Nog steeds werd de 250cc-klasse in Zweden op zaterdag gereden, tussen de trainingen van de andere klassen door. De organisatie hoopte op die manier meer kaarten te verkopen, maar voor de 250cc-rijders was het steeds weer vervelend om in het toch al tamelijk mistroostige Karlskoga Motorstadion voor weinig publiek te rijden. In de 125cc-klasse was het nog steeds spannend tussen Pier Paolo Bianchi (87 punten) en Fausto Gresini (84 punten). Bianchi zou door te winnen de wereldtitel kunnen beslissen, maar als hij dat niet deed was er nog een kans voor Gresini: de GP van San Marino. In de 250cc-klasse was Freddie Spencer al wereldkampioen. Hij kwam in Zweden niet aan de start in deze klasse en liet het eigenlijk aan Carlos Lavado over om te laten zien wat zijn nieuwe Yahama YZR 250 vermocht. Met nog twee GP's te gaan kon Eddie Lawson nog 500cc-wereldkampioen worden, maar Freddie Spencer hoefde in totaal nog maar tien punten te scoren om wereldkampioen te worden. Hij had dus aan een derde plaats in Zweden al genoeg. De zijspanklasse reed haar laatste race en er waren nog drie theoretische kanshebbers voor de wereldtitel. Werner Schwärzel/Fritz Buck leidden het kampioenschap, maar hadden slechts drie punten voorsprong. Als zij wonnen zouden ze wereldkampioen zijn, maar als Egbert Streuer/Bernard Schnieders wonnen, zouden ze in punten gelijk staan maar meer overwinningen hebben en daarom wereldkampioen zijn. Rolf Biland/Kurt Waltisperg hadden slechts een zeer theoretische kans op de titel. Als zowel Streuer als Schwärzel uitvielen, zouden ze aan een tweede plaats genoeg hebben, maar als Streuer ten minste vierde werd en/of Schwärzel ten minste zevende werd waren Biland's kansen verkeken.
Freddie Spencer zou het eigenlijk rustig aan kunnen doen, want hij hoefde slechts op het podium te eindigen om wereldkampioen te worden. Spencer wilde echter in stijl kampioen worden en zette dan ook de snelste trainingstijd, voor concurrent Eddie Lawson en diens teamgenoot Raymond Roche, die opnieuw bewees in Anderstorp goed uit de voeten te kunnen. Hij liet Ron Haslam, Christian Sarron, Wayne Gardner en Randy Mamola achter zich. Gardner en Mamola hadden in Silverstone met de viercilinder Honda NSR 500 gereden, maar die hadden ze weer ingeleverd en ze reden weer met de driecilinder Honda NS 500
Vrijwel het hele veld begon aan de opwarmronde met intermediates en opgesneden slicks, maar de baan droogde snel op en voor de start werd er naar slicks gewisseld. Ron Haslam had zijn gebruikelijke bliksemstart, maar werd al snel gepasseerd door Freddie Spencer. Eddie Lawson sloot aan achter Spencer, maar kon niet meer doen dan volgen, tot Spencer uiteindelijk echt gas gaf en wegliep. Lawson had voor een te zachte bandencompound gekozen en dat kostte hem aanvankelijk ook nog de tweede plaats, toen Wayne Gardner hem inhaalde. Gardner werd het slachtoffer van een blunder van Honda-UK: hij kwam in de laatste ronde zonder benzine te staan. Het kostte hem niet alleen de tweede plaats in Zweden, maar ook de derde plaats in het WK-klassement. Lawson kreeg de tweede plaats cadeau, maar finishte bijna een halve minuut na Spencer, die nu ook wereldkampioen 500 cc was. Ook Ron Haslam profiteerde van de pech van Gardner en finishte als derde.
Inderdaad was Carlos Lavado (bij afwezigheid van Freddie Spencer) met zijn nieuwe Yamaha YZR 250-V-twin de snelste in de training. De Duitse importeur Mitsui had ook een dergelijke machine kunnen krijgen, maar hun rijder Martin Wimmer was nog steeds geblesseerd. Toni Mang reed de tweede tijd en Martin Herweh, nu definitief hersteld van zijn blessure, reed de derde tijd. De eerste tien stonden binnen 1½ seconde.
Carlos Lavado stond weliswaar op poleposition in Zweden, maar hij startte slecht. Na de eerste ronde kwam hij als vijfde door, terwijl Toni Mang aan de leiding ging. Na twee ronde was Lavado al derde en na drie ronden tweede. Hij passeerde Mang, maar vergde te veel van zijn banden. Vijf keer wisselden de posities aan de kop van het veld, maar uiteindelijk was Mang de winnaar. Intussen reed Fausto Ricci onbedreigd op de derde plaats. Manfred Herweh was vierde, maar hij gleed onderuit.
Pier Paolo Bianchi had nog steeds drie punten voorsprong in het wereldkampioenschap, maar in de trainingen in Zweden ging het niet goed. Concurrent Fausto Gresini was de snelste, terwijl Bianchi slechts de negende tijd reed. Bovendien zou Gresini in de race geholpen worden door zijn stalgenoot Ezio Gianola, die de tweede tijd had gereden. Gresini was zeer snel: twee seconden sneller dan Gianola en vier seconden sneller dan Bianchi.
De 125cc-klasse startte in Zweden op een kletsnatte baan. Dat was een kolfje naar de hand van August Auinger, die naast de beide Garelli-rijders Fausto Gresini en Ezio Gianola op de eerste startrij stond. Gresini en Auinger namen samen meteen de leiding, gevolgd door Johnny Wickström. Pier Paolo Bianchi had juist een slechte start en was ongeveer als laatste weg. Wickström moest in de pit een bougiekabel vast laten zetten en viel terug. Tot dat moment zag het er voor Gresini heel goed uit, maar Bianchi werkte zich rustig door het veld naar voren terwijl Gresini's machine in de laatste ronde op één cilinder ging lopen. Auinger ging hem voorbij, maar ook Bianchi, die nu met vijf punten voorsprong aan de laatste race in Misano kon beginnen.
Egbert Streuer en Bernard Schnieders moesten veel trainingstijd gebruiken voor het testen en afstellen van een nieuwe ontsteking, nadat de vorige op Silverstone de geest had gegeven. Toch zetten ze uiteindelijk de tweede trainingstijd. Rolf Biland was de snelste, maar hij reed zijn tijd op kwalificatiebanden, die hij in de race niet kon gebruiken. Bovendien was Biland geen probleem voor Streuer; dat was Werner Schwärzel, die het kampioenschap nog steeds leidde met drie punten verschil.
Ondanks zijn poleposition had Rolf Biland een slechte start omdat hij zijn motor verzoop. Werner Schwärzel, leider in het wereldkampioenschap, was als snelste weg, maar werd meteen gevolgd door Egbert Streuer. In de vijfde ronde nam Streuer de leiding over en bouwde meteen een voorsprong op door een seconde per ronde sneller te gaan. Biland rukte op naar de derde plaats, tot in de negende ronde zijn versnellingsbak de geest gaf. Streuer won de race en daarmee de wereldtitel met zes seconden voorsprong op Schwärzel, terwijl de derde plaats nu naar Steve Webster ging. Biland verklaarde na de race dat hij zich - als zijn machine was heel gebleven - zeker niet bemoeid zou hebben met de strijd om de eerste plaats, omdat hij zelf toch al kansloos was voor de titel.
Egbert Streuer gebruikte een uitdrukking die van Johan Cruijff had kunnen zijn om uit te drukken dat hij ook na de tegenvallende TT van Assen was blijven geloven in zijn kansen: "Je kunt pas niet meer winnen als je verloren hebt".
↑De val van Franco Uncini zag er zeer ernstig uit. Toen hij even de balans kwijtraakte en probeerde zijn machine te corrigeren greep een windvlaag de Suzuki en die klapte tegen een betonnen muur. Uncini zelf vloog er overheen en blesseerde alleen een schouder.
↑Takazumi Katayama had pas in de Belgische Grand Prix zijn eerste punten gescoord, maar hij verklaarde dat hij al vanaf het begin van het seizoen motivatie miste en na de vrije trainingen in Le Mans besloot hij zijn carrière onmiddellijk te beëindigen.
↑Vanwege de tegenvallende prestaties had de Stichting Nederlands Racing Team besloten het 500cc-team terug te trekken uit het wereldkampioenschap. Men vond dat men nog niet toe was aan dit hoge niveau en besloot verder te gaan in het Europees kampioenschap.
↑Cagiva sloeg de Zweedse GP over. Dat deed men wel vaker, want er was nog maar één machine klaar en daarmee kwam Marco Lucchinelli niet tot goede resultaten. Men nam dus af en toe een pauze om de motorfiets te verbeteren.
↑Omdat hij nog een oude blessure had, waren de slechte prestaties van Ángel Nieto met de 250cc-Garelli met de mantel der liefde bedekt, maar nu hij met de 80cc-Derbi wel goed presteerde kon dat niet meer en Garelli besloot niet langer van zijn diensten gebruik te maken.
↑Op grond van zijn tegenvallende prestaties in dit seizoen maar ook al in het seizoen 1984 was Iván Palazzese na de GP van Oostenrijk (waar hij zich niet wist te kwalificeren) ontslagen door de Venezolaanse Yamaha-importeur Venemotos.
↑Erich Klein brak bij een val in de training van de GP van Joegoslavië een heup. Er werd gevreesd dat hij zijn carrière zou moeten beëindigen.