Naar inhoud springen

Mortsel

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Mortsel
Stad in België Vlag van België
Mortsel (België)
Mortsel
Geografie
Gewest Vlag Vlaanderen Vlaanderen
Provincie Vlag Antwerpen (provincie) Antwerpen
Arrondissement Antwerpen
Oppervlakte
– Onbebouwd
– Woongebied
– Andere
7,78 km² (2022)
17,68%
32,22%
50,1%
Coördinaten 51° 10' NB, 4° 28' OL
Bevolking (bron: Statbel)
Inwoners
– Mannen
– Vrouwen
– Bevolkings­dichtheid
26.588 (01/01/2024)
48,47%
51,53%
3415,6 inw./km²
Leeftijdsopbouw
– 0-17 jaar
– 18-64 jaar
– 65 jaar en ouder
(01/01/2024)
20,42%
59,25%
20,32%
Buitenlanders 10,52% (01/01/2024)
Politiek en bestuur
Burgemeester Erik Broeckx (N-VA)
Bestuur N-VA, Vooruit, Open Vld
Zetels
N-VA
Groen
Vooruit
Mortsel Leeft!
Open Vld
Vlaams Belang
CD&V
29
11
8
3
3
1
2
1
Economie
Gemiddeld inkomen 23.090 euro/inw. (2021)
Werkloosheidsgraad 7,62% (jan. 2019)
Overige informatie
Postcode
2640
Deelgemeente
Mortsel
Zonenummer 03
NIS-code 11029
Politiezone Minos
Hulpverleningszone Rand
Website Officiële website
Detailkaart
ligging binnen het arrondissement Antwerpen
in de provincie Antwerpen
Portaal  Portaalicoon   België
Luchtopname van Mortsel-Centrum
Het stadhuis
Het Stadsplein
Kasteel Cantecroy
Sint-Benedictuskerk
Pastorie van de Sint-Benedictusparochie in Neo-Vlaamse-renaissancestijl, n.o.v. Louis Gife (1889)
Hof ten Dorpe
Fort IV
Art-nouveauhuizen aan de Statielei
Kasteel Savelkoul, op de locatie waar later Wijk Savelkoul zal komen

Mortsel is een stad in de Belgische provincie Antwerpen. De stad telt ruim 26.000 inwoners. Binnen de stadsgrenzen liggen geen andere kernen. De stad behoort tot het kieskanton Kontich en het achtste gerechtelijk kanton Antwerpen.

Mortsel is vermoedelijk ontstaan uit twee woonkernen, namelijk Mortsel-Dorp en Oude God.

De oudste schriftelijke vermelding van Mortsel, als Mortsella, dateert uit 1158. De naam zou zijn afgeleid van de Germaanse woorden mor (dat "moer, moeras" betekent) en sali (dat "uit één ruimte bestaand huis" zou betekenen). Samengesteld geeft dit dan "Een uit één ruimte (zaal) bestaand huis, gebouwd in het moeras".

De naam Oude God zou volgens sommige bronnen verwijzen naar een verdwenen Romeins heiligdom dat gelegen was aan de heirbaan Bavik-Utrecht.

Volgens historicus Kanunnik Floris Prims zouden er zelfs in de 17de eeuw, meer dan een millennium na het vertrek van de laatste Romeinse legioenen uit deze streken nog steeds heimelijk rituelen hebben plaatsgevonden bij deze toen nog bestaande heidense tempel.

Over deze periode in de geschiedenis is zeer weinig geweten, wel is er op het grondgebied van de gemeente een neolithische bijl uit circa 3500 v.C. aangetroffen.

Gallo-Romeinse periode

[bewerken | brontekst bewerken]

De vroegste bewijzen van menselijke bewoning gaan terug tot de Gallo-Romeinse periode. Dit werd aangetoond tijdens archeologische opgravingen in 1963 door de Antwerpse Vereniging voor Romeinse Archeologie (AVRA) van een Romeinse villa. Deze was gelegen aan een Romeinse heirbaan. In noordelijke richting liep deze weg vermoedelijk tot in Utrecht, in zuidelijke richting voerde hij naar het vlakbijgelegen Rumst. Vanuit Rumst leidde de weg naar Asse (zuidwesten) en naar de vicus van Elewijt (zuidoosten). Vermoed wordt dat het al voor deze tijd een woonplaats was van de Menapiërs. Daarnaast zijn er op de "Steenakker" restanten van een omwalde hoeve met driebeukige schuur aangetroffen, die er tot het einde van de 2e eeuw moet hebben gestaan.

Het eerste spoor van Mortsel in een geschreven bron dateert uit 869 in een polyticon van de abdij van Lobbes betreffende villa Tishengien (later Dieseghem en Diezegem) en luidt: "… Sunt et in villa quae dicitur Tisingaheim mansi IIII solvit unusquisque pro censu solid.V et porcum I …" (vertaling: "...in de villa die Tisingaheim genoemd wordt zijn er vier mansi, elk van hen betaalt als cijns 5 schellingen en 1 varken..."). Deze villa zou vermoedelijk geschonken zijn door de heilige Reinildis, dochter van de Hertog van Brabant, aan de Henegouwse Benedictijnen in de 7e eeuw en omvatte gronden in de huidige gemeenten Mortsel, Hove en Edegem.

De naam Mortsel zelf duikt voor de eerste maal op in een pauselijke bul uit 1150 in verband met het altare de Mortezele. Ook de bisschop van Kamerijk, Nicolaas I van Chièvres, heeft het acht jaar later (1158) over dit altaar, dat hij toen terugschonk aan de abdij van Lobbes. Hij noemt de plek echter Mortsella. Helaas gingen alle archieven van deze benedictijnenabdij verloren tijdens de Duitse bombardementen op 10 mei 1940, en is er bijgevolg nog weinig geweten over Mortsel in de periode 869 tot 1150.

Vermoed wordt dat omstreeks de 10e of 11e eeuw ten zuiden van villa Diezegem het nieuwe centrum "Mortsel" ontstond. Vermoedelijk stond hier lange tijd slechts een kapel die tot 1158 afhankelijk was van de moederparochie te Kontich. In dat jaar werd de eerste kerk gebouwd op de locatie van de kapel, die op haar beurt in de 15e eeuw vervangen zou worden door de huidige Sint-Benedictuskerk. Omstreeks diezelfde tijd zou ook de woonkern Oude-God zijn gesticht op de plek waar de verbindingswegen Mortsel-Lier en Antwerpen-Mechelen samenkomen.

In 1387 komt de heerlijkheid Mortsel in de handen van de heren van Cantecroy, die het dorp tot grote bloei brengen. In dit verband verdienen vooral Antoine Perrenot en kardinaal Granvelle vermelding. Die laatste vergrootte het goed met de zogenaamde "cardinaelsdorpen". Al deze leengoederen (Mortsel, Edegem, Luithagen, Boechout, Borsbeek, Hove, Vremde, Kontich, Waarloos, Reet en ten slotte Aartselaar) werden in 1570 gebundeld tot het graafschap Cantecroy.

Ancien régime

[bewerken | brontekst bewerken]

In de tweede helft van de 16e eeuw, door toedoen van de godsdienstoorlogen, viel dit graafschap uiteen. De opstand van de Nederlanden tegen Spanje betekende voor Mortsel een permanente onrust. In de periode die volgt wordt het dorp, wegens zijn strategische ligging op het kruispunt van belangrijke toegangswegen naar Antwerpen, nagenoeg doorlopend getroffen door verwoestingen, plunderingen, troepentransporten en gevechten.

Zo was het de Antwerpse beeldenstormers gelukt om op 12 augustus 1566 kasteel Cantincrode in te nemen. Deze situatie veranderde echter al snel met de komst van Fernando Álvarez de Toledo (bijnaam: Alva) naar de Schelde-regio. Al snel werd het kasteel en bijgevolg ook Mortsel heroverd door de Spanjaarden. Omwille van het strategische nut van Cantincrode liet Alva het kasteel ombouwen tot een typisch Spaanse vesting waarvan de onderbouw (ringmuur en bastions) tot de dag van vandaag nog uit het water oprijst.

Na Alva's vertrek veranderde de vesting in een waar roversnest, dat een belangrijke rol speelde tijdens de Spaanse furie. In 1583 werd Mortsel, in de aanloop naar de "Val van Antwerpen" (1585) volledig ontvolkt en platgebrand door Alexander Farnese. Van de 126 gezinnen die Mortsel aanvankelijk bewoonden, resteerden er nadien nog slechts drie. Voornamelijk de wijk Luithagen werd zwaar getroffen. Na 1609 kon men voor het eerst herademen, maar het einde van de militaire opvorderingen was nog lang niet in zicht. In de loop van de 17e eeuw belandde Cantincrode in handen van de familie de Fiennes die het huidige herenhuis lieten optrekken.

In 1860 werd Fort 4 opgetrokken in het kader van het Nationaal Reduit, naar een ontwerp van legerofficier Henri Alexis Brialmont. De bouw was een reusachtige onderneming, zo moet er 13 miljoen m³ aarde verplaatst worden en zo'n 1 miljoen m³ baksteen gemetseld worden. Deze werken werden uitgevoerd door de Compagnie Générale de Materiel des Chemins de Fer uit Brussel en zou zo'n 35 tot 40 miljoen frank kosten. Voor de bouw van het fort werd ± 35 ha grond onteigend en de kosten zouden oplopen tot ongeveer 54 miljoen frank (1 400 000 ). De meeste huizen werden in deze tijd opgetrokken uit hout, daar het verboden was in een straal van 585 meter rondom militaire versterkingen stenen gebouwen op te trekken.

In 1897 trekken de komst van fietsen- en autoproducent Minerva en de ateliers van Lieven Gevaert de industrialisatie van Mortsel op gang. Alwaar in 1904 tevens de eerste steen werd gelegd van het huidige complex, waar later belangrijke fotografische uitvindingen zouden gebeuren. Zo werd in 1902 het Gevaert-matpapier op de markt gebracht en later zouden ook de eerste röntgenfilms en geluidsfilms in Gevaerts fabriek ontwikkeld worden. Ten gevolge van deze industrialisatie kende de gemeente een grote bevolkingstoename en groeiden de drie gehuchten aaneen tot een agglomeratie aan de transitobaan N1.

Tijdens zware gevechten om Antwerpen in de aanloop naar de Eerste Wereldoorlog in 1914 deelde Mortsel opnieuw in de klappen en werd er, uit angst voor franc-tireurs, civiele sluipschutters die de oprukkende Duitsers onder vuur namen, lelijk huisgehouden in de gemeente. Zo werden tal van burgers gearresteerd, gedeporteerd en zelfs standrechtelijk geëxecuteerd. Op 6 oktober 1914 kwam Fort 4 in de eerste linie te liggen, maar bleek niet bestand tegen de Duitse artillerie. Reeds twee dagen later, tijdens een bombardement, kreeg een batterij opgesteld op het fort een voltreffer. Hierdoor sloegen de Belgische garnizoenen op de vlucht. De Britten namen echter de verdediging over, maar moesten eveneens de aftocht blazen. In de nacht van 9 op 10 oktober werd het Nationaal Reduit verlaten en de volgende dag volgde de capitulatie van Antwerpen.

Tijdens de Duitse inval op 10 mei 1940 - het begin van de Tweede Wereldoorlog voor België - vinden er zware bombardementen plaats in Mortsel. Aangezien in Wereldoorlog I was gebleken dat de Brialmont-forten niet bestand waren tegen de Duitse overmacht, werden ze niet ingezet in de verdediging van Antwerpen. De Duitsers gebruikten het Mortselse fort echter wel. Zo melden spionageverslagen uit 1943 dat er verschillende vliegtuigbommen en Flak-munitie opgeslagen zou liggen. De Duitsers lieten op het terrein een aantal stenen loodsen optrekken en op de wallen van het fort werden er veldversterkingen gebouwd. Omstreeks het einde van het oorlogsjaar 1943 besloot de bezetter een anti-tankgracht (in de volksmond "Den Dnjepr" genoemd), die de fortgrachten verbond, aan te leggen. Door de dichte bebouwing in Mortsel werd het tracé aldaar zo ver naar het zuiden voorzien, dat het nooit voltooid werd.

Na de Achttiendaagse Veldtocht was het voor een periode van drie jaar relatief rustig in de Mortselse lucht. Hoewel er nog vaak bommenwerpers over het land trokken richting Duitsland. Aan deze "pauze" kwam op 5 april 1943 echter een bruusk einde.

Bombardement van 5 april 1943 op Mortsel

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie Bombardement op Mortsel voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Op die dag werd per vergissing door een Amerikaans bombersquad een bombardement uitgevoerd op de gemeente. Het bombardement was eigenlijk bedoeld voor de fabrieken van de "ERLA" waar vliegtuigen en vliegtuigmotoren werden gemaakt, maar de meeste bommen misten doel en legden de wijk Oude-God plat. Verschillende openbare gebouwen, waaronder vier scholen, werden geraakt. Er waren 936 dodelijke slachtoffers, waaronder 209 kinderen. Mortsel kreeg nooit een oorlogskruis omdat het om "friendly fire" ging. Na de bevrijding van Antwerpen, werd Mortsel nog wel tweemaal getroffen door een V-bom op fort 4. Van slachtoffers werd er evenwel geen melding gemaakt. In 2004 kreeg Mortsel van de Belgische regering erkenning voor het oorlogsleed. Een echt "oorlogskruis" kreeg Mortsel echter niet.

Door de wet van 23 juni 1999 werd de gemeente Mortsel gepromoveerd tot stad met ingang van 1 januari 2000.

Omdat Mortsel zich wilde concentreren op het Mortselse Fort 4 Kapitein Wagner werd besloten het Mortselse gedeelte van het voormalige militair domein Fort 3 Luitenant Naeyaert tussen de Fortloop en de Koudebeek aan de gemeente Borsbeek af te staan.[1]

De gemeente beslaat een oppervlakte van 778 ha, waarvan 17,46% landbouwgrond is, 0,60% is bos en ongeveer 79,37% bestaat uit bebouwde gronden. De urbanisatiegraad van de gemeente bedraagt eveneens 79,37%. Het hoogste punt van de gemeente is de Sint-Benedictuskerk en laagste punt de Drabstraat. De gemiddelde prijs per m² bouwgrond bedroeg in 2003 204,66 euro[2]

De gemeente heeft 3 (noemenswaardige) waterlopen, zijnde de Koude Beek, Fortloop en de Zwarte Beek. Alle drie deze beken wateren af in het Groot Schijn.

De gemeente heeft geen deelgemeenten. Wel bestaat ze uit drie met elkaar vergroeide kernen, namelijk Mortsel-Dorp, Oude-God en Luithagen.

Aangrenzende gemeenten

[bewerken | brontekst bewerken]
   Aangrenzende gemeenten   
 Antwerpen              Borsbeek 
           
    Boechout 
           
 Edegem              Hove 

Natuur en landschap

[bewerken | brontekst bewerken]

Mortsel is sterk verstedelijkt. Het maakt deel uit van de Antwerpse agglomeratie. De hoogte bedraagt 11-20 meter.

  • Bronnen:NIS, Opm:1806 tot en met 1981=volkstellingen; 1990 en later= inwonertal op 1 januari
Inwoners van jaar tot jaar op 1 januari
1992 tot heden
jaar Aantal[3] Evolutie: 1992=index 100
1992 25.859 100,0
1993 25.839 99,9
1994 25.780 99,7
1995 25.784 99,7
1996 25.611 99,0
1997 25.370 98,1
1998 25.197 97,4
1999 25.107 97,1
2000 25.086 97,0
2001 24.859 96,1
2002 24.738 95,7
2003 24.669 95,4
2004 24.450 94,6
2005 24.393 94,3
2006 24.427 94,5
2007 24.426 94,5
2008 24.416 94,4
2009 24.658 95,4
2010 24.737 95,7
2011 24.804 95,9
2012 25.143 97,2
2013 25.202 97,5
2014 25.242 97,6
2015 25.356 98,1
2016 25.551 98,8
2017 25.588 99,0
2018 25.824 99,9
2019 26.099 100,9
2020 26.157 101,2
2021 26.170 101,2
2022 26.189 101,3
2023 26.391 102,1
2024 26.588 102,8

De stad Mortsel ligt in het kieskanton Kontich, het provinciedistrict Boom, het kiesarrondissement Antwerpen en ten slotte de kieskring Antwerpen.

Mortsel Supranationaal Nationaal Gemeenschap Gewest Provincie Arrondissement Provinciedistrict Kanton Gemeente
Administratief Niveau Vlag van Europa Europese Unie Vlag van België België Vlag Vlaanderen Vlaanderen Vlag Antwerpen (provincie) Antwerpen Antwerpen Mortsel
Bestuur Europese Commissie Belgische regering Vlaamse Regering Deputatie Gemeentebestuur
Raad Europees Parlement Kamer van
volksvertegenwoordigers
Vlaams Parlement Provincieraad Gemeenteraad
Kieskring Nederlands Kiescollege Kieskring Antwerpen Antwerpen Boom Kontich Mortsel
Verkiezing Europese Federale Vlaamse Provincieraads- Gemeenteraads-

Schepencollege

[bewerken | brontekst bewerken]
Zetelverdeling gemeenteraad 2019-2024
8
3
1
1
11
3
2
11 
De 29 zetels zijn als volgt verdeeld:

Burgemeester is Erik Broeckx (N-VA). Hij leidt een coalitie bestaande uit N-VA, Vooruit en Open Vld. Samen vormen ze de meerderheid met 15 op 29 zetels.

Het college van burgemeester en schepenen bestaat uit:

  • Erik Broeckx (N-VA): burgemeester; bevoegd voor algemene coördinatie, veiligheid, burgerzaken, klantenzorg en stadsmarketing, openbare werken, straatgroen en netheid, begraafplaatsen, ontwikkelingssamenwerking, intergemeentelijke en internationale samenwerking
  • Koen Dehaen (N-VA): schepen bevoegd voor patrimonium en stadsprojecten, financiën
  • Steve D'Hulster (Vooruit): schepen bevoegd voor klimaat en openbare werken, mobiliteit, FORT 4, communicatie en participatie
  • Goele Custers (N-VA): schepen bevoegd voor personeel, organisatie en digitalisering, welzijn
  • Livia Moreau (Open Vld): schepen bevoegd voor onderwijs, ruimtelijke ordening, stedenbouw en wooncode, juridische zaken
  • Ilse Lacante (N-VA): schepen bevoegd voor vrije tijd, lokale economie, dierenwelzijn
  • Gitta Vanpeborgh (Vooruit): voorzitter van het Bijzonder comité voor de sociale dienst; schepen bevoegd voor zorg en gezondheid, wonen en sociaal wonen, gelijke kansen en integratie
  • Sophie Hermans: algemeen directeur

Politieke geschiedenis

[bewerken | brontekst bewerken]

(Voormalige) Burgemeesters

[bewerken | brontekst bewerken]
Periode Burgemeester
1799 – 1802 Jacobus Weyns[4]
1802 – 1807 Jean-Baptist Van Engelen
1808 – 1812 Wauthier Berthout
1812 – ? M. Osy
1836 – 1843 P.J. Meert
1843 – 1853 Pierre Deckers
1853 – 1870 Herman Ullens
1870 – 1873 Pieter Reypens
1873 – 1874 K. De Rooy
1874 – 1899 Pieter Reypens
1899 – 1899 Edward Arsen (waarnemend burgemeester)
1900 – 1900 Edward Arsen
1900 – 1904 Frans Schoesetters (waarnemend burgemeester)
1904 – 1908 Servais Huybrechts
1908 – 1914 Armand Segers (MP)
Periode Burgemeester
...
1918 – 1919 Armand Segers (MP)
...
1921 – 1925 Armand Segers (MP)
1925 – ? J. Hermans
1939 – 1941 John Juchem
1941 – 1944 Onderdeel van Groot-Antwerpen
1945 – 1947 Frans Kloeck
1947 – 1958 Arthur Lamens
1958 – 1970 Frans Kloeck[5] (Katholieke Vrije Mortsel)
1971 – 1983 Constant Amssoms (CVP)
1983 – 2000 Willy Dehaen (CVP)
2001 – 2012 Ingrid Pira (Agalev / Groen)
2013 – 2024 Erik Broeckx (N-VA)
2025 – 2030 Michiel Hubeau (Groen)

Legislatuur 1971–1976

[bewerken | brontekst bewerken]

Burgemeester was Constant Amssoms (CVP), voorts bestond het schepencollege uit Vik Van Bladel, Jan Vandewalle, Fons Jespers, Bob Van Hoofstadt, Denijs Peeters en Lieve De Ceutster.[6]

Resultaten gemeenteraadsverkiezingen sinds 1976

[bewerken | brontekst bewerken]
Partij of kartel 10-10-1976[7] 10-10-1982 9-10-1988 9-10-1994 8-10-2000 8-10-2006[8] 14-10-2012[9] 14-10-2018 13-10-2024
Stemmen / Zetels % 29 % 29 % 29 % 29 % 29 % 27 % 29 % 29 % 29
PVDA - 0,63 0 - 0,91 0 - - - 4,8 0 6,7 1
Agalev1/ Groen!-sp.a-spiritC/ Groen2/ Groen VooruitD - 11,481 3 15,591 5 17,581 6 19,21 6 25,32C 7 21,932 7 21,92 8 38,3D 13
SP1/ Groen!-sp.a-spiritC/ sp.a2/ sp.a-I Love Mortsel3/ Groen VooruitD 12,391 3 11,131 3 11,361 3 8,271 2 7,521 2 10,512 3 9,93 3
PVV1/ VLD2/ VLD-VIVANTB/ Open Vld4/ Samen Lokaal CD&V VLDE 8,511 1 9,391 2 11,091 3 14,122 4 19,422 6 20,07B 5 9,134 2 5,44 1 6,0E 1
CVP1/ CD&V+N-VAA/ CD&V2/ Samen Lokaal CD&V VLDE 52,631 17 36,111 13 35,371 13 28,591 10 16,081 5 24,10A 7 7,812 2 6,62 1
VU1/ VU&ID2/ CD&V+N-VAA/ N-VA3 26,481 8 17,871 6 12,871 4 9,041 2 12,322 4 31,393 11 31,73 11 30,33 10
Vlaams Blok1/ Vlaams Belang2 - - 7,161 1 15,741 5 18,311 6 20,572 6 8,162 2 9,02 2 8,72 2
Mortsel-anders1/ Mortsel Leeft!2/PRO-Mortsel3 - - - - - 9,221 2 9,391 2 10,82 3 9,93 2
VDM - 8,64 2 - - - - - - -
Anderen(*) - 4,76 0 6,56 0 5,75 0 7,15 0 0,72 0 1,67 0 - -
Totaal stemmen 19361 18985 18887 17872 17313 17619 17019 17317 12686
Opkomst % 93,35 90,92 90,22 93,08 89,61 92,1 66,6
Blanco en ongeldig % 3,5 4,32 3,63 4,17 2,82 2,89 1,96 2,2 0,5

De zetels van de gevormde coalitie staan vetjes afgedrukt. De grootste partij is in kleur.
(*) 1982: ELAM (1,79%), VB (2,97%) / 1988: CDU (4,33%), STORMS (2,23%) / 1994: STORMS (1,72%), W.O.W. (4,03%) / 2000: BEL (0,73%), M.V.B. (4,33%), VIVANT (2,09%) / 2006: VLOTT (0,72%) / 2012: Jong&Onafhankelijk (1,67%)

Bezienswaardigheden

[bewerken | brontekst bewerken]
Voorkant van de Heilig Kruiskerk, deze ligt voor de plaatselijke school (Olve)
Achterkant van de Heilig Kruiskerk, deze ligt voor de plaatselijke school (Olve)
Agfa-Gevaert
Landhuizen aan de Kapellelei
Villa Mathilde
Station Mortsel langs spoorlijn 27
Aanleg nieuwe tramhalte van station Mortsel-Oude-God in 2012

Zie ook: Lijst van onroerend erfgoed in Mortsel

Mortsel ligt aan een knooppunt van verschillende spoorlijnen en telt daardoor vandaag op een relatief kleine oppervlakte vier spoorwegstations: Mortsel-Deurnesteenweg en Mortsel-Oude-God op spoorlijn 25 (Brussel-Noord – Antwerpen-Luchtbal, 160 km/u, enkel reizigers), en Mortsel en Mortsel-Liersesteenweg op spoorlijn 27 (Brussel-Noord – Antwerpen-Centraal, 120 km/u). Sinds december 2008 wordt Mortsel-Deurnesteenweg nog enkel bediend tijdens het weekend. Tijdens de week wordt Mortsel-Oude-God enkel bediend door de IC-treinen van Antwerpen-Centraal naar Brussel-Zuid en omgekeerd. Mortsel wordt dagelijks bediend en Mortsel-Liersesteenweg enkel op weekdagen. Een vijfde station, Mortsel-Luithagen werd in 1970 samen met de fortenlijn buiten gebruik gesteld en afgebroken. Tijdens de Koude Oorlog speelde het nu verdwenen goederenstation Fort 3 bij Fort 3 een belangrijke rol.

Via de tramlijnen 7 en 15 is Mortsel met de buurstad Antwerpen verbonden. Sinds 13 augustus 2012 rijdt tramlijn 15 via de Statielei en de treinstations Mortsel-Oude-God en Mortsel-Liersesteenweg naar Capenberg in Boechout (onderdeel van Brabo I). Er is ook een tramlijnverlenging via de Boniverlei in Edegem naar Kontich gepland. Verschillende bussen van De Lijn hebben haltes in Mortsel, dat samen met Antwerpen in één tariefzone ligt. Hun eindbestemming is Berchem Station. Reizigers die naar het centrum van Antwerpen willen, kunnen overstappen op de tram.

In Mortsel is de multinational Agfa-Gevaert gevestigd en in vroegere tijden ook de fabrieken van Minerva.

Mortsel heeft een heel actieve jeugdwerking. In totaal telt Mortsel vier scoutsgroepen (waarvan een gedeeld met buurgemeente Boechout), een chirogroep, een KSA-groep, een jeugdatelier genaamd Kreamo, een groep van het Jeugd Rode Kruis en een VNJ-groep. Daarnaast ligt in de Lusthovenlaan het Jeugdhuis Centraal.

Bekende Mortselaren

[bewerken | brontekst bewerken]

Geboren in Mortsel

[bewerken | brontekst bewerken]

Door de aanwezigheid van een ziekenhuis binnen de gemeentegrens van Mortsel (namelijk GZA Sint-Jozef) ligt het aantal geboortes in deze gemeente bovengemiddeld hoog.

Inwoners van Mortsel

[bewerken | brontekst bewerken]

Andere aan de gemeente gelinkte personen

[bewerken | brontekst bewerken]

Nabijgelegen kernen

[bewerken | brontekst bewerken]

Hove, Boechout, Berchem, Edegem

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Mortsel van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.