Noors voetbalelftal (mannen)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Noorwegen
Vlag van Noorwegen
Kledingsponsor Nike
FIFA-ranglijst 47 Gedaald 1 (4 april 2024)
Hoogste ranking 2e (okt 1993, jul-aug 1995)
Laagste ranking 88e (juli 2017)
Associatie Norges Fotballforbund
Bondscoach Vlag van Noorwegen Ståle Solbakken
Stadion Ullevaalstadion
Meeste interlands John Arne Riise (110)
Topscorer Jørgen Juve (33)
Wedstrijden
Eerste interland:
Vlag van Zweden Zweden 11–3 Noorwegen Vlag van Noorwegen
(Göteborg, Zweden; 12 juli 1908)
Grootste overwinning:
Vlag van Noorwegen Noorwegen 12–0 Finland Vlag van Finland
(Bergen, Noorwegen; 28 juni 1946)
Grootste nederlaag:
Vlag van Denemarken Denemarken 12–0 Noorwegen Vlag van Noorwegen
(Kopenhagen, Denemarken; 7 oktober 1917)
Wereldkampioenschap
Optredens 3 (eerste keer: 1938)
Beste resultaat Achtste finale (1998)
Europees kampioenschap
Optredens 1 (eerste keer: 2000)
Beste resultaat Eerste ronde (2000)
Thuis
Uit

Het Noors voetbalelftal is een team van voetballers dat Noorwegen vertegenwoordigt in internationale wedstrijden en competities. Noorwegen haalde drie keer de eindronde van het Wereldkampioenschap en één keer op een Europees Kampioenschap. De hoogtijdagen waren de jaren negentig, toen de ploeg drie van die vier keer een eindronde haalde.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

1909 - 1938 Reuzendoder op de Olympische Spelen[bewerken | brontekst bewerken]

Noorwegen speelde op 12 juli 1908 zijn eerste internationale wedstrijd tegen Zweden, de Noren verloren met 11-3. In 1920 speelde Noorwegen zijn eerste internationale toernooi, de Olympische Spelen van 1920. In de eerste ronde werd titelhouder Groot-Brittannië verslagen, in de kwartfinale werd van Tsjecho-Slowakije verloren.

In 1936 nam Noorwegen deel aan de Olympische Spelen in Berlijn. Nadat Turkije in de eerste ronde werd verslagen, ontpopte Noorwegen zich als reuzendoder door het gastland met 2-0 te verstaan. Voor 55.000 toeschouwers onder wie de nazi-prominenten Adolf Hitler en Joseph Goebbels scoorde Magnar Isaksen beide doelpunten. In de halve finale werd van wereldkampioen Italië pas in de verlenging met 2-1 verloren. In de strijd om de derde plaats won Noorwegen met 3-2 van Polen, Arne Brustad scoorde alle Noorse doelpunten. Het was tot op heden de beste prestatie van het Noorse team.

In 1938 deed Noorwegen voor de eerste keer mee aan het WK, Ierland werd verslagen, 3-2 in Oslo, 3-3 in Dublin. In de achtste finale speelde het opnieuw tegen Italië. Opnieuw verloor Noorwegen met 2-1 na verlenging in Marseille, Brustad scoorde de gelijkmaker. Italië zou opnieuw de wereldtitel winnen, maar Noorwegen was het enige land dat de Italianen een verlenging afdwong.

1952 - 1990 Underdog met soms een uitschieter[bewerken | brontekst bewerken]

Bioscoopjournaal uit 1948. Voetbalwedstrijd Noorwegen - Nederland, eindstand 1-2.

Na de Tweede Wereldoorlog was Noorwegen een amateurland, dat zich niet wist te plaatsen voor internationale toernooien. Tot en met 1990 nam Noorwegen deel aan 17 kwalificatie-toernooien, waarvan het 13 keer als laatste in de groep eindigde of in de eerste kwalificatie-ronde werd uitgeschakeld. Tweemaal eindigde Noorwegen als tweede. Voor het WK in 1966 eindigde het onder Frankrijk maar boven Joegoslavië, voor het WK van 1978 was Zweden te sterk. Incidenteel waren er successen: in deze periode won het van Hongarije (WK 1958), Joegoslavië (3-0, WK 1966), Zweden (EK 1968), Frankrijk (0-1 uit, WK 1970), Noord-Ierland (EK 1976), Zweden en Zwitserland (WK 1978), Engeland en Zwitserland (WK 1982), Joegoslavië (EK 1984), Ierland (WK 1986) en Europees kampioen Frankrijk (EK 1988). Voor het WK van 1974 leed het zijn grootste nederlaag, 9-0 tegen Nederland. In de return won de latere finalist pas in de slotfase met 1-2 van de Noren, Barry Hulshoff scoorde na een sterke individuele actie van Johan Cruijff.

1990 - 2000 De Egil Olsen jaren[bewerken | brontekst bewerken]

EK 1992[bewerken | brontekst bewerken]

Egil Olsen

De kwalificatie voor het EK in 1992 begon stroef en na een nederlaag tegen de Sovjet Unie en een gelijkspel tegen Hongarije nam bondscoach Ingvar Stadheim ontslag, Egil Olsen was zijn opvolger. Olsen zou indruk maken met een wetenschappelijke benadering van voetbal, beelden van tegenstanders werden urenlang gebestudeerd en het spel was gebaseerd op fysieke kracht vanuit een defensieve spelopvatting. Het eerste succes was een 2-1 overwinning op Italië door doelpunten van Tore André Dahlum en Lars Bohinen. In de laatste wedstrijd van de cyclus speelde Noorwegen gelijk in Italië. Voor kwalificatie was de opmars net te laat, want ze eindigden op de derde plaats met vier punten achterstand op het geplaatste Sovjet Unie en één punt op Italië.

WK 1994[bewerken | brontekst bewerken]

Kjetil Rekdal

In 1994 wist Noorwegen zich echter weer te plaatsen voor een WK, onder meer door in de kwalificatiereeks drie punten te pakken tegen Nederland. In Oslo won Noorwegen met 2-1 door doelpunten van Kjetil Rekdal en Gøran Sørloth, in de return in De Kuip bleef het 0-0. Ook Engeland, dat verrassend genoeg naast WK-deelname greep, behaalde in twee duels slechts één punt tegen de stugge Noren. In het Wembley Stadium werd het 1-1 dankzij een late gelijkmaker van Rekdal en een 2-0 overwinning in Oslo dankzij doelpunten van Øyvind Leonhardsen en Lars Bohinen. Noorwegen verloor alleen de laatste wedstrijd tegen Turkije, toen kwalificatie al zeker was en eindigde met één en drie punten voorsprong op respectievelijk Nederland en Engeland. Bij het wereldkampioenschap in de Verenigde Staten begonnen de Noren van met een knappe overwinning (1-0) op Mexico door een laat doelpunt van Kjetil Rekdal. Hierna volgde een nederlaag tegen Italië (0-1), waarna de Noren alles nog steeds in eigen hand hadden. Een zege in de laatste groepswedstrijd tegen Ierland was genoeg voor een plaats in de volgende ronde. Op 28 juni 1994 ging echter alles nét fout voor de ploeg van bondscoach Egil Olsen: Italië en Mexico deelden de punten (1-1), terwijl het duel Noorwegen-Ierland in een doelpuntloos gelijkspel eindigde. Hierdoor hadden alle teams vier punten. Op basis van het doelsaldo gingen Mexico (3-3), Italië (2-2) en Ierland (2-2) door naar de achtste finales. De Noren, met een doelgemiddelde van een voor en één tegen, vielen buiten de boot en moesten hun koffers pakken.

EK 1996[bewerken | brontekst bewerken]

Voor kwalificatie van het EK in 1996 had Noorwegen een goede start met zes overwinningen en één gelijkspel en aangezien concurrenten Tsjechië en Nederland opvallende nederlagen leden tegen respectievelijk Luxemburg en Wit-Rusland leek er niets aan de hand. Bij een zege op Tsjechië was de ploeg al zeker van deelname, maar een late treffer van Jan Suchopárek voorkwam een snelle kwalificatie. Na een 2-0 nederlaag in de return kwam deelname opeens op de tocht te staan. Noorwegen moest gelijk spelen tegen Nederland, maar na een 0-0 ruststand denderde Nederland in de tweede helft over de Noren heen: 3-0. Noorwegen en Nederland eindigden beiden op de tweede plaats met één punt achterstand op Tsjechië, maar het doelsaldo van Nederland was beter.

WK 1998[bewerken | brontekst bewerken]

Tore Andre Flo

Twee jaar later plaatste Noorwegen zich echter wel voor het WK van 1998 in Frankrijk. De ploeg domineerde een kwalificatiegroep met onder meer Zwitserland en Hongarije en behaalde 20 punten uit acht wedstrijden. De voorsprong op Hongarije was acht punten. Noorwegen werd gezien als een outsider voor de titel, maar was niet geliefd bij de kenners om zijn speelwijze.[1] Noorwegen begon het toernooi stroef met gelijke spelen tegen Marokko en Schotland. In de laatste wedstrijd van de groep moest Noorwegen van het geplaatste Brazilië winnen om zich te plaatsen, aangezien Marokko met 3-0 won van Schotland. Uitschakeling leek zeker, nadat Bebeto scoorde namens Brazilië. Toen kwam Tore André Flo in actie, eerst scoorde hij zelf en daarna versierde hij een strafschop, die door Rekdal werd benut. Daardoor bereikte het land voor het eerst in de geschiedenis de tweede ronde van een groot internationaal toernooi. In de achtste finale was Italië, de verliezend WK-finalist van vier jaar eerder, de tegenstander. Een vroeg doelpunt van Christian Vieri besliste de wedstrijd: 1-0.

EK 2000[bewerken | brontekst bewerken]

Egil Olsen zwaaide na het WK af en Nils Johan Semb was zijn opvolger. De start was ongelukkig, thuis werd verloren van Letland en gelijk gespeeld tegen Albanië, maar de overige wedstrijden werden allemaal gewonnen. Met een voorsprong van acht punten op Slovenië plaatste de ploeg zich voor het Europees kampioenschap 2000 in België en Nederland. In hun bekende afwachtende stijl werd van Spanje gewonnen dankzij een doelpunt van Steffen Iversen, de tweede wedstrijd tegen Joegoslavië ging met 1-0 verloren. De laatste wedstrijd in Arnhem tegen Slovenië eindigde in een doelpuntloos gelijkspel en was nu afhankelijk van het resultaat van Spanje - Joegoslavië. Spanje moest winnen om zich te plaatsen, maar het stond met 2-3 achter vlak voor tijd. Spanje scoorde echter twee keer in de blessure-tijd en Noorwegen kon naar huis.

2000 - 2010 Geen grote toernooien meer[bewerken | brontekst bewerken]

Vanwege de goede resultaten van de afgelopen jaren had Noorwegen een geplaatste status voor het kwalificatie-toernooi voor het WK in 2002. Echter, pas in de negende wedstrijd werd de eerste wedstrijd gewonnen. Noorwegen eindigde op de vierde plaats met elf en zeven punten achterstand op Polen en Oekraïne.

De start voor kwalificatie van het EK in 2004 was goed met tien punten uit vier wedstrijden. In het vervolg werd verloren van Denemarken en Bosnië en Herzegovina en de thuiswedstrijd tegen Roemenië leverde een gelijkspel op dankzij een benutte strafschop van Ole Gunnar Solskjær. In de laatste wedstrijd won Noorwegen met 1-0 van Luxemburg en omdat Bosnië niet wist te winnen van Denemarken, was de tweede plaats in de groep veilig gesteld. Noorwegen eindigde boven Roemenië op de tweede plaats dankzij betere resultaten in de onderlinge wedstrijden en had één punt achterstand op Denemarken. In de play-off wedstrijden tegen Spanje verloor de ploeg vlak voor tijd door een eigen doelpunt van Henning Berg: 2-1. Noorwegen moest in de return echter het spel maken in plaats van afwachten en Spanje won eenvoudig met 0-3.

Noorwegen streed samen met Slovenië achter Italië om de tweede plaats in de groep. Noorwegen won tweemaal van Slovenië, maar dankzij een thuisnederlaag tegen Schotland hadden beide landen evenveel punten met nog twee wedstrijden te spelen. Noorwegen won de laatste wedstrijden van Moldavië en Wit-Rusland was de tweede plaats zeker gesteld. In de play-offs verloor Noorwegen beide wedstrijden van Tsjechië met 1-0 en moest de ploeg opnieuw thuis blijven voor een internationaal toernooi.

Ook voor kwalificatie van het EK in 2008 zat er niet meer in dan een tweede plaats achter de ongenaakbare titelhouder Griekenland, een tweede plaats was nu wel genoeg voor directe kwalificatie. Met nog twee wedstrijden te spelen had Noorwegen twee punten voorsprong op Turkije. In een directe confrontatie met de concurrent kon een gelijkspel genoeg zijn om het in de laatste wedstrijd tegen Malta af te kunnen maken, maar in Oslo kon de ploeg een 1-0 voorsprong niet vasthouden: 1-2.

De tweede plaats was ook nu weer het hoogst haalbare voor WK-kwalificatie-toernooi in 2010, aangezien Nederland alle wedstrijden won. Na vijf wedstrijden stond Noorwegen onderaan met drie gelijke spelen en twee nederlagen. In een inhaalrace werd ruim gewonnen van Schotland (4-0), gelijk gespeeld tegen IJsland en gewonnen van Macedonië. Noorwegen was afhankelijk van het resultaat van Schotland-Nederland, bij een gelijkspel eindigde Schotland op de tweede plaats. Er gloorde hoop, toen Nederland vlak voor tijd scoorde, maar omdat Noorwegen van alle nummers twee in de Europese zone de slechtste resultaten boekte was de ploeg niet geplaatst voor de play-offs, het kwam twee punten tekort ten opzichte van Ierland.

2010 - heden Steeds verder wegzakkend[bewerken | brontekst bewerken]

Erik Huseklepp

Noorwegen had de laatste vijf grote toernooien gemist en de Noren grepen terug op een oude succesformule: Egil Olsen werd opnieuw aangesteld als bondscoach. Olsen was weer in staat een op papier sterkere tegenstander te ontregelen: Portugal werd met 1-0 verslagen door een doelpunt van Erik Huseklepp. De start was bemoedigend met tien punten uit vier wedstrijden met drie punten voorsprong op Denemarken en Portugal. Door nederlagen tegen deze landen verloor Noorwegen het initiatief, directe plaatsing was onmogelijk geworden en men had een monsteroverwinning op Cyprus nodig om Portugal te achterhalen. De teller bleef hangen op 3-1 en Noorwegen kwam zes doelpunten tekort om zich te plaatsen voor de play-offs.

Recente overwinningen op sterke tegenstanders leverde Noorwegen een twaalfde plaats op de wereldranglijst op en een geplaatste positie voor het kwalificatie-toernooi. Nederlagen tegen IJsland en Albanië zorgde voor een benauwde situatie, maar omdat onderling veel punten werden verspeeld had Noorwegen nog zicht op de tweede plaats achter Zwitserland. Na een thuisnederlaag tegen dezelfde Zwitsers ontsloeg de Noorse bond Olsen, maar het tij kon in de laatste twee wedstrijden niet meer gekeerd worden. Een 3-0 nederlaag tegen Slovenië zorgde voor de genadeklap en Noorwegen eindigde op de vierde plaats met vijf punten achterstand op nummer twee IJsland.

Het EK van 2016 bood perspectieven, omdat de eerste twee landen zich rechtstreeks zouden kwalificeren en het derde land recht had op de play-offs. De start was voor de zoveelste keer zwak met een 0-2 nederlaag tegen Italië, 5-1 tegen Kroatië en een doelpuntloos gelijkspel tegen Azerbeidzjan. Directe kwalificatie kwam weer in zicht door wangedrag van de Kroaten. Door een straf van de UEFA speelde Kroatië al zonder publiek tegen Italië, maar door op het veld een hakenkruis zichtbaar te maken strafte de UEFA Kroatië met een punt aftrek. In een directe confrontatie werd met 2-0 gewonnen van de Kroaten en Noorwegen had nu een voorsprong van twee punten. Op de laatste speeldag werd de voorsprong weer weggegeven, Italië won met 2-1 van de Noren en de Kroaten wonnen van Malta. In de play-offs werd tweemaal verloren van Hongarije en opnieuw zaten de Noren met een kater.

Vooruitzichten op het halen van het WK van 2018 waren al snel hopeloos na nederlagen tegen Duitsland, Azerbeidzjan en Tsjechië en in de slotfase van het duel met San Marino werd een ramp afgewend door het land alsnog te verslaan. De ploeg zakte weg naar een 84e plaats op de wereldranglijst, waar het in de hoogtijdagen van de jaren negentig nog tweede stond. Bondscoach Per-Mathias Høgmo werd ontslagen en de bij het IJslandse team bijzonder succesvolle Lars Lagerbäck werd aangesteld om het tij te keren. Noorwegen bleef matig presteren met een 6-0 nederlaag tegen Duitsland als dieptepunt.

Op zaterdag 7 oktober 2017 bereikt de Noorse voetbalbond een uniek akkoord met de spelersvakbond over het nieuwe premiestelsel. Mannelijke en vrouwelijke internationals krijgen voortaan evenveel uitbetaald. De mannen besloten een deel van hun inkomsten uit commerciële activiteiten af te staan aan de vrouwen, waardoor beide selecties nu evenveel geld ontvangen als compensatie voor hun interlandverplichtingen.[2]

De prijzenpot voor vrouwen werd door dit besluit volgens de Engelse krant The Guardian bijna verdubbeld: van circa 300 duizend euro tot 600 duizend euro. "Noorwegen is een land waarin gelijkwaardigheid erg belangrijk is", zei Joachim Walltin, de voorman van de Noorse spelersvakbond, naderhand. "Het is goed voor ons land en voor de sport dat de mannen en vrouwen voortaan evenveel geld krijgen van de bond."

Prestaties op eindrondes[bewerken | brontekst bewerken]

Wereldkampioenschap[bewerken | brontekst bewerken]

Wereldkampioenschap voetbal
Jaar Ronde Wed. W G V DV DT Kwal
19301934 Geen deelname
Vlag van Frankrijk 1938 Eerste ronde 1 0 0 1 1 2 (Kwal.)
Vlag van Brazilië 1950 Niet deelgenomen
Vlag van Zwitserland 1954 Niet gekwalificeerd
Vlag van Zweden 1958 Niet gekwalificeerd
Vlag van Chili 1962 Niet gekwalificeerd
Vlag van Engeland 1966 Niet gekwalificeerd
Vlag van Mexico 1970 Niet gekwalificeerd
Vlag van Bondsrepubliek Duitsland 1974 Niet gekwalificeerd
Vlag van Argentinië 1978 Niet gekwalificeerd
Vlag van Spanje 1982 Niet gekwalificeerd
Vlag van Mexico 1986 Niet gekwalificeerd
Vlag van Italië 1990 Niet gekwalificeerd
Vlag van Verenigde Staten 1994 Groepsfase 3 1 1 1 1 1 (Kwal.)
Vlag van Frankrijk 1998 Achtste finale 4 1 2 1 5 5 (Kwal.)
Vlag van JapanVlag van Zuid-Korea 2002 Niet gekwalificeerd
Vlag van Duitsland 2006 Niet gekwalificeerd
Vlag van Zuid-Afrika 2010 Niet gekwalificeerd
Vlag van Brazilië 2014 Niet gekwalificeerd
Vlag van Rusland 2018 Niet gekwalificeerd
Vlag van Qatar 2022 Niet gekwalificeerd
Totaal 3/20 8 2 3 3 7 8

Europees kampioenschap[bewerken | brontekst bewerken]

Europees kampioenschap voetbal
Jaar Ronde Wed. W G V DV DT Kwal
Vlag van Frankrijk 1960 Niet gekwalificeerd
Vlag van Spanje 1964 Niet gekwalificeerd
Vlag van Italië 1968 Niet gekwalificeerd
Vlag van België 1972 Niet gekwalificeerd
Vlag van Joegoslavië (1943-1992) 1976 Niet gekwalificeerd
Vlag van Italië 1980 Niet gekwalificeerd
Vlag van Frankrijk 1984 Niet gekwalificeerd
Vlag van Duitsland 1988 Niet gekwalificeerd
Vlag van Zweden 1992 Niet gekwalificeerd
Vlag van Engeland 1996 Niet gekwalificeerd
Vlag van BelgiëVlag van Nederland 2000 Groepsfase 3 1 1 1 1 1 (Kwal.)
Vlag van Portugal 2004 Niet gekwalificeerd
Vlag van OostenrijkVlag van Zwitserland 2008 Niet gekwalificeerd
Vlag van OekraïneVlag van Polen 2012 Niet gekwalificeerd
Vlag van Frankrijk 2016 Niet gekwalificeerd
Vlag van Europa 2020 Niet gekwalificeerd
Vlag van Duitsland 2024 Niet gekwalificeerd
Totaal 1/15 3 1 1 1 1 1

UEFA Nations League[bewerken | brontekst bewerken]

UEFA Nations League
Jaar Div. Eindpositie Wed. W G V DV DT Res.
2018–19 C 26e 6 4 1 1 7 2 Gestegen
2020–21 B 22e 6 3 1 2 12 7 Stabiel
2022–23 B 24e 6 3 1 2 7 7 Stabiel

Interlands[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Interlands Noors voetbalelftal 2020-2029 voor de meest actuele gespeelde en komende interlands van Noorwegen.

Bondscoaches[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bijgewerkt tot en met de EK-kwalificatiewedstrijd tegen Vlag van Schotland Schotland (3-3) op 19 november 2023.
Naam Van Tot Duels W G V
Vlag van Noorwegen Selectiecommissie 12 juli 1908 19 oktober 1952 189
Vlag van Noorwegen Hahn, Willibald Willibald Hahn 13 augustus 1953 16 november 1955 26 7 7 12
Vlag van Engeland Lewin, Denis Denis Lewin 30 mei 1956 10 november 1957 17 5 4 8
Vlag van Oostenrijk Majowski, Edmund Edmund Majowski 28 mei 1958 14 september 1958 5 3 1 1
Vlag van Noorwegen Larsen, Ragnar Ragnar Larsen 2 november 1958 2 november 1958 1 0 0 1
Vlag van Noorwegen Henriksen, Kristian Kristian Henriksen 20 mei 1959 4 november 1959 10 3 0 7
Vlag van Oostenrijk Kment, Wilhelm Wilhelm Kment 26 mei 1960 9 juli 1962 20 6 2 12
Vlag van Noorwegen Larsen, Ragnar Ragnar Larsen 26 augustus 1962 19 november 1966 33 11 7 15
Vlag van Oostenrijk Kment, Wilhelm Wilhelm Kment 1 juni 1967 13 november 1969 25 9 3 13
Vlag van Noorwegen Johannessen, Øivind Øivind Johannessen 13 mei 1970 27 oktober 1971 17 4 2 11
Vlag van Engeland Curtis, George George Curtis 23 februari 1972 6 juni 1974 17 3 2 12
Vlag van Noorwegen Eggen, Nils Arne Nils Arne Eggen
Vlag van Noorwegen Schou-Andreassen, Kjell Kjell Schou-Andreassen
8 augustus 1974 30 oktober 1977 27 6 4 17
Vlag van Noorwegen Fossen, Tor Røste Tor Røste Fossen 29 maart 1978 16 juni 1987 94 28 28 38
Vlag van Zweden Grip, Tord Tord Grip 12 augustus 1987 1 juni 1988 7 0 4 3
Vlag van Noorwegen Stadheim, Ingvar Ingvar Stadheim 28 juli 1988 10 oktober 1990 24 5 8 11
Vlag van Noorwegen Olsen, Egil Egil Olsen 31 oktober 1990 27 juni 1998 88 46 26 16
Vlag van Noorwegen Semb, Nils Johan Nils Johan Semb 19 augustus 1998 19 november 2003 68 29 21 18
Vlag van Noorwegen Hareide, Åge Åge Hareide 22 januari 2004 19 november 2008 58 24 18 16
Vlag van Noorwegen Olsen, Egil Egil Olsen 11 februari 2009 10 september 2013 49 25 8 16
Vlag van Noorwegen Høgmo, Per-Mathias Per-Mathias Høgmo 11 oktober 2013 11 november 2016 35 10 7 18
Vlag van Zweden Lagerbäck, Lars Lars Lagerbäck 26 maart 2017 3 december 2020 35 18 9 8
Vlag van Noorwegen Solbakken, Ståle Ståle Solbakken 3 december 2020 32 17 7 8

Huidige selectie[bewerken | brontekst bewerken]

De volgende spelers werden opgeroepen voor de WK-kwalificatiewedstrijden tegen Vlag van Nederland Nederland, Vlag van Letland Letland en Vlag van Gibraltar Gibraltar op 1, 4 en 7 september 2021.

Interlands en doelpunten bijgewerkt tot en met de vriendschappelijke wedstrijd tegen Vlag van Griekenland Griekenland op 6 juni 2021.

Naam Wed. Dlpnt. Club
Doel
Ørjan Nyland 28 0 Vlag van Engeland Bournemouth
André Hansen 8 0 Vlag van Denemarken Rosenborg
Per Kristian Bråtveit 1 0 Vlag van Frankrijk Nîmes
Verdediging
Kristoffer Ajer 23 3 Vlag van Engeland Brentford
Birger Meling 19 0 Vlag van Frankrijk Stade Rennais
Stefan Strandberg 17 1 Vlag van Italië Salernitana
Julian Ryerson 5 0 Vlag van Duitsland Union Berlin
Stian Rode Gregersen 3 0 Vlag van Noorwegen Molde
Andreas Hanche-Olsen 3 0 Vlag van België AA Gent
Fredrik André Bjørkan 1 0 Vlag van Noorwegen Bodø/Glimt
Ruben Gabrielsen 1 0 Vlag van Frankrijk Toulouse
Marcus Holmgren Pedersen 0 0 Vlag van Nederland Feyenoord
Middenveld
Mohamed Elyounoussi 32 6 Vlag van Engeland Southampton
Martin Ødegaard Aanvoerder 30 1 Vlag van Engeland Arsenal
Sander Berge 24 1 Vlag van Engeland Sheffield United
Mats Møller Dæhli 24 1 Vlag van Duitsland 1. FC Nürnberg
Mathias Normann 7 1 Vlag van Rusland Rostov
Morten Thorsby 7 0 Vlag van Italië Sampdoria
Patrick Berg 4 0 Vlag van Noorwegen Bodø/Glimt
Jens Petter Hauge 3 0 Vlag van Duitsland Eintracht Frankfurt
Aron Dønnum 1 0 Vlag van België Standard Luik
Aanval
Joshua King 54 17 Vlag van Engeland Watford
Alexander Sørloth 32 11 Vlag van Duitsland RB Leipzig
Erling Braut Håland 12 7 Vlag van Engeland Manchester City FC
Kristian Thorstvedt 5 1 Vlag van België Genk
Erik Botheim 0 0 Vlag van Noorwegen Bodø/Glimt

Statistieken[bewerken | brontekst bewerken]

Van jaar tot jaar[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bijgewerkt tot en met de EK-kwalificatiewedstrijd tegen Vlag van Schotland Schotland (3-3) op 19 november 2023.
Jaar Wedstrijden Doelpunten Punten
Duels Winst Gelijk Verlies Goal Voor Goal Tegen Saldo
1970 8 2 1 5 8 15 –7 0.625
1971 9 2 1 6 10 28 –18 0.556
1972 7 1 1 5 6 18 –12 0.429
1973 8 2 1 5 10 9 +1 0.625
1974 6 1 0 5 6 11 –5 0.333
1975 10 2 2 6 13 25 –12 0.600
1976 7 2 1 4 4 11 –7 0.714
1977 6 1 1 4 4 8 –4 0.500
1978 7 0 3 4 5 12 –7 0.429
1979 13 5 2 6 11 18 –7 0.923
1980 7 4 1 2 14 11 +3 1.286
1981 9 1 2 6 9 17 –8 0.444
1982 8 3 2 3 11 11 0 1.000
1983 13 1 7 5 12 15 –3 0.692
1984 14 7 4 3 12 6 +6 1.286
1985 11 3 3 5 12 14 –2 0.818
1986 10 3 4 3 7 11 –4 1.000
1987 15 1 7 7 7 18 –11 0.600
1988 9 1 4 4 9 10 –1 0.667
1989 10 2 4 4 14 16 –2 0.800
1990 10 5 2 3 21 13 +7 1.200
1991 9 3 3 3 10 8 +2 1.000
1992 11 5 4 2 23 8 +15 1.273
1993 10 7 2 1 25 5 +20 1.600
1994 14 6 5 3 14 8 +6 1.214
1995 13 6 4 3 25 12 +13 1.231
1996 7 5 1 1 12 1 +11 1.571
1997 12 7 3 2 24 7 +17 1.417
1998 14 5 7 2 29 19 +10 1.214
1999 13 10 2 1 27 7 +20 1.692
2000 15 5 6 4 15 13 +2 1.067
2001 11 5 3 3 21 16 +5 1.182
2002 10 4 4 2 10 5 +5 1.200
2003 14 4 3 7 10 13 –3 0.786
2004 13 8 4 1 29 13 +16 1.538
2005 16 8 4 4 17 12 +5 1.250
2006 10 2 4 4 12 15 –3 0.800
2007 11 6 2 3 24 12 +12 1.273
2008 8 0 4 4 6 13 –7 0.500
2009 10 6 2 2 14 8 +4 1.400
2010 9 7 0 2 13 8 +5 1.556
2011 9 4 1 4 10 10 0 1.000
2012 12 5 3 4 16 14 +2 1.083
2013 13 3 3 7 10 17 –7 0.692
2014 12 4 3 5 11 16 –5 0.917
2015 9 3 2 4 8 10 –2 0.889
2016 10 3 1 6 12 16 –4 0.700
2017 9 3 2 4 13 13 0 0.889
2018 10 8 1 1 16 5 +11 1.700
2019 10 4 5 1 19 11 +8 1.300
2020 7 3 1 2 13 6 +7 1.000
2021 12 6 3 3 17 10 +7 1.250
2022 10 6 2 2 21 9 +12 1.400
2023 10 5 2 3 19 13 +6 1.200

Tegenstanders[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bijgewerkt tot en met de EK-kwalificatiewedstrijd tegen Vlag van Schotland Schotland (3-3) op 19 november 2023.
Tegenstander Wed. W G V DV DT DS
Vlag van Albanië Albanië 5 2 2 1 6 5 +1
Vlag van Argentinië Argentinië 2 2 0 0 3 1 +2
Vlag van Armenië Armenië 3 2 1 0 13 1 +12
Vlag van Australië Australië 3 1 1 1 6 4 +2
Vlag van Azerbeidzjan Azerbeidzjan 6 4 1 2 9 1 +8
Vlag van Bahrein Bahrein 1 1 0 0 1 0 +1
Vlag van België België 9 0 3 6 8 17 –9
Vlag van Bermuda Bermuda 2 2 0 0 6 1 +5
Vlag van Bosnië en Herzegovina Bosnië en Her. 4 2 0 2 5 3 +2
Vlag van Brazilië Brazilië 4 2 2 0 8 5 +3
Vlag van Bulgarije Bulgarije 16 5 4 7 16 27 –11
Vlag van China China 1 0 0 1 1 2 –1
Vlag van Colombia Colombia 1 0 1 0 0 0 0
Vlag van Costa Rica Costa Rica 2 1 1 0 1 0 +1
Vlag van Cyprus Cyprus 13 13 0 0 35 5 +30
Vlag van Denemarken Denemarken 88 20 14 54 102 226 –124
Vlag van Duitsland Duitsland 21 1 5 15 15 59 –44
Vlag van Egypte Egypte 6 3 3 0 7 2 +5
Vlag van Engeland Engeland 12 2 3 7 7 28 –21
Vlag van Estland Estland 7 4 2 1 16 5 +11
Vlag van Faeröer Faeröer 5 5 0 0 17 0 +17
Vlag van Finland Finland 67 41 17 9 182 82 +100
Vlag van Frankrijk Frankrijk 15 4 4 7 15 22 –7
Vlag van Georgië Georgië 3 3 0 0 6 1 +5
Vlag van Ghana Ghana 1 1 0 0 3 2 +1
Vlag van Gibraltar Gibraltar 2 2 0 0 8 1 +7
Vlag van Georgië Georgië 1 0 1 0 1 1 0
Vlag van Griekenland Griekenland 9 2 2 5 10 13 –3
Vlag van Grenada Grenada 1 1 0 0 2 1 +1
Vlag van Guatemala Guatemala 1 1 0 0 3 1 +2
Vlag van Honduras (1949-2022) Honduras 1 1 0 0 3 1 +2
Vlag van Hongarije Hongarije 19 5 5 9 20 35 –15
Vlag van Ierland Ierland 19 4 8 7 21 30 –9
Vlag van IJsland IJsland 33 19 6 8 61 33 +28
Vlag van Israël Israël 2 1 0 1 2 2 0
Vlag van Italië Italië 17 3 4 10 13 22 –9
Vlag van Jamaica Jamaica 2 1 1 0 7 1 +6
Vlag van Japan Japan 1 1 0 0 3 0 +3
Vlag van Joegoslavië (1943-1992) Joegoslavië 4 1 1 2 5 4 +1
Vlag van Jordanië Jordanië 1 0 1 0 0 0 0
Vlag van Kameroen Kameroen 1 1 0 0 6 1 +5
Vlag van Kroatië Kroatië 5 1 1 3 6 10 –4
Vlag van Koeweit Koeweit 3 0 2 1 3 4 –1
Vlag van Letland Letland 4 2 1 1 5 4 +1
Vlag van Litouwen Litouwen 2 2 0 0 2 0 +2
Vlag van Luxemburg Luxemburg 12 9 1 2 25 9 +16
Vlag van Macedonië Macedonië 4 2 1 1 4 3 +1
Vlag van Malta Malta 12 10 2 0 30 4 +26
Vlag van Mexico Mexico 6 2 1 3 8 11 –3
Vlag van Moldavië Moldavië 5 4 1 0 6 1 +5
Vlag van Montenegro Montenegro 4 3 0 1 6 4 +2
Vlag van Marokko Marokko 1 0 1 0 2 2 0
Vlag van Nederland Nederland 22 5 7 10 28 47 –19
Vlag van Nieuw-Zeeland Nieuw-Zeeland 1 1 0 0 3 0 +3
Vlag van Nigeria Nigeria 1 0 1 0 2 2 0
Vlag van Noord-Korea Noord-Korea 1 1 0 0 3 0 +3
Vlag van Noord-Ierland Noord-Ierland 11 9 0 2 25 10 +15
Vlag van Oekraïne Oekraïne 5 0 1 4 0 5 –5
Vlag van Duitse Democratische Republiek Duitse Democratische Republiek 7 1 1 5 8 15 –7
Vlag van Oostenrijk Oostenrijk 12 2 2 8 10 24 –14
Vlag van Panama Panama 1 1 0 0 1 0 +1
Vlag van Paraguay Paraguay 1 0 1 0 2 2 0
Vlag van Polen Polen 18 3 3 12 23 56 –33
Vlag van Portugal Portugal 10 1 2 7 5 15 –10
Vlag van Qatar Qatar 2 2 0 0 8 1 +7
Vlag van Roemenië Roemenië 15 3 7 5 14 17 –3
Vlag van Rusland Rusland 12 1 4 7 9 23 –14
Vlag van Saar Saarland 2 0 1 1 2 3 –1
Vlag van San Marino San Marino 4 4 0 0 24 1 +15
Vlag van Saoedi-Arabië Saoedi-Arabië 1 1 0 0 6 0 +6
Vlag van Schotland Schotland 19 3 7 9 22 32 –10
Vlag van Senegal Senegal 1 0 0 1 1 2 –1
Vlag van Servië Servië 18 4 3 11 19 33 –14
Vlag van Singapore Singapore 1 1 0 0 5 2 +3
Vlag van Slovenië Slovenië 11 6 3 2 17 10 +7
Vlag van Slowakije Slowakije 4 3 0 1 5 1 +4
Vlag van Sovjet-Unie Sovjet-Unie 6 0 1 5 3 15 –12
Vlag van Spanje Spanje 10 1 2 7 4 16 –12
Vlag van Thailand Thailand 2 2 0 0 8 0 +8
Vlag van Trinidad en Tobago Trinidad en Tobago 1 0 0 1 2 3 –1
Vlag van Tsjechië Tsjechië 8 1 3 4 8 10 –2
Vlag van Tsjecho-Slowakije Tsjecho-Slowakije 4 0 0 4 4 12 –8
Vlag van Tunesië Tunesië 2 1 1 0 3 1 +2
Vlag van Turkije Turkije 10 3 3 5 16 15 +1
Vlag van Uruguay Uruguay 2 0 1 1 2 3 –1
Vlag van Verenigde Arabische Emiraten VA Emiraten 3 1 2 0 5 2 +3
Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten 5 2 1 2 14 8 +6
Vlag van Wales Wales 11 4 4 3 14 15 –1
Vlag van Wit-Rusland Wit-Rusland 7 3 2 2 9 5 +4
Vlag van Zambia Zambia 1 0 1 0 0 0 0
Vlag van Zuid-Afrika Zuid-Afrika 3 2 0 1 3 2 +1
Vlag van Zuid-Korea Zuid-Korea 4 2 1 1 6 5 +1
Vlag van Zweden Zweden 109 26 25 58 152 276 –124
Vlag van Zwitserland Zwitserland 19 8 5 6 26 20 +6

FIFA-wereldranglijst[bewerken | brontekst bewerken]

1993[3] 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023
4 8 10 14 13 14 7 14 26 26 42 35 38 50 29 59 32 12 25 24 54 67 54 83 59 46 44 44 41 43 44

Bekende spelers[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Lijst van spelers van het Noorse voetbalelftal voor een lijst van spelers met minimaal 25 interlands achter hun naam.

Topscorers[bewerken | brontekst bewerken]

Speler Carrière Goals Interlands Moyenne
1 Jørgen Juve 1928-1937 33 45 0,73
2 Einar Gundersen 1917-1928 26 33 0.79
3 Harald Hennum 1949-1960 25 43 0,58
Erling Haaland 2019-nu 25 26 0,96
5 John Carew 1998-2011 24 91 0,26
6 Ole Gunnar Solskjær 1995-2007 23 67 0,34
Tore André Flo 1995-2004 23 76 0,3
8 Gunnar Thoresen 1946-1959 22 64 0,34
9 Steffen Iversen 1998-2011 21 79 0,27
10 Joshua King 2012-nu 20 62 0,32
Jan Åge Fjørtoft 1986-1996 20 71 0,29