Gebruiker:Kleon3/Kladblok/Edelsmeedkunst

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit artikel gaat over kunsthistorische aspecten van edelsmeedkunst; voor technische aspecten, zie Overzicht van historische edelsmeedtechnieken
Werkplaats van een goudsmid, 17e eeuw
Een hedendaagse edelsmid aan het werk

De edelsmeedkunst is een kunstvorm die wordt uitgeoefend door een edelsmid, ook wel goud- of zilversmid genoemd. Een edelsmid is een smid die is gespecialiseerd in het ontwerpen en vervaardigen van kunstvoorwerpen, sieraden en gebruiksvoorwerpen van edele metalen. Producten van edelsmeedkunst behoren tot het cultureel erfgoed, waarbij in sommige beschavingen een zeer hoog niveau van kunstzinnigheid werd bereikt.

Definities[bewerken | brontekst bewerken]

De term 'edel' in edelsmeedkunst is enerzijds een verwijzing naar de niet-corroderend (edele) metalen die verwerkt worden en anderzijds een verwijzing naar de verfijnde dimensie van kunstzinnigheid die aan deze vorm van smeedkunst verbonden is. Voorwerpen die tot de edelsmeedkunst gerekend worden zijn gemaakt van goud, zilver, platina, palladium of titanium (soms ook van niet-edele metalen als aluminium en roestvast staal) en vaak versierd met andere 'edele' materialen als email, ivoor, koraal, jade (mineraal) en edelstenen. Bronsgieten wordt soms tot de edelsmeedkunst gerekend, hoewel het strict genomen tot de beeldhouwkunst behoort, aangezien het creatieve proces voornamelijk in het vormen van de matrijs zit, niet in het bewerken van het metaal.

De termen goudsmid en zilversmid zeggen weinig over het materiaal waar de smid mee werkt. Een goudsmid maakt in principe sieraden en een zilversmid gebruiksvoorwerpen (zoals tafelzilver). Iemand die zilveren sieraden maakt, wordt dus in principe toch tot de goudsmeden gerekend. Omgekeerd kan een zilversmid gouden gebruiksvoorwerpen vervaardigen. Het onderscheid tussen beide beroepen is niet strict. Meestal worden slechts de werkstukken van goudsmeden tot de edelsmeedkunst gerekend, hoewel gestandaardiseerde sieraden als trouwringen en gouden kettingen daar weer buiten vallen. Relatief massaal geproduceerde artikelen als tafelzilver, kandelaars, tabaksdozen en liturgisch vaatwerk vallen daar eveneens buiten, tenzij deze zich door vormgeving en materiaalgebruik dusdanig onderscheiden, dat van een uniek of bijna uniek kunstwerk gesproken kan worden.

Overzicht edelsmeedkunst per cultuurperiode[bewerken | brontekst bewerken]

De edelsmeedkunst kent een lange geschiedenis. Al vanaf het moment dat de mens leerde bronsgieten en metaalbewerken, ontstond de behoefte om kunstvoorwerpen van (edel)metaal te creëren. In sommige gevallen behoorde de edelsmeedkunst tot de belangrijkste kunstuitingen binnen een cultuur. Voorbeelden daarvan zijn de bronzen kunstvoorwerpen uit de Chinese Shang-, Zhou en Han-dynastie, de gouden sieraden van de Kelten, de rijk versierde fibula, gespen en andere siervoorwerpen van Visigoten, Longobarden en andere vroeg-middeleeuwse beschavingen, en de romaanse reliekschrijnen en andere religieuze kunstvoorwerpen uit het Maas-Rijngebied.

Egyptische edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

Het boegbeeld van de oude Egyptische cultuur is zonder twijfel het gouden dodenmasker van farao Toetanchamon in het Egyptisch Museum in Caïro. De meeste Egyptische beelden zijn gehouwen in steen, maar er zijn ook, vooral kleinere beeldjes van goud, brons en andere metalen bekend. Een zeer fraai voorbeeld is het nauwelijks 18 cm hoge beeldje van goud, lapis lazuli en glas, gewijd aan farao Osorkon II (9e eeuw v. Chr.), met de beeltenissen van Osiris, Isis en Horus (thans in het Louvre).

Edelsmeedkunst in het Midden-Oosten[bewerken | brontekst bewerken]

Mesopotamië wordt vaak gezien als de bakermat van de menselijke beschaving. Uit 2400 v. Chr. dateert een bronzen votiefbeeldje van een kalf, thans in het Cincinnati Art Museum. Dit Sumerische beeldje geldt als één van de oudste voorbeelden van bronsgietkunst. Uit het huidige Turkije, toen onderdeel van het rijk der Hettieten, stamt het zilveren zegel van koning Tarkummuwa uit ca 1400 voor Chr., thans in het Walters Art Museum in Baltimore. Uit de 5e eeuw v. Chr. dateert de Perzische gouden drinkhoorn in de vorm van een leeuw in het Metropolitan Museum of Art in New York City. In hetzelfde museum bevindt zich een zilveren kom met gegraveerde afbeeldingen van vrouwenbustes uit de Sassanidische periode (ca 300 na Chr.)

Edelsmeedkunst in het Verre Oosten[bewerken | brontekst bewerken]

In China stond het bronsgieten in hoog aanzien. Bronzen Boeddha's, leeuwen en paarden, alsmede rijkversierde spiegels, klokken en ketels dateren uit vrijwel alle Chinese cultuurperioden, maar bereikten een hoogtepunt tijdens de Shang-, Zhou en Han-dynastieën (ca 1750 v. Chr.- 220 na Chr.). De bronzen cavaleriefiguurtjes uit de Han-dynastie (1e/2e eeuw v. Chr.) bevinden zich in het Henan Museum in Zhengzhou.

Uit Japan zijn vooral bekend de ceremoniële Samoeraiuitrustingen en -zwaarden, Boeddha-beelden en wierookvaten.

In India stond zowel het bronsgieten als het metaalbewerken op hoog niveau. Bekend zijn de bronzen en gouden beeldjes van Hindoe-goden. Een fraai exemplaar van Shiva en Uma bevindt zich in de Freer Gallery of Art in Washington DC. De zogenaamde Bimaran reliekhouder, een gouden doosje met relieken van Boeddha, waarschijnlijk daterend uit de 1e eeuw na Christus, werd rond 1835 gevonden door een Britse avonturier in Jalalabad (oostelijk Afghanistan) en bevindt zich thans in het British Museum.

Precolumbiaanse edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

De Sicán gouden bekers (9e-11e eeuw) in het Metropolitan Museum of Art in New York maakten ooit deel uit van een goudschat gevonden in Lambayeque, Peru. Het Museo Oro del Perú in Lima bezit eveneens een groot aantal precolumbiaanse gouden voorwerpen.

Edelsmeedkunst in prehistorisch Europa[bewerken | brontekst bewerken]

In Groot-Britannië zijn een groot aantal gouden voorwerpen uit de bronstijd gevonden.[1] De in Noord-Wales gevonden gouden cape dateert uit 1900-1600 v. Chr. en bevindt zich thans in het British Museum. De gouden Rillaton en Ringlemere bekers in hetzelfde museum dateren uit respectievelijk 2300 en 1700-1500 v. Chr. Uit de ijzertijd dateren een aantal massief gouden, Keltische torques (arm- of halsbanden). Bijzonder zijn ook de Keltische gouden helm uit de 4e eeuw v. Chr. die in de Franse Charente is gevonden. De zilveren ketel van Gundestrup in het Deens Nationaal Museum dateert uit de 1e of 2e eeuw v. Chr. De cultuswagen van Strettweg is een Keltische bronzen strijdwagen die gevonden werd in een Oostenrijks vorstengraf uit de Hallstatt-cultuur (7e eeuw v.Chr.). Het cultusobject lijkt enigszins op de zonnestrijdwagen van Trundholm, die echter veel ouder is (1400 v. Chr.).

Grieks-Romeinse edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

Het gouden masker van Agamemnon werd in 1876 door de beroemde archeoloog Heinrich Schliemann in Mycene gevonden. Het dodenmasker uit de Aegeïsche periode (16e eeuw v. Chr.) bevindt zich in het Nationaal Archeologisch Museum van Athene. Enkele jaren daarvoor, in 1873, had Schliemann al de Schat van Priamus opgegraven, merendeels bestaande uit gouden sier- en gebruiksvoorwerpen uit Troje. De bronzen van Riace zijn twee levensgrote bronzen beelden van krijgers uit de hoogtijdagen van de Griekse beeldhouwkunst, die in 1972 voor de Italiaanse kust werden opgedoken.

De Chimaera van Arezzo in het Museo archeologico nazionale di Firenze is een Etruskische bronzen anathema (wijgeschenk) in de vorm van een leeuw uit de 4e eeuw v.Chr., die in 1553 werd gevonden nabij de stad Arezzo (Toscane). De Hoxne Hoard, de grootste Romeinse goud- en zilverschat die ooit is aangetroffen, wordt bewaard in het British Museum in Londen. Onderdeel van de schat zijn gouden armbanden en andere sieraden, een zilveren beeldje van een springende tijgerin en drie verguld zilveren peperbussen in de vorm van een buste en dieren. De kantharos van Stevensweert is een zilveren beker van Greco-Romeinse oorsprong.

Byzantijnse edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

Het Pala d'Oro in de San Marcobasiliek in Venetië wordt gezien als een hoogtepunt van Byzantijnse edelsmeedkunst. Het impossante gouden altaarstuk uit 976 werd in de Vierde Kruistocht buitgemaakt. Van de Stefanskroon in het Hongaarse Parlement in Boedapest is alleen het onderste deel Byzantijns; het was waarschijnlijk in 1070 een geschenk van keizer Michael VII Dukas.

Islamitische edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

In het Topkapi Museum in Istanboel worden de zogenaamde zwaarden van Mohammed bewaard, die uit de late middeleeuwen dateren. Enkele belangrijke collecties met edelsmeedkunst uit onder andere Iran en Iraq bevinden zich in Amerika: de Freer Gallery of Art in Washington DC, de Cincinnati Art Gallery en het Huntington Museum of Art. In eerstgenoemd museum bevindt zich een messing schaal uit de 13e eeuw, waarin christelijke en islamitische motieven in ajour zijn uitgewerkt. Uit de 14e eeuw dateren de zogenaamde Bidri gebruiksvoorwerpen (kommen, kannen en dergelijk) uit Bidar (India).

Vroegmiddeleeuwse edelsmeedkunst in Europa[bewerken | brontekst bewerken]

Longobardische en Visigotische edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

De Longobarden zijn vooral bekend uit Noord-Italië, maar ook in Zwitserland en op de Balkan zijn siervoorwerpen van deze cultuur teruggevonden. In het Walters Art Museum in Baltimore bevindt zich een S-vormige fibula uit ca 600 die in Hongarije is gevonden. Het Agilulfokruis in de schatkamer van de dom van Monza dateert uit de 7e eeuw en is één van de oudste kruisen van het type gemmenkruis. In diezelfde kathedraal bevindt zich de IJzeren Kroon uit de 8e of 9e eeuw.

In Spanje bloeide de Visigotische cultuur in de vroege middeleeuwen. Kenmerkend zijn de kleurige bronzen gespen ingelegd met goud, glas en parelmoer, waarvan het Cleveland Museum of Art er enkele bezit, en de adelaarvormige fibulae met email cloisonné, onder andere in het Walters Art Museum. Bijzonder zijn ook de met edelstenen ingelegde gouden votiefkronen uit de 7e eeuw, waarvan exemplaren te zien zijn in Parijs en Madrid.

Angelsaksische en Noord-Europese edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

Sutton Hoo is de naam van een bekende archeologische opgravingssite in Engeland waar twee Angelsaksische begraafplaatsen zijn ontdekt met een groot aantal voorwerpen uit de 6e en 7e eeuw. De schat van Staffordshire bevatte een groot aantal gouden en zilveren gespen, fibulae en broches uit deze periode. Angelsaksische sieraden zijn enigszins vergelijkbaar met de merovingische. In het kasteel van Norwich wordt de fraaie Harford Farmbroche uit de 7e eeuw bewaard. De Tassilikelk uit ca 770-790 is een Angelsaksisch werkstuk, dat waarschijnlijk al kort na de totstandkoming in bezit kwam van de abdij van Kremsmünster (Oostenrijk).

De twee gouden Gallehus-hoorns, eertijds in het Deens Nationaal Museum, dateerden uit de 5e eeuw na Chr., maar werden in 1802 door een goudsmid gestolen en omgesmolten. Het museum bezit kopieën. In de schatkamer van de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek in Maastricht bevindt zich een Scandinavische drinkhoorn van oeros met ijzerbeslag uit de 10e eeuw.

Merovingische edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

De schat van Gourdon is een merovingische munt- en sieradenschat, die in 1845 werd ontdekt in het Franse Gourdon (Saône-et-Loire). De meest bijzonder voorwerpen uit de schat zijn een gouden kelk en schaal, die dienden om offergaven te brengen, en die zich thans in de Nationale bibliotheek van Frankrijk bevinden. De schijffibula van Rosmeer is een Merovingische gouden fibula uit de 6e of 7e eeuw die in 1969 in een Merovingisch grafveld in de Belgische plaats Rosmeer werd ontdekt. Het kostbare voorwerp bevindt zich in het Gallo-Romeins Museum van Tongeren. De fibula van Wijnaldum dateert uit het begin van de 7e eeuw en bevindt zich thans in het Fries Museum in Leeuwarden.

Karolingische edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

De gegoten bronzen hekken van de paltskapel van Karel de Grote, de huidige Dom van Aken, gelden als het belangrijkste product van het 9e-eeuwse Akense atelier van edelsmeedkunst, dat om die reden wordt aangeduid als het 'atelier van de bronzen hekken van de paltskapel'. Een ander product uit dit atelier is de deels gegoten, deels gesmeede Sleutel van Sint-Servaas in de Schatkamer Sint-Servaasbasiliek in Maastricht. Tot eind 18e eeuw bezat de kerk nog een ander belangrijk werkstuk uit de Akense werkplaatsen: de zilveren Eindhardsboog. Bekend is ook de Talisman van Karel de Grote uit de 9e eeuw in het Paleis van Tau in Reims.

Europese edelsmeedkunst tijdens de Hoge Middeleeuwen[bewerken | brontekst bewerken]

Ottoonse edelsmeedkunst[bewerken | brontekst bewerken]

Trier: Egbertatelier. Hildesheim De zogenaamde kroon van Karel de Grote dateert waarschijnlijk uit 962. Het 11e-eeuwse Welfenkruis maakte ooit deel uit van de zogenaamde Welfenschatz in de Dom van Braunschweig, maar bevindt zich al vele jaren in het Kunstgewerbemuseum in Berlijn.

Romaanse edelsmeedkunst: Maas-Rijnland[bewerken | brontekst bewerken]

In de hoge middeleeuwen bereikte de edelsmeedkunst in christelijk Europa een hoogtepunt. Met name het Maasland en het Rijnland waren in de 12e en 13e eeuw toonaangevend op dit gebied. De bronsgieter Reinier van Hoei slaagde er als één der eerste middeleeuwse kunstenaars in om vrijstaande beelden te creëren, die levensecht waren en vol expressie. Zijn doopvont in de Luikse Sint-Bartholomeüskerk is één van de hoogtepunten van Maaslandse kunstnijverheid. Andere, eveneens uit het prinsbisdom Luik afkomstige edelsmeden als Nicolaas van Verdun en Hugo d'Oignies bereikten een zeer hoog niveau met hun kunstig vervaardigde reliekhouders, boekomslagen, processiekruisen en andere kerkelijke siervoorwerpen, meestal vervaardigd van verguld koper of zilver en versierd met reliëfs, filigraanwerk, bruinvernis, niëllodecoraties, email champlevé, bergkristallen, edelstenen en (antieke) gemmen. Beroemde reliekschrijnen die in deze tijd tot stand kwamen zijn de Noodkist in Maastricht, het Onze-Lieve-Vrouweschrijn in Doornik, het Karelschrijn en het Mariaschrijn in Aken en het Driekoningenschrijn in Keulen.

In het Louvre in Parijs bevindt zich een rijkversierde 12e-eeuwse boekomslag, waarin ooit het zogenaamde Edenboek van de Maastrichtse Sint-Servaaskerk werd bewaard. De verguld bronzen Cappenberger Barbarossabuste is een portretbuste van keizer Frederik I Barbarossa en werd in 1165 in Aken vervaardigd.

Romaanse edelsmeedkunst: elders[bewerken | brontekst bewerken]

De met edelstenen versierde gouden kelk in het Paleis van Tau in Reims was ooit onderdeel van de kroonjuwelen van Frankrijk.

Europese edelsmeedkunst in de Late Middeleeuwen[bewerken | brontekst bewerken]

Gotische edelsmeedkunst: Nederlanden[bewerken | brontekst bewerken]

Gotische reliekschrijnen, monstransen en liturgisch vaatwerk. De Maaslandse edelsmeedkunst beleefde rond 1500 een nabloei met de productie van geelkoper (in het Frans dinanderie genoemd naar de Belgische stad Dinant), met onder andere de geelgieter Aert van Tricht. Een meesterwerk is het doopvont uit 1492 in de Sint-Janskathedraal in Den Bosch.

Gotische edelsmeedkunst: elders[bewerken | brontekst bewerken]

Edelsmeedkunst in de 16e eeuw[bewerken | brontekst bewerken]

Vanaf de renaissance lag de nadruk geleidelijk meer op het vervaardigen van sieraden, aanvankelijk enkel voor de welgestelden, later ook voor een breder publiek.

In het Kunsthistorisches Museum in Wenen bevindt zich een deels verguld, laat-16e-eeuws tafelstuk in de vorm van een galjoen, gemaakt door de zilversmid Joss Mayer in Ulm.

Edelsmeedkunst in de 17e eeuw[bewerken | brontekst bewerken]

In de Weense Schatkamer worden de Habsburgse kroonjuwelen bewaard, onder andere de Rudolfinische keizerskroon uit 1602 van de Antwerpse goudsmid Jan Vermeyen.

Edelsmeedkunst in de 18e eeuw[bewerken | brontekst bewerken]

De 18e eeuw was de bloeitijd van de zilversmeedkunst in Europa. Beroemd waren de Augsburger edelsmeden, die al vanaf de middeleeuwen een grote faam hadden en die in de 18e eeuw gouden en zilveren koffie-, thee- en chocoladeserviezen, soepterrines, schalen en kandelaars smeedden voor de rijken van Europa. In Nederland waren Amsterdam en Maastricht (Maastrichts zilver) de voornaamste centra; in België was dat Luik, waar naast tafelzilver ook sierwapens werden geproduceerd.

De gouden poort van het paleis in Bhaktapur, Nepal, is een indrukwekkend voorbeeld van Hindoe-edelsmeedkunst. De email cloisonné-techniek was in China al vele eeuwen bekend, maar bereikte tijdens de 18e-eeuwse Qing-dynastie opnieuw een hoogtepunt.

Edelsmeedkunst in de 16e eeuw[bewerken | brontekst bewerken]

In de late 19e en vroege 20e eeuw beleefde de kerkelijke edelsmeedkunst een nabloei. In België was de Gentse edelsmederij Bourdon toonaangevend; in Nederland was dat de Utrechtse edelsmidse Brom. De Utrechtse Fabriek van Zilverwerken, gevestigd te Utrecht en Zoetermeer, was gespecialiseerd in sieraden en niet-kerkelijke edelsmeedkunst. Uit dit bedrijf ontstond later Koninklijke Van Kempen & Begeer te Voorschoten.

Edelsmeedkunst in de 20e en 21e eeuw[bewerken | brontekst bewerken]

De neoclassicistische, zilveren urn werd in 1900 aangeboden aan admiraal George Dewey, uit dankbaarheid voor zijn diensten in de Spaans-Amerikaanse Oorlog van 1898.

Enkele bekende hedendaagse edelsmeden in België zijn Nedda El-Asmar, Siegfried De Buck, Karen Hendrix', Philippe Wolfers en Katrin Wouters. In Nederland kunnen genoemd worden Hans Appenzeller, Gijs Bakker, Francoise van den Bosch, Paul Derrez, Jan Kriege, Emmy van Leersum, Ted Noten, Anneke Schat en Truike Verdegaal.

Musea[bewerken | brontekst bewerken]

Belangrijke collecties middeleeuwse edelsmeedkunst bevinden zich in de schatkamers van eertijds belangrijke kerken, zoals de Sint-Servaasbasiliek in Maastricht, de Sint-Amelbergabasiliek in Susteren, de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Hoei en de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal in Doornik. Het Rijksmuseum in Amsterdam, het Museum Catharijneconvent in Utrecht, het Nederlands Zilvermuseum Schoonhoven, het Zilvermuseum Sterckshof in Deurne (bij Antwerpen), de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis in Brussel, het Musée de l'Orfèvrerie de la Communauté française in het Kasteel van Seneffe en het museum Grand Curtius in Luik bezitten eveneens belangrijke collecties gouden en zilveren kunstvoorwerpen. In het buitenland kunnen genoemd worden: de domschatkamers van Hildesheim, Quedlinburg, Minden, Essen, Keulen, Aken en Trier, het Kunstgewerbemuseum in Berlijn, het Germanisches Nationalmuseum in Neurenberg, het Musée national du Moyen Âge in Parijs, de Vaticaanse Musea in Vaticaanstad, het British Museum en het Victoria and Albert Museum in Londen, het Metropolitan Museum of Art in New York City, het Walters Art Museum in Baltimore, de Freer Gallery of Art in Washington DC en het Cleveland Museum of Art in Cleveland.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Bronnen, noten[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Metalwork van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.