Gebruiker:Happytravels/Kladblok3

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Chronologie[bewerken | brontekst bewerken]

1533–1549[bewerken | brontekst bewerken]

1550–1559[bewerken | brontekst bewerken]

  • 8 juli 1551: de prins van Oranje huwt Anna van Egmont, gravin van Buren. Door dit huwelijk krijgt hij grotere belangen in de Nederlanden.
  • 29 maart 1552: Willem wordt ingehuldigd als baron van Breda.
  • 1552–1555: hij dient als overste in het leger van keizer Karel V.
  • 25 oktober 1555: Karel V doet afstand van de troon. Zijn zoon Filips volgt hem op als heer der Nederlanden.
  • 24 maart 1558: Anna van Egmont, de eerste vrouw van prins Willem, overlijdt.
  • 1558-1559: Willem heeft een buitenechtelijke relatie met Eva Elincx waaruit een buitenechtelijke zoon Justinus van Nassau (later onder andere admiraal) voortkomt.
  • 1559: Willem wordt door Filips benoemd tot stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht.

1560–1569[bewerken | brontekst bewerken]

  • 25 augustus 1561: Willem huwt met Anna van Saksen.
  • 11 maart 1563: Willem richt samen met de graven van Horne en Egmont een scherpe brief aan Filips II.
  • augustus 1563 – maart 1564: prins Willem woont de vergaderingen van de Raad van State niet bij in verband met zijn protest tegen de godsdienstpolitiek van Filips II.
  • 13 maart 1564: Granvelle vertrekt uit het landsbestuur. Oranje bezoekt weer de vergaderingen van de Raad van State.
  • 31 december 1564: Oranje houdt een urenlange rede in de Raad van State over de godsdienstpolitiek, de inquisitie, de Plakkaten en de plaats van de Staten-Generaal. Hij doet publiekelijk de uitspraak: Ik kan niet goedkeuren dat vorsten over de gewetens heersen.
  • 18 januari 1565: Egmont is in Madrid om verzachting van het beleid te vragen. Filips wijst dit af.
  • juli 1565: een graantekort dreigt in de Nederlanden. Er is maatschappelijke onrust.
  • 20 oktober 1565: de Brieven van Segovia komen aan in de Nederlanden. Elke vorm van versoepeling van het ingezette beleid wordt radicaal afgewezen.
  • 24 december 1565: oprichting van het Verbond der Edelen onder leiding van Lodewijk van Nassau en Hendrik van Brederode.
  • 23 januari 1566: Willem van Oranje verdedigt in een brief aan Margaretha van Parma een vorm van godsdienstige tolerantie. Protestanten zouden vrijheid van godsdienst moeten hebben.
  • 5 april 1566: het Verbond der Edelen biedt een smeekschrift aan de landvoogdes aan. Haar raadgever Berlaymont typeert de edelen als gueux (bedelaars). Hieruit ontstaat later de naam geuzen.
  • 13 juli 1566: Willem van Oranje bezoekt het onrustige Antwerpen. Hij weet de rust te herstellen, mede door de protestanten een zekere vorm van godsdienstvrijheid toe te staan. Oranje heeft hier de eerste ontmoetingen met de calvinisten.
  • 10 augustus 1566: in Vlaanderen begint de Beeldenstorm. Oranje had dit verwacht en hoopt erop dat Filips nu aan de wensen van het volk zal toegeven. De Beeldenstorm houdt aan tot 21 augustus.
  • 3 oktober 1566: Oranje heeft een onderhoud met Egmont en Horne. Hij merkt dat beide heren zich niet sterk willen maken tegen Filips II.
  • 15 april 1567: Willem vertrekt uit Breda naar Duitsland (Dillenburg). Maximiliaan van Hénin-Liétard wordt Willems opvolger als stadhouder.
  • 22 augustus 1567: Alva komt aan in Brussel. Hij is de nieuwe landvoogd.
  • september 1567: de Raad van Beroerten wordt ingesteld. Egmont en Horne worden gevangengezet.
  • 16 december 1567: de Raad van Beroerten besluit tot vervolging van Willem van Oranje.
  • januari 1568: Willem wordt openbaar gedagvaard voor zijn aandeel in de onlusten van 1566. Zijn bezittingen in de Nederlanden worden verbeurdverklaard.
  • 14 februari 1568: Willems oudste zoon Filips Willem wordt opgepakt en naar Spanje overgebracht voor een opvoeding aan het Hof.
  • 4 maart 1568: Willem antwoordt officieel op de dagvaarding met La justification du prince d'Oranges, maar besluit naar de wapens te grijpen en doet "als Luthers geloofsgenoot" beroep op de Duitse vorsten. Ook met agenten van koningin Elizabeth van Engeland in de Nederlanden heeft hij reeds vroeger in het geheim onderhandeld.
  • Voorjaar 1568: Oranje heeft zich in betrekking gesteld met de Watergeuzen en aan Sonoy en anderen commissie verstrekt om aan de Eemsmonding en op de kust graaf Lodewijk te ondersteunen met een actie.
  • April 1568: mislukte aanslag op Alva bij Groenendaal.
  • 25 april 1568: Villiers lijdt een eerste nederlaag in de slag bij Dalheim.
  • Eind april 1568: Lodewijk van Nassau dringt met omstreeks 6000 man Duitse en Waalse huurlingen en emigranten Groningerland binnen. Hij wordt voor Groningen opgehouden.
  • 23 mei 1568: Lodewijk biedt met succes slag bij Heiligerlee tegen het leger van Vlaanderen onder Arenberg, die sneuvelt. Broer Adolf sneuvelt eveneens.
  • 28 mei 1568: Alva laat het paleis van Kuilemberg (Culemborg), waar het verbond der Edelen gesloten was, tot op de grond afbreken. Hij besluit tevens tot een strafexpeditie naar het noorden, na bekentenissen van Villiers die het netwerk van de prins aan het licht brengen.
  • 1 juni 1568: eerste terechtstelling van edelen in Brussel.
  • 2 juni 1568: terechtstelling van Villiers en van Straelen.
  • 5 juni 1568: Egmont en Horne onthoofd te Brussel.
  • 21 juni 1568: in de Slag bij Jemmingen verslaat Alva Lodewijk van Nassau, die ternauwernood al zwemmend ontkomt.
  • 28 augustus 1568: Alva vestigt zijn hoofdkwartier ten westen van Maastricht.
  • 31 augustus 1568: Willem van Oranje verzamelt een legermacht van 25.000 man in Rommersdorf en rukt op naar Overmaas
  • 20 oktober 1568: Willem van Oranje verliest de Slag bij Geldenaken.
  • 22-23 oktober 1568: Alvorens de Maas over te steken, verklaart Oranje zich de verdediger van ‘de vrijheid des vaderlands’. Met een samenraapsel van iets meer dan 25.000 man aan Duitse soldeniers, Franse hugenoten, Vlaamse en Waalse Calvinisten als leger verliest hij de slag om Brabant.
  • 5 november 1568: na het vernemen van de nederlaag van een hugenotenleger onder Genlis besluit Willem van Oranje de aftocht te blazen via Henegouwen.
  • 17 november 1568: Oranjes ontredderde leger steekt plunderend en rovend de Franse grens over om zich met de hugenoten in Frankrijk te verenigen.
  • November 1568: een Frans leger betwist hun de doortocht. Ten einde raad voert Oranje zijn leger door Champagne en Lotharingen naar Straatsburg, waar hij het ontbindt.
  • Eind 1568: met een twaalfhonderdtal ruiters die zich bereid verklaren hem te volgen, trekt hij vergezeld van zijn broers Lodewijk en Hendrik westwaarts richting Gascogne om zich daar bij de strijdende hugenoten te voegen.
  • Alva stuurt Mansfeld met 1500 ruiters om de koning van Frankrijk bij te staan in zijn strijd tegen de hugenoten.
  • 1568-1571: prins Willem probeert regelmatig slag te leveren met Alva en de Spanjaarden. Alva heeft echter nadrukkelijk de overhand. Steun van elders blijft uit. Ook ontstaat er geen volksopstand in de Nederlanden. De onderdrukkingspolitiek van Alva lijkt succesvol.
  • Juni 1569: de prins verenigt zich bij Limoges met de hugenoten onder admiraal de Coligny die met moeite in Gascogne stand houdt.
  • September 1569: de prins geeft Adriaan van Bergen commissie als admiraal van de watergeuzen.
  • Oktober 1569: nieuwe nederlaag der hugenoten bij Montcontour en bijna gelijktijdige vlucht van Oranje naar Dillenburg.

1570–1579[bewerken | brontekst bewerken]

Willem van Oranje, Gebrandschilderd Glas 25 in de Sint-Janskerk in Gouda: "Het ontzet van Leiden"
  • 1570: ontevredenheid in de Nederlanden wordt aangewakkerd via geheime contacten met Oranje. In Spiers richten uitgewekenen zich tot de Rijksdag voor steun van de keizer.
  • 8 februari 1570: Sonoy, die de geheime betrekkingen met Holland en het Sticht leidt, ontvangt een commissie van Oranje voor contributies. Ook met de watergeuzen onderhoudt de prins verder geheime contacten, met zijn broer Lodewijk als tussenpersoon.
  • 5 augustus 1570: door de Vrede van Saint-Germain krijgt de prins zijn erfgoed in Orange terug.
  • Winter 1570-71: dat Willem Filips van Marnix van Sint-Aldegonde definitief in dienst neemt wekt vertrouwen van de calvinisten in hem en maakt samenwerking tussen rekkelijken en preciezen onder de uitgewekenen mogelijk.
  • 1 april 1572: de watergeuzen veroveren Den Briel. Aanhangers van Oranje in de Hollandse en andere steden zijn nog weinig talrijk, maar de Geuzenopstand begint. Op 6 april verklaart Vlissingen zich voor de prins, nadat daar aanzienlijke benden Engelse vrijwilligers aanmeerden. Op 1 mei volgt Terneuzen, op 21 mei, evenwel tegen de zin van de stedelijke regenten, Enkhuizen. Begin juli hebben 26 steden zich voor de prins verklaard. In het najaar van 1572 zijn in Holland en Zeeland alleen Amsterdam, Middelburg en Goes nog in Spaanse handen. Alle andere delen van Holland en Zeeland staan achter de prins.
  • 7 juni 1572: onder het geweld van de geuzen wijkt het Hof van Holland uit Den Haag naar Rotterdam, vervolgens naar Amsterdam. De eerst naar Leiden gevluchte Haagse Rekenkamer vlucht verder naar Utrecht met achterlating van haar archieven.
  • 7 juli 1572: Oranjes tweede invasie begint als hij met 24.000 man bij Duisburg de Rijn overtrekt. Enkele dagen later duikt de Franse edelman De Genlis met ongeveer 7500 hugenoten als versterking op in Henegouwen, maar verliest de Slag bij Saint-Ghislain.
  • 9 juli: Lumey en de Martelaren van Gorcum.
  • 15 juli 1572: mislukte poging tot Statenvergadering in den Haag.
  • 19 juli 1572: onwettige vergadering van de Staten in Dordrecht omdat het in Den Haag niet meer lukte. De prins laat er zich vertegenwoordigen door Filips van Marnix van Sint-Aldegonde.
  • 20–23 juli 1572: Oranje erkend door de Statenvergadering als "gouverneur-generaal en luitenant van de koning over Holland, Zeeland, West-Friesland en het Sticht Utrecht". Land- en zeemacht van Holland worden onder zijn bestuur gesteld met Lumey als zijn vertegenwoordiger en plaatsvervanger.
  • 23 juli 1572: Inname van Roermond door Oranje.
  • 31 juli 1572: aansluiting van Bommel bij het opstandige Holland.
  • Augustus 1572: nieuwe leden van de Rekenkamer aangewezen evenals rentmeesters, ontvangers en drie oorlogscommissarissen, nominatie samengesteld voor nieuwe leden van het Hof van Holland, waaruit de prins zou kiezen en dat te Delft vergaderde.
  • 27 augustus 1572: het plunderend leger van Oranje steekt de Maas over naar Brabant, waar Tienen en Diest de poorten openen, maar Leuven en Brussel hem halsstarrig de toegang weigeren. Brabant en Vlaanderen zijn niet tot hulp aan de opstand bereid, maar zijn troepen vallen Dendermonde en Oudenaarde binnen.
  • September 1572: Oranje begeeft zich naar Henegouwen ter hulp van Lodewijk die de belegering van Bergen niet kan volhouden tegenover Alva. Juliano Romero overvalt in een camisada het nachtelijk kamp van de prins, die ternauwernood ontsnapt. Hij keert terug naar Brabant en geeft het ontzet van Bergen op.
  • Eind september 1572: de moedeloze prins keert van Mechelen met zijn onbetaalde, plunderende, muitende benden naar de Maas af en ontbindt zijn leger te Roermond.
  • 20 oktober 1572: terugkomst prins, intocht in Enkhuizen.
  • 16 november 1572: inname van Zutphen door Alva.
  • 1 december 1572: inname van Naarden.
  • 11 december 1572: half jaar Beleg van Haarlem door Alva gaat in om Holland van Zeeland te scheiden.
  • 9 augustus 1573: Oranje zendt een brief aan de Staten ter aanmoediging van de opstand.
  • 8 oktober 1573: Alkmaar wordt ontzet.
  • oktober 1573: de prins gaat over tot het calvinisme.
  • 18 december 1573: Alva verlaat de Lage Landen. Zijn opvolger is Requesens.
  • december 1573: het Spaanse leger slaat het beleg rond Leiden.
  • Februari 1574: Oranjes derde invasie door Lodewijk van Nassau om de prins op diens verzoek uit zijn netelige positie in Holland te halen mislukt.
  • 19 februari 1574: Middelburg wordt door de watergeuzen genomen.
  • mei 1574: de Spaanse vloot wordt op de Zuiderzee door de watergeuzen verslagen.
  • voorjaar 1574: Zeeland, Bommel en Buren sluiten zich door een verbond bij Holland aan.
  • juni 1574: Requesens stelt het Algemeen Pardon voor, waar de prins met zijn medestanders en de predikanten van worden uitgesloten. Vooral het overwegend katholieke deel van de bevolking, dat krachtens het pardon op een genadige behandeling rekent, dringt daarna op onderhandelen aan.
  • 3 oktober 1574: Leiden wordt door de watergeuzen, onder leiding van admiraal Lodewijk van Boisot, ontzet.
  • oktober-november 1574: de prins legt in de Staten van Holland belangrijke verklaringen af over de voortgang van de Opstand en de voorwaarden voor vrede.
  • voorjaar 1575: er worden opnieuw ernstige onderhandelingen in Breda gestart, die de prins politiek aanzien verlenen. Rasseghem en Leoninus vertegenwoordigen de landvoogd. Ook een vertegenwoordiger van de keizer is aanwezig.
  • 12 juli 1575: prins Willem treedt in het huwelijk met Charlotte van Bourbon.
  • 8 november 1576: Pacificatie van Gent.
  • 18 september 1577: Oranje bemiddelt bij de spanningen en onrust in Antwerpen.
  • 22 september 1577: Oranje houdt een intocht in Brussel.
  • 4 januari 1578: de prins is in Gent.
  • 6 januari 1579: Unie van Atrecht.
  • 23 januari 1579: Unie van Utrecht.
  • 28 juli 1579: de prins legt tegenover de Staten-Generaal verantwoording van zijn handelen af.

1580–1584[bewerken | brontekst bewerken]

Praalgraf in de Nieuwe Kerk in Delft
  • 15 maart 1580: Alexander Farnese tekent de ban tegen de prins van Oranje.
  • 13 december 1580: Willem van Oranje biedt de Staten-Generaal zijn Apologie aan. Op 17 december 1580 geven de Staten toestemming de Apologie te laten drukken.
  • 5 juli 1581: de Staten van Holland en Zeeland erkennen de prins van Oranje als de Hoge Overheid.
  • 26 juli 1581: de Staten aanvaarden de Acte van Verlatinghe.
  • 18 maart 1582: Jean Jaureguy doet een vergeefse aanslag op het leven van de prins.
  • 12 april 1583: de prins huwt met Louise de Coligny.
  • 22 juli 1583: de prins moet Antwerpen verlaten.
  • november 1583: Vlaanderen is geheel in handen van Parma.
  • 29 januari 1584: Frederik Hendrik wordt geboren.
  • 10 juli 1584: de prins wordt door Balthasar Gerards vermoord. De lijkschouwing en balseming van de prins wordt uitgevoerd door zijn lijfarts en vriend Pieter van Foreest samen met Cornelis Busennius.
  • 3 augustus 1584: het lichaam van de prins wordt in het koor van de Nieuwe Kerk in Delft bijgezet in een tijdelijk grafmonument. Op een onbekend tijdstip is de kist met het lichaam van de prins in een kelder onder het koor bijgezet. Deze kelder is nu deel van de Koninklijke Grafkelders van de Oranjes onder en achter het tussen 1614 en 1623 gebouwde praalgraf van Willem van Oranje. Het hart van de prins blijkt bij de balseming apart te zijn gehouden. Het werd in een kleine loden doos teruggevonden onder de gisant.


  • De verwijzingen naar andere delen van het lemma, zoals in de aanhef: "Bij het kopje Geschiedenis is een technische tekening opgenomen van een machine uit het begin van de twintigste eeuw." is niet des Wikipedia.
  • "stukken klei ter grootte van een steen", maar hoe groot is dan een steen?
  • Er staat "uitgegroeid tot de snelste machine om baksteen te vormen". Er is een toegevoegde bron, maar waar staat dat? In die bron lees ik dan weer wel: "De meeste bakstenen worden tegenwoordig gemaakt volgens het strengpers procédé", wat ik dan weer in de aanhef mis. Waarom? Overigens lijkt mij dit wel een opmerking over alleen Nederlandse bakstenen, althans bedoeld voor Nederlandse stenen.
  • "maar bijvoorbeeld Strating in Oude Pekela heeft een productielijn die de strengen eerst opdeelt in stukken van ongeveer een meter" Momentopname, tekst dient tijdloos geschreven te zijn.
  • "Wienerberger AG, de grootste baksteenfabrikant ter wereld" Momentopname


  • Er staat: "Als bekroning van het volhouden werd Leiden uitgekozen om de eerste universiteit van de opstandelingen te krijgen." Als bron wordt gegeven Huizinga (1946), p. 13. Daar staat: "Neen, de Universiteit is niet de belooning geweest van Leiden's heldhaftigheid, wel de bekroning." Daarmee bedoelt Huizinga dus niet dat de universiteit aan Leiden werd gegeven omdat de Leidenaren het beleg weerstaan hadden, want anders was het wel degelijk een "beloning" geweest. En verderop schrijft Huizinga dat ook Middelburg als kandidaat is genoemd voor de vestiging van de eerste universiteit. Nergens geeft Huizinga een contemporaine bron dat Leiden zijn universiteit kreeg vanwege zijn heldhaftigheid bij het beleg. Ook burgemeester Orlers schrijft in 1641 niet dat Leiden de universiteit kreeg vanwege zijn betoonde dapperheid, maar wel: "om dat de Stadt Leyden, de bedroefde Borgheren ende Inwoonderen der selver, hare voorgeleden schaden ende interesten, de welcke sy door dese Belegeringhe gheleden hadden, eenichsints mochten verhalen ende te boven comen: ende de voornoemde Stede door den hongher ende Peste van volck ontblootet wesende, door desen middel eenichsints wederomme te bevolcken, ende dienvolgende de Neeringen te vermeerderen ende verbeteren, het Corpus deser Stede Privilegie ende Octroy verleent, om te mogen oprichten een Universiteyt, Academie ofte Hooge Schole"
  • Dan staat er: "Op 8 februari 1575 werd de Universiteit Leiden door de Staten van Holland en Zeeland gesticht, fictief uit naam van Filips II." Op 8 februari werd de universiteit ingewijd. Dus toen was hij er al. De stichtingsakte is van een latere datum, maar werd ondertekend met de datum van 6 januari 1575.
  • Er staat: "De Boshuyzerschans werd half juli gebouwd als een vooruitgeschoven post waaruit de stadsmuur beschoten kon worden." En verderop over de Boshuyzerschans: "Vanuit deze schans werd constant met musketten op de stad geschoten." Lijkt ietwat dubbel. Evenals: "De schans bij het galgenveld kwam pas gereed op 30 augustus na de uitval op de Boshuyzerschans." en twee alinea's verder: "Een grote uitval door de Leidenaren werd uitgevoerd op de schans bij Boshuysen."