Tbilisi
Stad in Georgië ![]() | |||
---|---|---|---|
![]() | |||
Coördinaten | 41°43'21"NB, 44°47'33"OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 502 km² [2] | ||
Inwoners (2022) |
![]() | ||
Burgemeester | Kacha Kaladze | ||
Website | tbilisi.gov.ge | ||
Foto's | |||
![]() | |||
Panorama van Tbilisi | |||
![]() | |||
Vrijheidsplein met het Oude Stadhuis | |||
|
Tbilisi (Georgisch: თბილისი Tbilisi; letterlijk Warme Waterbron) is de hoofdstad van Georgië en een van de regio's (mchare), gelegen in het zuidoosten van het land met ruim 1,2 miljoen inwoners, ongeveer een derde van de gehele Georgische bevolking, en een oppervlakte van 502 km² (2394 inw./km²).[1]. Tot 1936 heette de stad Tiflis, een naam die nog populariteit geniet. De stad ligt aan beide oevers van de Mtkvari rivier, met het oude stadscentrum op de rechteroever. De stadsregio grenst aan twee regio's, Mtscheta-Mtianeti in het noorden en noordwesten en Kvemo Kartli dat om Tbilisi gedrapeerd ligt langs de oostelijke en zuidelijke flank.
Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]
De naam Tbilisi duikt in de geschiedenis voor het eerst op in de tweede helft van de 4e eeuw, toen koning Varaz-Bakoer I van Iberië (Kartli) op deze plek een fort liet bouwen, rond 364.[lit 1] Aan het eind van de vierde eeuw trok de Perzische gezant in het fort, toen de Perzen een deel van Iberië hadden veroverd.[lit 2] Nadat deze plek halverwege de 5e eeuw weer in handen kwam van Iberië revitaliseerde en reconstrueerde koning Vachtang I Gorgasali het fort en de nederzetting vanaf 455, wat veelal als stichtingsjaar wordt gezien,[lit 3] en verplaatste hij in 469 de hoofdstad van Mtscheta naar Tbilisi.[lit 4]
Volgens een legende[3] was het huidige grondgebied van Tbilisi in de vijfde eeuw nog dicht begroeid met bossen. Een algemeen aanvaarde versie van de legende verhaalt dat de koning van Iberië, Vachtang I Gorgasali, op jacht was in de bossen met een havik. Toen de havik een fazant gevangen had, verdwenen beide vogels in het ravijn. Toen de koning naar ze op zoek ging kwam hij warmwaterbronnen tegen. Hij was daar zo van onder de indruk dat hij beval het bos te rooien en er een stad te stichten. De naam van de stad is afgeleid van warm, Tpili (თბილი). De naam "Tbili" of "T'pilisi" ("warme locatie") werd gegeven aan de stad vanwege de aanwezigheid van zwavelzuurrijke warmwaterbronnen.
De stad is de hoofdstad van diverse Georgische staten geweest, maar is evengoed door buitenlandse heersers bezet, zoals Perzen, Arabieren, Mongolen en Turken. In 1801 kwam Tiflis onder het gezag van het Russische Rijk. Vanaf 1846 was Tiflis het bestuurlijk centrum van het gelijknamige gouvernement Tiflis. Vanaf het begin van de 19de eeuw begon Tiflis economisch en politiek te groeien. De gebouwen in de stad kregen een meer Europese stijl. Er werden nieuwe wegen en spoorwegen gebouwd om Tiflis te verbinden met andere belangrijke Russische steden. Het werd de spil van het snelgroeiende spoorwegennet in Transkaukasië. Vanaf de jaren 1850 kwam Tiflis weer op als een belangrijk cultureel en handelscentrum. Ilia Tsjavtsjavadze, Akaki Tsereteli, Iakob Gogebasjvili, Aleksandr Gribojedov en andere staatslieden, dichters en kunstenaars vonden hun geluk in Tbilisi.
Na de Russische Revolutie was Georgië korte tijd onafhankelijk als Democratische Republiek Georgië, met Tiflis als hoofdstad. In 1921 viel het Rode Leger Georgië binnen. Tiflis werd vervolgens de hoofdstad van de Trans-Kaukasische Federatie, en later van de Georgische Sovjetrepubliek, die deel uitmaakte van de Sovjet-Unie. In 1936 werd de naam veranderd in Tbilisi. In 1991 werd Tbilisi de hoofdstad van de onafhankelijke republiek Georgië.
De stad is geregeld het toneel van burgerprotest, strijd en revolte, zoals het Bloedbad van Tbilisi (1956), Tragedie van 9 april (1989), de Georgische coup d'état ("Tbilisi oorlog", 1991) en de Rozenrevolutie (2003). In 2015 kreeg de stad te kampen met hevige overstromingen.
Bestuur[bewerken | brontekst bewerken]
De status van Tbilisi als hoofdstad, is bepaald door artikel 2 van de grondwet van Georgië.[4] en de Wet op de hoofdstad van Georgië - Tbilisi van 20 februari 1998.[5][6]
Tbilisi wordt bestuurd door het Algemene Vergadering van Tbilisi (Sakrebulo). De Algemene Vergadering wordt één keer per vier jaar verkozen. De burgemeester wordt sinds 2006 rechtstreeks gekozen door de burgers van Tbilisi, gelijktijdig met de Sakrebulo verkiezingen. De zittende burgemeester van Tbilisi is sinds 2017 Kacha Kaladze (regerende Georgische Droom partij). Hij is in oktober 2021 herkozen via een tweede ronde tegen oppositiekandidaat Nika Melia van de Verenigde Nationale Beweging.[7]
De stad is op administratief vlak verdeeld in districten (raions), die elk een centrale en lokale regering hebben met een beperkte jurisdictie. Deze onderverdeling van Tbilisi werd ingesteld onder het Russische bestuur in de jaren 30 van de twintigste eeuw. Toen Georgië weer onafhankelijk werd, werd het indelingssysteem gewijzigd en herschikt. De meeste districten zijn vernoemd naar de respectievelijke historische buurten van de stad. De burgers hebben nog een kleinere niet-formele onderverdeling van de districten. Volgens de laatste herziening bestaat Tbilisi uit de volgende districten:
District | Oppervlak (km²) [2] |
Inwoners | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
2014 [8] | 2021 | |||||
Didoebe | 8,4 | 70.018 | ||||
Gldani | 50,3 | 168.345 | ||||
Isani | 16,7 | 125.610 | ||||
Krtsanisi ("Oud-Tbilisi") | 31,7 | 34.834 | ||||
Mtatsminda | 73,0 | 40.482 | ||||
Nadzaladevi | 42,0 | 154.067 | ||||
Saboertalo | 75,5 | 130.652 | ||||
Samgori | 128,4 | 168.974 | ||||
Tsjoegoereti | 14,3 | 65.230 | ||||
Vake | 61,7 | 104.070 |
Burgemeesters van Tbilisi[bewerken | brontekst bewerken]
|
|
Demografie[bewerken | brontekst bewerken]
Volgens de gegevens van het Nationaal Statistisch Bureau van Georgië telde Tbilisi op 1 januari 2022 1.201.769 inwoners,[1] een stijging van ruim 94.000 (8,5%) ten opzichte van de volkstelling van 2014.[9]. Hiervan woont slechts 30.721 (2,5%) buiten de urbane zone, in het rurale gebied.
De bevolking van Tbilisi bestaat volgens de volkstelling van 2014 grotendeels uit Georgiërs (89,9%). Armeniërs vormen de grootste etnische minderheidsgroep met 4,8%, gevolgd door Azerbeidzjanen (1,4%), Russen (1,2%), Jezidi's (1,0%), Osseten (0,4%) en Oekraïners (0,3%). Verder wonen er een kleine 2000 Grieken en een kleine 1000 Assyriërs in de stad. Vrijwel de gehele Jezidi gemeenschap in Georgië woont in Tbilisi, verspreid over de hele stad, maar voornamelijk in de oostelijke districten Gldani, Nadzaladevi, Isani en Samgori. Datzelfde geldt voor de Armeense, Russische en Osseetse gemeenschappen. De Azerische gemeenschap woont voornamelijk in Krtsanisi (Ponitsjala) en Saboertalo.[10][11] De Georgisch-Orthodoxe Kerk heeft de meeste aanhangers (92,4%), gevolgd door de Armeens-Apostolische Kerk (2,6%), islam (1,5%), gelovige Jezidi's (0,7%) en Jehova's getuigen (0,4%).
Inwonersaantallen van Tbilisi[12][1] | ||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1959 | 1970 | 1979 | 1989 | 2002* | 2002** | 2014 | 2021 | 2022 | ||||||||||
Tbilisi | 703.016 | ![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() | |||||||||
* Uit onderzoek na volkstelling 2014 is gebleken dat volkstelling 2002 8-9 procent te hoog is uitgevallen.[13] **Gecorrigeerde data op basis van retro-projectie 1994-2014 i.s.m. VN.[14] |
Voorzieningen[bewerken | brontekst bewerken]
De stad heeft enkele universiteiten, zoals de Staatsuniversiteit van Tbilisi en Georgische Technische Universiteit, en hogescholen die studenten uit het hele land aantrekken. Recreatievoorzieningen zijn er rond het Tbilisi Reservoir en bij het Lisi Meer, en er zijn diverse stadsparken zoals Vake Park en Vera Park. Op het terrein van het voormalige Hippodroom tussen de stadswijken Vake en Saboertalo is in 2021 begonnen met de aanleg van Centraal Park, naar een ontwerp van het Nederlandse LAP.[15] In 2017 is een nieuw dierenpark geopend bij het Tbilisi Reservoir nadat de oude Tbilisi Zoo, gelegen langs de Vera rivier bij het Heldenplein, in 2015 zwaar beschadigd raakte door hevige overstromingen.[16] In het oude centrum, onder het Narikala Fort, zijn thermische baden.
Een thermische krachtcentrale bij de stad Gardabani in de regio Kvemo Kartli voorziet Tbilisi in het grootste deel van zijn energie. Aan de zuidkant van de oude stad staat sinds 1954 in de Mtkvari rvier de markante Ortatsjala waterkrachtcentrale met een nominale capaciteit van 18MW en een jaarlijkse productie van 80 miljoen kW/h.[17]
De Sjota Roestaveli luchthaven van Tbilisi ligt ongeveer 15 kilometer ten oosten van het stadscentrum en is bereikbaar via de Kakheti Highway. In 2007 is er ook een treinstation geopend, maar er zijn slechts twee ritten per dag. Er zijn vliegverbindingen naar diverse EU bestemmingen en in toenemende mate naar het Midden-Oosten.
Openbaar vervoer[bewerken | brontekst bewerken]
Tbilisi beschikt sinds 1966 over een metrosysteem dat sinds 1979 uit twee lijnen bestaat. Verder zijn er tientallen buslijnen en enkele kabelbanen voor publiek gebruik. Oude Sovjet kabelbanen in de stad worden weer gerenoveerd en opnieuw in gebruik genomen, zoals in het westen van de stad tussen de universiteit en studentenflats.[18] Alle vormen van het stads-OV kennen een uniforme elektronische OV-kaart.
Vanaf het Tbilisi Centraal station vertrekken treinen naar de Zwarte Zee (Batoemi) en het noordwesten (Zoegdidi), naar de regio's Kacheti (Telavi) en Samtsche-Dzjavacheti (Bordzjomi). Er vertrekken ook internationale nachttreinen naar Jerevan en Bakoe.
Bezienswaardigheden[bewerken | brontekst bewerken]
- Sioni-kathedraal, oorspronkelijk gebouwd in 6e-7e eeuw, maar diverse malen verwoest en herbouwd. Huidige ontwerp uit 12e eeuw.
- Samebakathedraal
- Narikala, een fort uit de 4e eeuw dat diverse malen opnieuw is opgebouwd, het fort dat koning Varaz-Bakoer I gebouwd zou hebben.
- Enkele monumentale botanische tuinen
- Oude stadscentrum
- Mtatsminda Park, panorama over stad, bereikbaar met een kabeltram.
Klimaat[bewerken | brontekst bewerken]
Het klimaat van Tbilisi is een combinatie van een vochtig subtropisch en een, relatief gezien, mild landklimaat. Het klimaat van de stad wordt beïnvloed door zowel droge (Centraal-Azië/Siberische) lucht uit het oosten en vochtige subtropische (Atlantische/Zwarte Zee) lucht uit het westen. Tbilisi heeft relatief koude winters en hete zomers. Gezien het feit dat de stad aan de meeste zijden begrensd wordt door bergketens, de relatieve nabijheid van grote hoeveelheden water (Zwarte en Kaspische Zee) en het feit dat het machtige Kaukasusgebergte (meer naar het noorden) de doorstroming van koude luchtmassa's uit Rusland blokkeert, heeft Tbilisi een soort van mild micro-klimaat vergeleken met andere steden met eenzelfde continentaal klimaat op dezelfde breedtegraad (B.v. Chicago of Pittsburgh).
De gemiddelde jaartemperatuur in Tbilisi bedraagt 12,7 graden Celsius. Januari is de koudste maand met een gemiddelde van 0,9 graden Celsius. Juli is de heetste maand met een gemiddelde van 24,4 graden Celsius. Het absolute kouderecord is -23 graden Celsius en het absolute warmterecord is 40 graden Celsius. Gemiddeld valt er jaarlijks 568 mm neerslag. De natste maand is mei (90 mm) en januari is de droogste (20 mm). Sneeuw valt er gemiddeld 15-25 dagen per jaar. De bergen die Tbilisi omringen houden vaak de wolken vast en geven, vooral in de lente en herfst, langdurige regenval en/of bewolkt weer. In de meeste delen van Tbilisi overheerst gedurende het jaar de noordwestenwind. Zuidoostenwind komt ook vaak voor. Deze kan bij tijd en wijlen straf zijn.
Maand | Jan | Feb | Maa | Apr | Mei | Jun | Jul | Aug | Sep | Okt | Nov | Dec | Jaar |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
gem. Temperatuur [°C] | 0,9 | 2,5 | 6,5 | 12,3 | 17,2 | 21,1 | 24,4 | 23,7 | 19,6 | 13,2 | 7,9 | 3,5 | 12,7 |
Neerslag (mm) | 20,0 | 25,8 | 48,3 | 57,5 | 90,2 | 76,0 | 44,9 | 45,5 | 48,6 | 42,5 | 36,9 | 24,0 | 560,2 |
Sport[bewerken | brontekst bewerken]
Voetbalclub FC Dinamo Tbilisi is de recordkampioen van Georgië. Voor de Georgische onafhankelijkheid won de club in 1964 en 1978 de landstitel van de Sovjet-Unie en in 1981 de Europacup II. FC Dinamo Tbilisi speelt haar wedstrijden in het Boris Pajtsjadzestadion. In dit grootste stadion van Georgië, won FC Barcelona in 2015 de UEFA Super Cup. Andere belangrijke voetbalclubs uit Tbilisi zijn Lokomotivi Tbilisi, dat speelt in het Micheil Meschistadion, en FC Saburtalo.
Stedenbanden[bewerken | brontekst bewerken]
Ankara (Turkije), sinds 1996
Nur-Sultan (Kazachstan), 2005
Atlanta (Verenigde Staten), sinds 1987
Bristol (Verenigd Koninkrijk)
Jerevan (Armenië)
Innsbruck (Oostenrijk)
Kiev (Oekraïne)
Nantes (Frankrijk), sinds 1979
Parijs (Frankrijk), sinds 1997
Palermo (Italië) sinds 1987
Saarbrücken (Duitsland), sinds 1975
Amsterdam (Nederland)
Geboren in Tbilisi[bewerken | brontekst bewerken]
- Sergej Witte (1849-1915), Russisch staatsman
- Petre Melikisjvili (1850-1927), scheikundige
- Aleksej Broesilov (1853-1926), generaal
- Gigo Gabasjvili (1862-1936), kunstschilder, graficus en kunstdocent
- Ludomila Scheiwiler-von Schreyder (1888-1980), Zwitserse feministe en suffragette
- Rouben Mamoulian (1897-1987), Amerikaans filmregisseur van Armeense afkomst
- Akim Tamiroff (1899-1972), Amerikaans-Armeens acteur
- Aram Chatsjatoerjan (1903-1978), componist en cellist
- Viktor Hambartsoemian, (1908-1996), astrofysicus
- Vakhtang Shabukiani (1910-1992), balletdanser
- Otar Taktakisjvili (1924-1989), componist
- Andrej Zazrojev (1925-1986), Sovjet voetballer en trainer
- Tigran Petrosjan (1929-1984), voormalig wereldkampioen schaken
- Zaoer Kaloevi (1931-1997), Sovjet voetballer
- Avtandil Tsjkoeaseli (1931-1994), Sovjet voetballer
- Gia Kantsjeli (1935-2019), componist
- Zviad Gamsachoerdia (1939-1993), dissident, schrijver en president
- Tedo Dzjaparidze (1946) politicus en diplomaat
- Davit Qipiani (1951-2001), voetballer en trainer
- Vladimer Goetsaevi (1952), voetballer en trainer
- Boris Kokorev (1959-2018), schutter
- Otar Korghalidze (1960), voetballer en voetbalcoach
- Merab Zjordania (1960), zakenman, ex-eigenaar van voetbalclub SBV Vitesse
- Dmitri Koedinov (1963), voetballer
- Zoerab Zjvania (1963-2005), politicus en premier
- Gia Jisjkariani (1967), voetballer
- Micheil Saakasjvili (1967), president van Georgië (2004-2007, 2008-2013) en echtgenoot van Sandra Roelofs
- Giorgi Margvelasjvili (1969), president van Georgië (2013-heden)
- Yona Kosashvili (1970), schaker
- Vasili Davidenko (1970), wielrenner
- Akaki Devadze (1971), voetballer
- Micheil Kavelasjvili (1971), voetballer
- Georgi Nemsadze (1972), voetballer
- Artsjil Arveladze (1973), voetballer
- Shota Arveladze (1973), voetballer
- Giorgi Kinkladze (1973), voetballer
- Khatuna Lorig (1974), Amerikaans-Georgisch handboogschutster
- Giorgi Gachokidze (1975), voetballer
- Nika Gilaoeri (1975), politicus en premier van Georgië
- Georgi Demetradze (1976), voetballer
- Zaza Janasjia (1976), voetballer
- Aleksander Iasjvili (1977), voetballer
- Levan Kobiasjvili (1977), voetballer
- Rati Aleksidze (1978), voetballer
- Vladimir Boerdoeli (1980), voetballer
- Lasja Jakobia (1980), voetballer
- Tamta Godoeadze (1981), zangeres
- Zoerab Chizanisjvili (1981), voetballer
- Nino Gvetadze (1981), pianiste
- David Siradze (1981), voetballer
- Tako Gatsjetsjiladze (1983), zangeres
- Sopho Gelovani (1983), zangeres
- Hanna Melnytsjenko (1983), atlete
- Nino Haratischwili (1983), theateregisseuse, toneel- en romanschrijfster
- Otar Martsvaladze (1984), voetballer
- Tejmoeraz Gabasjvili (1985), tennisser
- Vladimir Dvalisjvili (1986), voetballer
- Goeram Kasjia (1987), voetballer
- Beka Gotsiridze (1988), voetballer
- Levan Mchedlidze (1990), voetballer
- Levan Kenia (1990), voetballer
- Giorgi Tsjantoeria (1993), voetballer
- Giorgi Aboerdzjania (1995), voetballer
- Loeka Zarandia (1996), voetballer
- Chvitsja Kvaratschelia (2001), voetballer
Externe links[bewerken | brontekst bewerken]
Literatuur
Bronnen, noten en/of referenties
|
Bestuurlijke indeling van Georgië | ![]() | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Hoofdsteden in Azië | ||||
---|---|---|---|---|
|