk op de helft van de ministerposten kunnen rekenen, krijgt de MR de helft van de ministerposten.[2][3]

Formatie

Zetelverdeling Kamer 25 mei 2014
33
18
14
20
13
6
3
2
2
23
6
9
1
33 18 14 20 13 23 
De 150 zetels zijn als volgt verdeeld:
Zie Regeringsformaties België 2014 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Al van voor de verkiezingen was duidelijk dat de N-VA in zee wou gaan met de liberalen en christendemocraten. Nadat dit ook mogelijk werd na de verkiezingen, werden de onderhandelingen tussen deze partijen opgestart, zowel op Vlaams niveau (N-VA, CD&V en Open Vld) als op federaal niveau (dezelfde partners en de Franstalige partijen MR en cdH). De Franstalige christendemocratische partij cdH haakte na enige tijd echter af. De overige partijen onderhandelden daarna zonder het cdH verder, waardoor de MR als enige Franstalige partij in de onderhandelingen bleef. De MR mocht uiteindelijk de premier leveren, nadat CD&V haar kandidaat, Kris Peeters, terugtrok om een Europees Commissaris, Marianne Thyssen, te kunnen leveren.

Op 7 oktober 2014 raakte rond 19 uur bekend dat MR, N-VA, CD&V en Open Vld na een marathonvergadering van meer dan 28 uur, een finaal regeerakkoord hadden bereikt.[4] De volgende dag, op 8 oktober 2014 zaten de partijvoorzitters De Wever (N-VA), Michel (MR), Beke (CD&V) en Rutten (Open Vld) opnieuw in marathonvergadering samen voor een derde en laatste lezing van het regeerakkoord. De bedoeling was om ook de ministerportefeuilles te verdelen, maar hierover bereikten ze geen akkoord.

De partijcongressen van alle partijen werden georganiseerd op 9 oktober 2014. Uiteindelijk keurde MR de regeringsdeelname als eerste unaniem goed, gevolgd door Open Vld, CD&V en N-VA.[5] Bij alle partijen, uitgezonderd Open Vld, was er een zekere twijfel of de meerderheid voor zou stemmen:

  • bij MR omdat het de enige deelnemende partij is aan Franstalige kant;
  • bij CD&V omdat de relatie met de sociale partners onder grote druk stond;
  • bij N-VA omdat er een tweederdemeerderheid nodig is van de leden voor een federale regeringsdeelname en omdat er geen communautaire eisen in het akkoord staan.

Alle partijcongressen gaven uiteindelijk met overtuiging hun fiat voor een regeringsdeelname. Bij CD&V waren er een aantal onthoudingen en 12 op 700 tegenstemmen. Op de plaatsen waar het congres van CD&V en MR doorging, protesteerde de christelijke vakbond tegen de plannen van de nieuwe regering.[5]

De uiteindelijke eedaflegging bij de koning gebeurde op 11 oktober 2014, waardoor de totale formatie in theorie 139 dagen duurde.

Na een lang debat over de regeringsverklaring kreeg op 16 oktober 2014 de regering het vertrouwen van het parlement met 84 stemmen voor, 58 tegen en 1 onthouding (van Aldo Carcaci van de Parti Populaire).[6]

Verloop van de regeerperiode

Regeerakkoord

Bij de voorstelling van het regeerakkoord verklaarde de centrumrechtse regering dat ze de focus wil leggen op sociaal-economisch herstel om de sociale welvaart veilig te stellen. Ze wil de concurrentiepositie van de Belgische bedrijven verbeteren, nieuwe banen scheppen, de loonkostenhandicap wegwerken en de koopkracht van de burgers en de pensioenen veilig stellen. Om dat te bereiken kondigde de regering zware besparingen aan op het overheidsapparaat en een belastingverschuiving of taxshift. Er kwam ook een indexsprong.

Ondanks de regeringsdeelname van de Vlaams-nationalistische N-VA werden de communautaire dossiers voor vijf jaar in de koelkast gestopt om voorrang te geven aan sociaal-economische maatregelen.

Protest

Al snel na het aantreden van de regering ontstond er protest tegen de besparingsmaatregelen. Er kwamen onder meer een nationale betoging, provinciale stakingen en een nationale staking. In de media werd hiernaar verwezen met de term "hete herfst".[7]

Op 6 november 2014 trokken meer dan honderdduizend betogers door de straten van Brussel in een betoging die gevolgd werd door zware rellen.[8]

Begrotingscrisis 2016

In oktober 2016 belandde de regering in een crisis toen de besprekingen over de begroting en enkele grote hervormingen vastliepen. CD&V had een meerwaardebelasting op aandelen op tafel gelegd en wilde die gelijktijdig uitgevoerd zien worden met de verlaging van de vennootschapsbelasting, waar N-VA op inzette. Toen de nachtelijke onderhandelingen op niets uitdraaiden werd de beleidsverklaring van premier Michel, die hij op dinsdag 11 oktober 2016 in de Kamer van Volksvertegenwoordigers had moeten geven, uitgesteld.[9] Op vrijdag 14 oktober 2016 werd beslist om beide dossiers verder te laten bekijken door een werkgroep, waardoor de begroting toch tijdig bij Europa kon worden ingediend en de premier op zondag 16 oktober zijn beleidsverklaring kon voorlezen.

Samenstelling

De Belgische regering bestaat uit 14 ministers (13 + 1 eerste minister) en 4 staatssecretarissen. Het kernkabinet telt 4 vicepremiers: elke coalitiepartner heeft één afgevaardigde.[10]

de belgische regering is een domme

Functie en bevoegdheden Naam Partij
Eerste Minister
Algemeen beleid en voorzitter van het kernkabinet en de ministerraad
Charles Michel MR
Vicepremier en minister
Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel
Kris Peeters CD&V
Vicepremier en minister
Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met Grote Steden en de Regie der gebouwen
Jan Jambon N-VA
Vicepremier en minister
Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post
Alexander De Croo Open Vld
Vicepremier en minister
Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
Didier Reynders MR
Minister
Begroting, belast met de Nationale Loterij
Hervé Jamar MR
Minister
Justitie
Koen Geens CD&V
Minister
Sociale Zaken en Volksgezondheid
Maggie De Block Open Vld
Minister
Pensioenen
Daniel Bacquelaine MR
Minister
Financiën
Johan Van Overtveldt N-VA
Minister
Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie
Willy Borsus MR
Minister
Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling
Marie-Christine Marghem MR
Minister
Defensie, belast met Ambtenarenzaken
Steven Vandeput N-VA
Minister
Mobiliteit, belast met Belgocontrol en de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
Jacqueline Galant MR
Staatssecretaris (toegevoegd aan de minister belast met Buitenlandse Handel)
Buitenlandse Handel
Pieter De Crem CD&V
Staatssecretaris (toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid)
Bestrijding van de sociale fraude, Privacy en Noordzee
Bart Tommelein Open Vld
Staatssecretaris (toegevoegd aan de minister van Financiën)
Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met beperking, Bestrijding van fiscale fraude en Wetenschapsbeleid
Elke Sleurs N-VA
Staatssecretaris (toegevoegd aan de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken)
Asiel en Migratie, belast met Administratieve Vereenvoudiging
Theo Francken N-VA

Herschikkingen

  • Op 21 mei 2015 kreeg Johan Van Overtveldt (N-VA) er de bevoegdheid van Bestrijding van de fiscale fraude bij. Die werd uit het pakket van staatssecretaris Elke Sleurs (N-VA) gehaald.[11] Elke Sleurs kreeg wel de bevoegdheid van Grootstedenbeleid van Jan Jambon.[11]
  • Op 22 september 2015 verliet minister Hervé Jamar (MR) de regering om gouverneur van de provincie Luik te worden.[12] Jamar werd opgevolgd door Sophie Wilmès (MR), Kamerlid en schepen in Sint-Genesius-Rode.
  • Ministers Jan Jambon (N-VA) en Koen Geens (CD&V) boden hun ontslag aan na de aanslagen op de luchthaven van Zaventem en op de metro van Brussel op 22 maart 2016. Hun ontslag werd geweigerd door premier Charles Michel.
  • Op 15 april 2016 nam Jacqueline Galant (MR) ontslag als minister, nadat ze onder vuur kwam te liggen over haar beleid inzake de veiligheid in de Belgische luchthavens.[13] Op 17 april 2016 werd François Bellot (MR) benoemd tot haar opvolger.[14]
  • Op 29 april 2016 raakte bekend dat Bart Tommelein (Open Vld) minister zou worden in de Vlaamse regering-Bourgeois. Europees Parlementslid Philippe De Backer (Open Vld) werd aangeduid om Tommelein op te volgen.
  • Op 20 februari 2017 nam Elke Sleurs (N-VA) ontslag als staatssecretaris om zich voltijds op het lijsttrekkerschap in Gent voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 te concentreren.[15] Op 24 februari 2017 volgde Zuhal Demir haar op.

Centrale functies

Tijdens de onderhandelingen moesten er naast de ministerportefeuilles ook andere kernfuncties worden uitgedeeld. Het voorzitterschap van Kamer en Senaat werden tijdens de regeringsonderhandelingen tijdelijk waargenomen door respectievelijk Patrick Dewael van Open Vld en Sabine de Bethune van CD&V. Voor het Europees niveau werd beslist om Marianne Thyssen af te vaardigen als Europees Commissaris voor België.

Mandaat Naam Partij
Vlag van Europa Europees commissaris
bevoegd voor Werk en Sociale Zaken (Commissie-Juncker)
Marianne Thyssen CD&V
Vlag van België Voorzitter
Kamer van Volksvertegenwoordigers
Siegfried Bracke N-VA
Vlag van België Voorzitter
Senaat
Christine Defraigne MR

Externe link